De kleur van je T-Ford

“Het aantal vrijwilligers en stagiaires bij podia liep op van 5 duizend in 2005 naar ruim 9 duizend in 2014. Het aantal werknemers in loondienst daalde daarentegen juist van bijna 10 duizend naar ruim 8 duizend personen vorig jaar.” Dit valt te lezen in een artikel in de Volkskrant. De podia hebben zich zo met succes gehandhaafd in een periode waarin de subsidie landelijk werd gekort met 13% en het economisch tij ook nog eens flink tegen zat. Waarlijk een knappe prestatie. En niet alleen podia, ook musea en andere culturele instellingen maken, gedreven door bezuinigingen, steeds meer gebruik van vrijwilligers. Zo kunnen ze het hoofd boven water houden. Knap, maar toch …

t-fordFoto: carstyling.ru

Toch knelt het. Is er hier geen sprake van verdringing waarbij werk wat eerst door betaalde krachten werd gedaan, nu door vrijwilligers of stagiaires wordt overgenomen? Moeten we daar blij mee zijn? Welke toekomst is er voor de betaalde krachten die hun baan verloren? En voor die stagiaires? Hebben die wel uitzicht op betaald werk bij de podia? Of worden ze misbruikt met als ‘verleiding’ dat ze nuttige werkervaring opdoen die ze weer op hun CV kunnen vermelden? Iets waaraan steeds meer organisaties en bedrijven zich schuldig maken. Zo hebben ze immers een gratis werknemer. Moeten we blij zijn met deze ontwikkeling?

Hoe strookt dat met het adagium dat betaald werk het toppunt van maatschappelijke participatie is? Natuurlijk, vrijwilligerswerk is ook goed, als je daarnaast maar naar betaald werk zoekt. Knelt het hier niet op een fundamenteel niveau? Op de tegenstrijdigheid tussen de participatiesamenleving waarbij we ‘voor onze naaste’ moeten zorgen en ons vrijwillige steentje moeten bijdragen aan de ene kant. En juist het ‘heilig’ verklaren van betaald werk aan de andere. Hoe moeten we deze trend nu beoordelen?

Zou een basisinkomen die tegenstrijdigheid kunnen oplossen? Geeft dat mensen niet keuzevrijheid? Keuzevrijheid die nu lijkt op de keuze uit kleuren bij de oude T-Ford: alle kleuren zijn mogelijk als het maar zwart is. Maakt dat het niet mogelijk om te kiezen voor meer geld (betaald werk) aan de ene kant en je volledig voor anderen inzetten aan de andere kant en alle varianten daartussen? Dan kan iedereen zijn eigen kleur T-Ford kiezen.

Veel vragen

Op deze eerste dag van het jaar wil ik jullie, mijn lezers het allerbeste toewensen. Dus veel geluk, liefde, voorspoed, maar vooral veel nieuwsgierigheid: het verlangen om te weten. Want ligt dit verlangen niet aan de basis van de wetenschap: het weten of kennis met een ander woord. En is kennis niet meer dan alleen het weten? Is kennis niet weten, doordenken en begrijpen? Is dat in eerste instantie niet alles betwijfelen wat je ziet, leest of hoort? Is dit niet het bevragen en het van alle mogelijke perspectieven bekijken van waar je mee wordt geconfronteerd?

NieuwsgierigheidFoto: www.menselijk-lichaam.com

Is dat niet wat we nodig hebben om de problemen van onze tijd het hoofd te kunnen bieden? Problemen zoals het omgaan met verschillen, door anderen ook wel integratie of inburgering genoemd? Zou nieuwsgierigheid naar de ander ons niet kunnen helpen om hem of haar te begrijpen? Om de wereld eens vanuit zijn of haar oogpunt te bekijken? En zou dat die andere niet helpen om de wereld achter jou te leren kennen? Zou dat niet tot herkenning van overeenkomsten en begrip voor verschillen kunnen leiden? Zou die herkenning en begrip voor de ander er niet toe kunnen leiden dat er heel andere oplossingen voor die problemen mogelijk zijn?

Zou dat niet ook kunnen helpen bij de ervaren ‘democratische’ crisis in Nederland? U weet wel de ‘kloof’, de gevoelde onbetrouwbaarheid van politici en bestuurders, het betrekken van mensen bij het zoeken naar oplossingen enzovoort.

En niet alleen bij het omgaan met verschillen binnen een land? Zou dat ons niet verder helpen bij de zoektocht naar rechtvaardige en eerlijke oplossingen? Bijvoorbeeld de vluchtelingenproblematiek? Of de nog altijd sluimerende Griekse, maar eigenlijk financiële en bankencrisis? Zou dat niet kunnen helpen bij de  crisis in de Europese Unie? Zou dat ook niet kunnen helpen bij het zoeken naar oplossingen voor de problemen in het Midden-Oosten en in Afrika?

Maar ach, daar hebben wij geen invloed op. Of toch wel? Wat als wij die nieuwsgierigheid gaan betrachten in ons eigen leven? Als wij geen mening meer geven over iets, maar er vragen bij stellen? Wat zou dat voor een effect hebben op de mensen om ons heen? Hoe zouden die mensen hierop reageren? Wat als zij dit over zouden nemen? Zou dat niet onze invloed op de ‘wereldproblemen’ kunnen zijn?

De Ballonnendoorprikker blijft vragen en bevragen. Doen jullie mee? Ik wens jullie veel vragen toe.

Clash of Civilizations

“De verzorgingsstaat moet er vooral óók toe inspireren dat mensen participeren, de participatiesamenleving moet er vooral óók toe leiden dat we de verworvenheden van de verzorgingsstaat wijs en behoedzaam inzetten.” Woorden van Anne Buskens (directeur/bestuurder van de welzijnsorganisatie Traject) in Dagblad de Limburger van dinsdag 29 november 2015. Die samenlevingen moeten elkaar vinden in de ‘zoektochtsamenleving’ zoals ze die Maastricht noemen. Een samenleving die de uitdaging heeft: “de goede wil samen goed te kanaliseren.” Omdat, volgens Buskens de meeste mensen van goede wil zijn.

clash of civilizationsIllustratie: www.reddit.com

Het duizelt mij. Hebben wij niet maar één samenleving op het grondgebied van Nederland en maakt niet iedereen daar deel van uit? En participeert daar niet iedereen in die in Nederland woont?

Hoe ziet dat eruit, die verschillende ‘samenlevingen’ die met elkaar strijden en samenwerken? Een nieuwe versie van HuntingtonsClash of Civilizations’? Een botsing tussen verschillende overheidsinstanties en door de overheid gesubsidieerde en betaalde instellingen die ieder vanuit hun eigen belang met elkaar in strijd en samenwerking gaan om het goede voor en met de burger te doen?

Alleen wat is dat goede? En wie bepaalt dat? Zijn dat die op verschillende wetten gebaseerde ‘samenlevingen’?  Zijn dat die ‘samenlevingen’ en hun instanties waar de welzijnsorganisaties voorbeelden van zijn? Wordt dat opgelegd aan de mensen? Zijn die wetten, zoals de Participatiewet, waarop die samenlevingen zijn gebaseerd niet voorbeelden van gestold wantrouwen? Gaat het dominante denkmodel over mensen niet uit van wantrouwen? Hoe zit het dan met de vrijheid van mensen om zelf hun geluk te kiezen?

Geeft Buskens niet de sleutel voor een veel simpelere oplossing. Als de meeste mensen van goed wil zijn, waarom dan niet uitgaan van die goede wil? Wat zou er gebeuren als je de mensen van goede wil de vrijheid en ruimte geeft? Dat vraagt het afzweren van het denkmodel dat uitgaat van wantrouwen en dat is lastig. Experimenten met basisinkomen tonen echter aan dat uitgaan van het goede, goede resultaten oplevert voor zowel mens als samenleving.

Zou dit geen betere oplossing zijn dan de ‘Clash of Civilizations’?

It takes two to tango

In 2014 deed Motivaction een onderzoek naar de gevoeligheid van jongeren voor religieus geweld veel stof opwaaien, omdat er werd geconcludeerd dat er onder met name Turkse jongeren veel sympathie voor IS leek te bestaan. Op het Motivaction-onderzoek bleek onderzoekstechnisch van alles aan te merken en daarom heeft het SCP een onderzoek gedaan met als titel Een wereld van verschil. Dit onderzoek laat zien dat een veel kleiner deel van de jongeren begrip zegt te hebben voor religieus geweld.

AAN53JFoto: xn--apart-fsa.com

“We moeten ons richten op die kleine groep mensen die Isis en religieus geweld goedkeuren, maar we hoeven en we mogen niet hele groepen mensen wantrouwen.” Dit zegt minister Asscher in reactie op de uitkomsten van het SCP-onderzoek.

Richt Asscher zijn pijlen wel op het goede doel? Natuurlijk! Zal de eerste reactie van velen zijn. We moeten voorkomen dat deze jongeren naar Syrië gaan en jihadist worden. Dus dat rechtvaardigt dat we ons daarop richten.

Zou het doel niet die grote andere groep moeten zijn? De groep die juist geen begrip heeft voor religieus geweld? Het SCP constateert dat de helft van de Nederlanders met Turkse of Marokkaanse wortels zich geen volwaardig burger voelt, zoals de Volkskrant het samenvat. Zouden de pijlen niet juist op dit probleem gericht moeten worden? Een probleem van niet alleen deze groep, maar ook van de ‘autochtone’ Nederlanders? Volwaardig lid worden van een groep vraagt immers ook inspanningen van degenen die tot de groep behoren omdat integratie tweerichtingsverkeer is. Immers ‘it takes two to tango’. Hieraan heb ik in Inburgeren al aandacht besteed.

Zouden die pijlen niet moeten bestaan uit een aanpak die uitgaat van de kracht van onze open democratische samenleving, waaraan ik in Vrijheid, democratie en verbieden en Vrijheid vieren aandacht schonk? Een aanpak die een sterk alternatief biedt tegenover de aantrekkingskracht van het jihadisme waar ik in Waar vóór naar zocht? Zou dat geen succesvollere aanpak kunnen zijn? Zou dat helpen bij de tango? Toch nog eens de vraag: richt Asscher zijn pijlen wel op het goede doel?

Nieuwe Knoeperts

Minister Blok heeft plannen voor het huisvesten van de flink groeiende groep statushouders. Statushouders zijn mensen die de asielprocedure hebben doorlopen en in Nederland mogen blijven. Dit betekent dat ze de AZC’s moeten verlaten en mogen gaan deelnemen aan de Nederlandse samenleving. De eerste stap hierbij is het vinden van een woning en dat is een verantwoordelijkheid van de gemeenten waarover de statushouders worden verdeeld. Zij kunnen dus niet zelf kiezen waar ze willen wonen.

De KnoepertFoto: omroepvenlo.nl

Die huisvesting was al een probleem en dat wordt nu verergerd door de toegenomen instroom van asielzoekers. Daarom is ook minister Blok zich ermee gaan bemoeien en heeft hij een lijst van gebouwen opgesteld. “Op de lijst staan vooral grote complexen zoals leegstaande kantoorgebouwen, (monumentale) panden en voormalige gevangenissen. … Deze panden zullen (grondig) vertimmerd moeten worden om de locaties tot sobere appartementencomplexen om te bouwen,” zo valt te lezen in Dagblad de Limburger. Gebouwen die veelal in bezit zijn van het Rijk. Creatief van de minister om een leegstandsprobleem (grote kantoorkolossen en kazernes), op te lossen door het te combineren met een ander probleem, de huisvesting van statushouders.

Toch roept dit vragen op. Grote complexen met sobere appartementen, waar lijkt dit op? Dit lijkt op de gesloopte Venlose Knoepert en de oude Bijlmer. Met dit verschil dat de appartementen in deze complexen niet sober waren. Complexen waarin na verloop van tijd iedereen weg wilde en niemand wilde wonen. Complexen waar zich problemen verzamelden en die daarom gesloopt of geherstructureerd zijn. Hoe zou het dan met deze ‘sobere’ complexen gaan?

Wat betekenen die grote complexen van Blok voor de ‘integratie’ van de statushouders in de  samenleving? Leiden die niet veeleer tot segregatie? Tot stigmatisering? Statushouders moeten een hele mentale barrière overwinnen, komt daar zo niet ook nog een fysieke bij?

Zouden er geen alternatieven zijn? Structurele alternatieven waar iedereen wat aan heeft? Alternatieven die insluiten in plaats van uitsluiten? Biedt snelle nieuwbouw van sociale huurwoningen die voor iedereen geschikt zijn op goed ontsloten braakliggende percelen geen uitkomst? Zeker als we goede woningen voor € 85.000 binnen drie weken kunnen bouwen? Woningen die voor doorstroom kunnen zorgen?

Een eigen land

Zorg en ondersteuning voor hulpbehoevenden, het runnen van gemeenschapshuizen, het schoonhouden van de buurt. Voorbeelden van taken waarvoor gemeenten het liefst inwoners inschakelen. En er is wat nieuws. Als inwoners denken het beter te kunnen, dan kunnen ze de overheid uitdagen: “Dit heet Right to Challenge (het recht om uit te dagen). Het initiatief verschuift dan van overheid naar burger: meedoen, eigen initiatief nemen en met dit Right krijgen bewoners ook de middelen en verantwoordelijkheid.” De bewoners moeten aangeven hoe ze een dienst zelf denken uit te voeren. Dit wordt beoordeeld en na instemming kunnen de bewoners aan de slag. Goed om zo gebruik te maken van de kracht van de inwoners.

Challenge

Illustratie: www.iewm.net

Stel een groep mensen richt een zorgcorporatie op, een van de voorbeelden op de site. Een corporatie op streng christelijke, stalinistische of wahabistische grondslag. Die corporatie mag een dienst in een wijk of buurt gaan leveren. Welke keuze heb ik dan als vrijdenker? Of een groep neemt het park over naast mijn huis en beheert dat op een manier waarin ik en meerdere andere mensen zich helemaal niet kunnen vinden. Bij wie kunnen we dan terecht? Of kunnen we de uitdagers ook weer uitdagen?

Wie beoordeelt de uitdagingen trouwens? En op basis van welke bevoegdheid? In Eindhoven doet een ‘beoordelingscommissie’ dit, volgens de site en het college mag dan alleen toetsen op de financiën. Wie zitten er dan in die commissie die het inhoudelijke besluit neemt? Wie benoemt die personen? En wie controleert die commissie? Kan ik trouwens die commissie ‘uitdagen’ als ik denk dat ik het beter kan?

Kan ik het gemeentebestuur uitdagen als ik denk dat ik dat beter kan? En nu we toch bezig zijn, waarom niet ook Rijkstaken? Ik denk dat ik een veel beter belastingregime kan ontwerpen en ook veel beter ben in het innen van de belastingen. Waar kan ik mijn ‘uitdaging’ indienen? Kan ik het buitenlandbeleid uitdagen? Of het gehele landsbestuur als ik denk dat ik het beter kan?

Absurd? Wellicht wel. Maar waarom stoppen bij het reinigen van de straat of het organiseren van dagbesteding voor oudjes? Of is er een andere reden voor dit nieuwe ‘recht’? Wellicht een plattere die te maken heeft met geld?

Probleem en Oplossing

Van de terreurorganisatie IS gaat een flinke dreiging uit en die dreiging lijkt te worden gecoördineerd vanuit Syrië en Irak. In deze landen heeft de organisatie gebieden in handen en lijkt ze iets van een staat te hebben. Het lijkt daarom logisch om, bij het verminderen van die dreiging, de aandacht op Syrië en Irak te richten. Frankrijk heeft Raqqa, de ‘hoofdstad’ van IS al gebombardeerd en diverse regeringsleiders en politici roepen om meer en hardere aanpak van IS in Syrië en Irak. “De Verenigde Staten en haar bondgenoten zullen er alles aan doen om vrede te brengen in Syrië en IS-aanslagen zoals die in Parijs in de toekomst te voorkomen,” aldus de Amerikaanse president als voorbeeld van dit roepen. Hak de slang de kop af en ze gaat vanzelf dood.

De redenering lijkt: als er vrede is in Syrië, dan pleegt IS geen aanslagen. Is die relatie er wel? En als die er is hoe groot is dan het verband tussen die twee? Zouden terroristische aanslagen echt worden voorkomen met vrede in Syrië? Afgezien dan van het probleem hoe te komen tot vrede in Syrië. Zou er nadat er vrede is in Syrië niet een nieuwe plek ontstaan van waaruit terroristen opereren? Jemen bijvoorbeeld?

probleem

Illustratie: http://funnybooz.com/if-you-only-focus-on-the-problem/

Hoeveel onschuldige slachtoffers vielen er met de vergeldingsbombardementen van de Fransen? En met het ‘uitschakelen’ van terroristen met een door een drone afgevuurde Hellfire, zoals met ‘Jihadi John’ is gebeurd? Zouden we daarmee geen nieuwe wrok kweken? En zou die wrok niet door kunnen sijpelen naar de minder bedeelden in de ‘banlieus’ van het Westen? Zou er na de ontmanteling van IS niet een nieuwe terreurgroep ontstaan?

Ligt het werkelijke probleem niet veeleer in onze samenleving? In de gevoelde en werkelijke onmacht van mensen uit de ‘banlieus’? In de onmogelijkheid van deze mensen om gezien te worden als mens met noden, wensen en dromen? En in hun onmogelijkheid om hier ook maar iets mee te doen? Richten deze leiders zich niet op eenvoudige schijnoplossing en missen zij het werkelijke probleem?

Participatie-inkomen

De hoogleraren Gradus (economie) en Buijs (politieke filosofie) zien in Trouw de voordelen van een basisinkomen maar vrezen de onbetaalbaarheid. En een lager basisinkomen zou weer gepaard moeten gaan met aanvullende regelingen. Bovendien ontbreekt het christelijk-sociale uitgangspunt van wederkerigheid in solidariteit bij een basisinkomen, aldus de heren. “Dit brengt ons bij de gedachte van een participatie-inkomen. Alleen inwoners die actief bijdragen aan de samenleving ontvangen een participatie-inkomen.”

oordelen(Illustratie: artikelen.foobie.nl)

Beide heren geven wat voorbeelden van het leveren van een actieve bijdrage: werken, mensen die zich laten scholen (ook studenten), bepaalde vormen van vrijwilligerswerk (bijvoorbeeld in de zorg of het onderwijs) en ook de jongere ouderen (tot 75 jaar) zouden deels een participatie-inkomen moeten krijgen wat bekostigd moet worden door de Aow evenredig te verlagen. Dit om hen te stimuleren meer dan nu actief te participeren. Dit klinkt goed en past helemaal in de huidige ’participatiesamenleving’.

Maar toch. Wanneer draag je actief bij en wie bepaalt dat? Is het als vrijwilliger trainen van een team voetbalpupillen geen actieve bijdrage en hetzelfde doen als vrijwilliger bij een school wel? Is het zijn van bestuurslid van de fanfare geen actieve bijdrage? Is het zijn van voorzitter van de Rotary een actieve bijdrage? Is het verlamd op een bed liggen een actieve bijdrage? Is het vrijwillig schrijven van stukjes die mensen aan het denken zetten een actieve bijdrage?

Als we het basisinkomen nu eens als een gift zien? Zou van die gift dan niet net zoveel druk op wederkerigheid in solidariteit uit kunnen gaan? In vroeger jaren, en nu zelfs ook nog, verplichtte een gift tot een tegengift van minstens evenveel ‘waarde’.

Zouden de beide heren gevangen zitten in een frame dat de mens ziet als een calculerend wezen dat alleen zijn eigen belang najaagt?

Prikker, vrijdag 23 oktober 2015

Tegenprestatie

Tegenprestatie, een documentaire over de strenge uitvoering van de Participatiewet in Rotterdam. Doel van deze uitvoering is om bijstandsgerechtigden zo snel mogelijk aan betaald werk te helpen. De medewerkers zijn “er voor de bijstandsgerechtigden, om hen te ondersteunen,” aldus een medewerker van de gemeente. Een documentaire met een wrange bijsmaak.

Wrang wordt het als een van de medewerkers laat doorschemeren dat het hem niets uitmaakt wat iemand gaat doen, als er maar minder uitkering hoeft te worden verstrekt. Draait het om geld of om de mens?

Iedere bijstandsgerechtigde moet één dag per week ‘vuilnisprikken’ wat door de deelnemers als vernederend wordt ervaren. Wrang omdat op het schoonhouden van de buitenruimte eerst is bezuinigd. Is dit geen vorm van verdringing?

Tegenprestatie

(Illustratie: cwwb.nl)

Van iedere bijstandsgerechtigde wordt verwacht dat alle werk passend is en er dus ook op moet solliciteren, ook onder het werk- of opleidingsniveau. Ook al krijgen zij steevast te horen dat ze overgekwalificeerd zijn. Wat is het doel van het opdoen van de frustratie van een steevaste afwijzing?

Wrang omdat alles door de medewerkers moet worden vastgelegd in ‘het systeem’. Het enige wat de medewerkers, naast het leggen van verantwoordelijkheid bij de aanvrager, lijken te doen. “Zeker 200 tegenprestaties per persoon in het systeem ingevoerd … zodat ik en mijn manager aan de wethouder kunnen laten zien welk een fantastisch werk we hier hebben gedaan,” dat is de opdracht. Een op wantrouwen gebaseerd systeem. Wie is er belangrijker, de mens of het bureaucratische systeem?

Het meest wrang de meerwaarde van de aanpak en de inzet van die vele medewerkers lijkt nihil. Rotterdam kent bijna de laagste uitstroom uit de bijstand van Nederland.

Wat zouden de resultaten zijn van het verstrekken van een bijstandsuitkering zonder alle bureaucratie en verplichtingen? Een aanpak gebaseerd op vertrouwen in mensen?

Prikker, dinsdag 20 oktober 2015