Dictatuur van de minderheid

Bij de Kanttekening stuurt Kiza Magendane een ‘liefdesbrief’ aan de voorstanders van zwarte piet. Hij houdt ze, vanuit zijn ervaring als vluchteling, voor dat er leven is na het verlies van iets dierbaars. En mochten de voorstanders van zwarte piet het nodig hebben: “Als de coronacrisis is afgelopen, kunnen jullie bij mij een gratis knuffel ophalen,” aldus Magendane. Nu gaat het mij niet om die knuffel en ook niet om  zwarte piet. Het gaat mij om de zin: “Als de minderheid regelmatig hiertegen bezwaar aantekent, dan is het aan de meerderheid om zich aan te passen. Het gaat om een kwestie van beschaving.” Inderdaad is rekening houden met elkaar een kwestie of teken van beschaving. Maar is het daarbij altijd aan ‘de meerderheid’ om zich aan te passen?

Alexis de Toqueville. Bron: WikimediaCommons

Nu kan ik Magendane in het geval ‘zwarte piet’ volgen. Bezwaar tegen het uiterlijk van ‘piet’ en het gevoel dat dit mensen geeft, is aanleiding voor een goed gesprek. Een gesprek dat ertoe leidt dat ‘piet’ wordt aangepast. Dat wordt lastig als ‘piet’, zoals dat door sommigen gebeurt, tot het fundament van de Nederlandse samenleving wordt gemaakt. Dat fundament draagt dan immers het geheel. Zo zijn er meer kwesties waar een minderheid tegemoet kan worden gekomen door een aanpassing. Dit omdat ze niet tot de fundamentele waarden van onze samenleving behoren.

Er zijn echter ook zaken waar de meerderheid voet bij stuk moet houden en het de minderheid is die zich aan moet passen. Bij zaken die wel raken aan de fundamentele waarden van onze samenleving lijkt het mij niet verstandig dat de meerderheid zich aanpast aan bezwaren van een minderheid. Zo lijkt het mij niet dat we onze wetgeving moeten aanpassen aan wensen van religieuze fanaten die de wet van hun god boven de Nederlandse wet willen plaatsen. Het lijkt mij niet dat we toe moeten geven aan minderheden die vrouwen ondergeschikt vinden aan de man. Die mensen die houden van iemand van hetzelfde geslacht als minder zien of nog erger.

In een democratische samenleving worden besluiten genomen op basis van een meerderheid van stemmen. Dit zou, daar waarschuwde Alexis de Toqueville in de negentiende eeuw al voor, kunnen leiden tot een dictatuur van de meerderheid. Daarom wordt de eerste zin van deze alinea vaak aangevuld met ‘en houdt daarbij rekening met de belangen van de minderheid’. ‘Rekening houden met’ is echter niet synoniem aan ‘zich aanpassen’. Niet ieder bezwaar, ook niet als het geregeld door een minderheid wordt geuit, hoeft te leiden tot een meerderheid die zich aanpast. Als een meerderheid zich steeds zou moeten aanpassen aan bezwaren van een minderheid, is er dan niet sprake van een ‘dictatuur van de minderheid’?

Selectief consequent of inconsequent

Wat hebben Zwarte Piet, vuurwerk en de ramadan gemeen? Ze liggen alle drie, weliswaar vanuit andere hoeken ‘onder vuur’. Bij alle drie spelen de ‘PVV-kornuiten van Wilders’ een rol.  Als we kijken naar de rol in die drie discussies dan valt er iets op: de selectieve verontwaardiging en de selectieve zorgen over de gezondheid en maatschappelijke kosten.

Bron: Pixabay

Zo las ik bij TPO dat de partij vragen had gesteld aan minister Koolmees over de ramadan. “Wat zijn de maatschappelijke kosten van ramadan vanwege ziekteverzuim, te laat komen, slecht slapen, ontregelde diabetes, ordeverstoringen en ramadangerelateerde criminaliteit?” vroeg de partij de minister. Even terzijde vraag ik me af wat ik me moet voorstellen bij ‘ramadangerelateerde criminaliteit’? Over welke specifieke vorm of vormen van criminaliteit hebben we het dan? En zou er dan ook ‘kerstmisgerelateerde’ of ‘chanoukagerelateerde’ criminaliteit zijn? behalve een groep in een kwaad daglicht proberen te zetten, kan ik niets voorstellen bij het nut van een dergelijk onderzoek. En als zo’n onderzoek er dan toch moet komen dan moeten ook de maatschappelijke baten zoals levensgeluk, omzet voor de middenstand en dergelijke erin mee worden genomen.

Als we kijken naar de andere twee onder vuur liggende activiteiten dan volgt de partij een geheel andere lijn. Neem Zwarte Piet, die staat boven alle kritiek. Naar maatschappelijke kosten als ziekteverzuim en diabetes door het vele snoep en de spanning bij kinderen en ouders en ook bij mensen die zich door Piet gekrenkt voelen, vraagt de partij niet. Trouwens ook niet naar ‘zwartepietgerelateerde criminaliteit’. Sterker nog om Zwarte Piet te behouden diende de partij zelfs een aparte ‘Zwarte Piet-wet’ in waarin het uiterlijk van Piet bij wet wilde vastleggen: “Een Zwarte Piet heeft een egaal zwart of donkerbruin gezicht, rood geverfde lippen, zwart krulhaar en goudkleurige oorbellen, en is gekleed in een fluweelachtig pak met pofbroek en draagt een hoofddeksel met een gekleurde veer.”  Aldus artikel 1 van het voorstel van wet

Ook aan het ‘traditionele’ afschieten van rotjes en vuurpijlen met de jaarwisseling mag niet worden getornd. de maatschappelijke kosten zijn groot. Neem het leed van en de ziektekosten voor de slachtoffers van het spul. Het ziekteverzuim dat dit oplevert. Het geweld tegen politie, brandweer en ambulancepersoneel en het daarop volgende ziekteverzuim. Of de inzet van gemeenten, politie en justitie bij het van de markt halen van illegaal vuurwerk. Mogen we dat ‘jaarwisselingsgerelateerde criminaliteit’ noemen? Nee, het rotje mag niet worden ‘afgenomen’ en dat mag de maatschappij best nog wat meer kosten: “de PVV steunt een algeheel verbod op consumentenvuurwerk niet, maar ziet wel een deugdelijke, landelijke aanpak graag tegemoet, want alleen dan kan de veiligheid tijdens de jaarwisseling gewaarborgd worden en wordt het weer een feest voor allemaal.” 

Bijzonder deze inconsequente manier van denken en redeneren. 

Woede workshop

“Wij waren niet gewend om onze boosheid te uiten. Toen we dat voor het eerst wel deden bij één van die workshops, voelden we zo’n kracht en ontspanning. Dat was nieuw voor ons. We leerden om in onze kracht te staan, wat het betekent om man te zijn. Het was zo speciaal dat we het met anderen wilden delen.” We, dat zijn Peter Adema en Frits Duursma die de workshop ‘omgaan met woede en opgelegde mannelijkheid’ gaan geven, zo lees ik bij Oneworld. Mannen zijn het volgens hen verleerd om hun boosheid op een goede manier te uiten. Interessant.

Foto: Wikimedia Commons

 Waarom ze dat gaan doen? “Woede heeft een negatief imago in onze samenleving. Als je als kind boos bent willen je ouders dat zo snel mogelijk oplossen. Eigenlijk wordt ons dus geleerd om die emotie niet te laten zien. Daardoor gaat het vastzitten. Als je geen manier hebt om die boosheid in beweging te brengen, uit zich dat door stress, ziekte en pijn in je lichaam. Wat ook gebeurt is dat mensen gaan klagen. Ook dat is een uiting van lichamelijke stress. Het is een maatschappelijk probleem dat we met deze workshops op willen lossen.” 

Je kunt voor de cursus betalen, maar je kunt er ook gratis naar toe als je zegt dat je een pro-zwarte-piet-demonstrant bent: “We zijn heel erg geraakt door de intensiteit van de boosheid van de demonstranten. Het zou fantastisch zijn als we die groep kunnen bereiken, omdat zij met hun boosheid een grote impact op de maatschappij hebben.” Vreemd dat ze de workshop aanbieden aan mensen die juist geen problemen hebben met het uiten van hun woede. En ook weer niet. De heren leren mannen hun woede op een ‘veilige manier’ te uiten. Daar schort het bij een deel van de ‘pro-pieten’ aan.

Hoe gaan ze dat doen? “Bij onze workshop gaan we alle opgekropte woede eruit laten door middel van zwaardvechten. We gaan de woede herkennen, en zullen vervolgens accepteren dat het er is en dat het welkom is. We leren de deelnemers om op een positieve, constructieve manier om te gaan met woede, in plaats van het op te kroppen.” Zo worden de onvolwassen mannen, volwassen. Een onvolwassen man kenmerkt zich door: “competitief, machogedrag, breed en sterk zijn, geen gevoelens tonen, agressief zijn.” Een volwassen man: “is authentiek en laat zijn emoties zien. Hij is vastberaden, heeft richting en neemt initiatief.”

Wat ze uiteindelijk willen bereiken bij die ‘pro-pieten’: “We willen laten zien dat het uiten van die boosheid ook in een workshop kan, in plaats van op straat. … We hopen dat ze de woede in onze workshops uiten, in plaats van volgend jaar tijdens de intocht.” Nu begrijp ik het even niet meer. Het was toch de bedoeling om mannen te leren om op een constructieve manier met woede om te gaan? De goede manier van het uiten van woede is dus in de ‘beslotenheid’ van de workshop. Hoe constructief is dat? 

De enige manier om beiden te combineren is van de intocht van volgend jaar een ‘workshop’ te maken. Dan moeten ze, net als de sint, wel een beroep doen op ‘hulptrainers’.

#denkzelfna

Ik wilde me er dit jaar verre van houden. Waarvan? Van het schrijven van een stukje over zwarte piet. Dat gaat me ook lukken want dit stukje gaat niet over zwarte piet, maar over de rechtszaak naar aanleiding van ‘de slag bij Dokkum’. Of beter nog om een stukje dat Jan Gajentaan erover publiceerde bij Opiniez. Als je, zoals de Ballonnendoorprikker, kromme redeneringen en rammelend beargumenteerde standpunten aan de kaak wilt stellen, dan moet je er iets van zeggen.

Demonstratie_op_het_Binnenhof_in_Den_Haag_tegen_de_komst_van_de_centrumpartij_in_de_Tweede_Kamer._In_beeld_een_groot_spa_-_SFA007001062

Foto: Wikipedia

Dat Gajentaan boos is dat zijn heldin Jenny Douwes en haar kornuiten een stevige straf krijgen opgelegd, is tot daaraan toe. Ook mag je vinden dat de rechter de plank mis heeft geslagen. Maar met zijn betoog ligt het wat anders. “Het is duidelijk dat de bezorgdheid van de alleenstaande moeder Jenny Douwes ordeverstoringen tijdens de intocht in Dokkum betrof, uitgelokt door burgemeester Marga Waanders die zich het vuur uit de sloffen liep om de agressieve links-identitairen van KOZP naar Dokkum te halen, nadat deze al de landelijke intochten van Meppel en Maassluis grondig hadden verpest en die van Gouda in een veldslag hadden veranderd.”  En iets verderop: “Ik kan niet anders dan droevig constateren dat de rechterlijke macht volledig van het padje is in Nederland. Want natuurlijk gaat dit niet over de vrijheid van demonstratie of meningsuiting, het gaat om de bescherming van kinderen en hun recht op een ongestoord feest!.” En in de afsluitende alinea: “… de agressieve activisten die al jaren niets in de weg gelegd wordt en die zelfs de rode loper krijgen uitgerold door burgemeesters en in de media ….” 

Een wel zeer bijzondere onderbouwing. Douwes en haar ‘helden’ worden vervolgd omdat ze een kinderfeest beschermen, want dat moet ongestoord door kunnen gaan. Burgemeesters die allerlei partijen uitlokken om te komen demonstreren en zich daarvoor het vuur uit de sloffen lopen en nog erger ‘de rode loper uitrollen.’ En die activisten wordt niets in de weg gelegd. Het lijkt wel een complot.

Maar als die activisten niets in de weg wordt gelegd, hoe komt het dan dat de intochten in Meppel en Maasluis grondig werden verstoord en het in Gouda op een ‘veldslag’ uitliep? Hoe kan het dan dat er ‘activisten’ door de politie werden opgepakt? Dan heb ik zeker gedroomd toen ik diverse Haagse politici begrip hoorde tonen voor de intenties achter de actie van Douwes? Als burgemeesters rode lopers uitleggen, hoe komt het dan dat de demonstranten bijna altijd ergens in een hoekje worden wegegemoffeld?

“De Nederlandse bevolking laat zich niet langer in de hoek zetten door een lawaaierige minderheid. Desnoods worden we allemaal #blokkeerfriezen,” zo sluit Gajentaan af. Nu ontbeer ik zijn gave om voor de Nederlandse bevolking te spreken, maar als Nederlander kan ik alleen maar zeggen dat ik me niet door zo’n baarlijke nonsens om de tuin laat leiden. En ik voeg eraan toe dat iedereen het recht heeft om zijn mening te uiten en te demonstreren. Demonstreren bij een ‘kinderfeest’, maar ook bij een moskee, door daar te gaan barbecuen. Dat recht heb je, of je het ook moet doen, is een andere zaak. Ik beveel iedereen aan, #denkzelfna.

Ik doe niet mee!

Identiteit, door de Van Dale omschreven als “eigen karakter.”  Identiteit, het staat tegenwoordig centraal in zo ongeveer elk politiek debat, want dan wordt identiteit van het individuele naar het collectieve niveau getild, naar het niveau van de ‘Nederlandse identiteit’ bijvoorbeeld. De regeringspartijen besteedden er al aandacht aan in hun regeerakkoord en daar heb ik me al eerder over uitgelaten omdat het woord wordt gebruikt om mensen buiten te sluiten. Nu las ik iets bijzonders op de site Opiniez, de site die lastig omgaat met een weerwoord.

holle-bolle-gijs-339478_960_720

Foto: pixabay.com

Op deze site een artikel van Robert Bor. “De beroepsdrammers beitelen zeer succesvol aan het fundament van de Nederlandse identiteit. Telkens weten ze er een stuk af te houwen. Langzaamaan verdwijnen eeuwenoude tradities en wordt de geschiedenis net zo lang herschreven totdat zij past in het utopische streven.” Wat is dan die Nederlandse identiteit? volgens Bor wordt die gevormd door zwarte piet, monsieur Cannibale in de Efteling, cowboys en indianen, Jan Pieterszoon Coen en een film over Michiel de Ruyter. Nu valt er veel te zeggen over de criticasters van al deze zaken. Dat enkelen er bijzondere theorieën op na houden, dat er zijn die in fabeltjes geloven en dat er zijn die de geschiedenis plooien naar het heden.

Nu ben ik Nederlander en vier ik sinterklaas, heb ooit wel eens de Efteling bezocht, cowboy en indiaantje gespeeld, geschiedenis gestudeerd en tijdens die studie kwamen De Ruyter en Coen voor. Dat de Nederlandse identiteit daarmee bestaat uit zwarte piet, en Monsieur Cannibale, de cowboys en indianen, Coen en De Ruyter tot de ‘fundamenten van de Nederlandse identiteit’ behoren, gaat dat niet wat ver?

Volgens Bor verdienen die beroepsdrammers: “een krachtig antwoord van trotse, Nederlandse burgers, verenigd in hun afkeer van de ondermijning van onze gekoesterde identiteit.” Beste meneer Bor, als Nederlander kan ik u zeggen: ik doe niet mee!

Voor mij wordt het fundament van de Nederlandse identiteit niet gevormd door voorgeschreven ‘belangrijke tradities’ of historische figuren’. Voor mij wordt die gevormd door de ruimte die onze rechtstaat biedt om jezelf te zijn en je eigen inspiratiebronnen te kiezen. Door de vrijheid om af te wijken van de ander. De vrijheid om je eigen ‘identiteit’ te bepalen en evenzoveel ruimte voor een ander om zijn ‘identiteit’ te bepalen.

Risicovermijding

Een week of twee geleden, zo vlak na de intocht van Sinterklaas vroeg ik me af of we de Sint zouden kunnen vragen om bij onze bestuurders, volksvertegenwoordigers  en onszelf een dosis gezond, democratisch verstand in de schoen te stoppen. Dit naar aanleiding van de gebeurtenissen rond die intocht.

Angst

Foto: Flickr

Afgelopen week konden de ‘anti-piet-demonstranten’ als nog demonstreren en werd alles uit de kast getrokken om dit mogelijk te maken: “Begeleid door negen ME-busjes, twee sleepwagens, een politiewagen en elf motoragenten vertrokken drie bussen vol demonstranten zaterdagochtend naar Dokkum, om daar alsnog te demonstreren tegen Zwarte Piet,” aldus de Volkskrant. Elders viel te lezen dat onderweg op- en afritten werden afgezet om de drie bussen inclusief ‘begeleidende’ voertuigen ongehinderd naar Dokkum te laten rijden. De voorzitter van de politievakbond ACP van de Kamp becijferde dat deze stoet de belastingbetaler wellicht een half miljoen heeft gekost en dat: “Dit gaat ten koste van ander politiewerk dat al flink onder druk staat.” Dat was weer tegen het zere been van Volkskrantcolumnist Sheila Sitalsing: “Het zou er beslist een stuk goedkoper op worden als we in de grondrechten zouden snoeien.”

Dit hele gebeuren roept een vraag op, namelijk of de te passieve houding van de overheid van twee weken geleden niet is ingeruild voor een te actieve houding nu? Als onze overheid zich dit twee weken geleden had gerealiseerd en de ballen had gehad, dan had ze de betreffende snelweg vrijgemaakt en de bussen toen fijn naar Dokkum laten rijden alwaar de demonstranten, volgens afspraak, hun mening hadden kunnen uiten.

Demonstreren is een grondrecht dat slechts bij hoge uitzondering en liefst nooit, verboden mag worden. Tegen mensen die een demonstratie proberen te verhinderen, moet worden opgetreden. Optreden door hinderaars te verwijderen en, indien nodig, op te pakken. Dat had, zoals hierboven al geschreven, twee weken geleden moeten gebeuren. Is het optreden van nu niet het andere uiterste? Door als overheid als ‘reisleider’ op te treden van demonstranten en hen met inzet van veel middelen een paar bussen honderdvijfenzestig kilometer lang te begeleiden met zoveel materieel en personeel?

Zou Sint een dosis gezond, democratisch verstand anders hebben geïnterpreteerd? Of zouden de bestuurders mijn schrijven van twee weken geleden verkeerd hebben begrepen? Is zowel die passieve als die actieve houding niet ingegeven door het uit willen sluiten van elke vorm van risico? Dus gebaseerd op angst en zoals het spreekwoord luidt: angst is een slechte raadgever?

Onwetendheid is macht!?

‘Het is nooit goed of het deugd niet’, een uitspraak die mijn moeder vaker bezigde, maar dan in het Veldense dialect uitgesproken. Aan die uitspraak moest ik denken tijdens het lezen van de column van Asha ten Broeke in de Volkskrant. Ten Broeke schrijft over de reacties in de media op de bijdrage van Arjen Lubach aan de zwarte-pietendiscussie. Aan de ene kant bijval en aan de andere kant krijgt hij het verwijt dat hij zich op het schild hijst ten koste van ‘zwarte activisten’ die worden bedreigd. Het woord culturele toe-eigening wordt nog niet genoemd, maar daar lijkt het wel op.

Wekker

Wat moet je als blanke, al mag ik dat woord niet gebruiken omdat ik me dan een neutrale positie toedeel, dan doen? Ten Broeke geeft advies en dat advies haalt ze bij Gloria Wekker: “… het zich teweerstellen tegen witte onschuld, het zichzelf positioneren als wit, als een machtige raciale/etnische positie bezettend, het cognitief en emotioneel kennisnemen van de Nederlandse geschiedenis van imperialisme, van de vele vormen van wit privilege en dat privilege gebruiken om machtsverschillen te doorbreken…”  Kennis nemen van de geschiedenis, welke dan ook, is altijd goed. Ook ben ik me er terdege van bewust dat er machtsverschillen zijn die doorbroken moeten worden. Dat kost tijd en gezamenlijke strijd en inzet.

Meer moeite heb ik met de term witte onschuld. Die komt er volgens Wekker (pagina 31 van haar boek Witte Onschuld) op neer: “dat de epistemologie van de onwetendheid deel uitmaakt van een witte superieure staat waarbij het menselijk ras raciaal is verdeeld in volledige en onvolledige personen. Hoewel- of beter gezegd: juist doordat – ze de neiging hebben de racistische wereld waarin ze leven niet te begrijpen, zijn witte mensen in staat volledig te profiteren van deze raciale hiërarchieën , ontologieën en economieën.” Ja, er zijn mensen die zich superieur achten aan anderen, die anderen ‘onvolledig’ vinden. Die heb je echter in alle kleuren en religies. Om dit iedere blanke te verwijten, gaat mij veel te ver.

Meestal leidt kennis tot inzicht en tot een positie waarin de bezitter van die kennis de mogelijkheid heeft om te profiteren van het inzetten van die kennis. Vandaar de uitspraak kennis is macht. Wekker beweert het omgekeerde, onwetendheid is macht. Zou dat werkelijk zo zijn? Zou het werkelijk zo zijn dat de ‘witte’ het ‘spel winnen’ omdat ze het niet begrijpen?

Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland

“Wellicht kunnen we de sinterklaastijd gebruiken om het tij te keren. Hoe? Door Sinterklaas te vragen om onze bestuurders, volksvertegenwoordigers en onszelf een dosis gezond, democratisch verstand en vooral een stevige portie moed te geven.” Hiermee eindigde mijn prikker van eergisteren. Dit omdat demonstraties (vrije meningsuitingen) steeds vaker worden verboden met een beroep op de openbare orde. Terwijl in een vrije democratische samenleving de vrije meningsuiting (en dus demonstraties) juist een belangrijk kenmerk is van de de niet verstoorde, dus normale orde.

Vrijheidsbeeld

Foto: Pixabay

Ik moest hieraan denken toen ik het volgende las bij Joop:

“Enkele relatief nieuwe extreemlinkse antiracistische actiegroepen bestaan voornamelijk uit actievoerders met een migrantenachtergrond. Zij strijden tegen (in hun ogen) racistische en koloniale symbolen in de Nederlandse maatschappij, zoals Zwarte Piet, de VOC, straatnamen en standbeelden. De bekendste actiegroepen hiervan zijn Kick Out Zwarte Piet en De Grauwe Eeuw.”

Dit is afkomstig uit het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 46 van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding.  Voor wie het wil controleren klik hier, vervolgens op de Download en kijk dan op pagina 8.

Nu heb ik zelf zo mijn bezwaren tegen de manier waarop deze actiegroepen het verleden selectief gebruiken en soms zelfs misbruiken voor hun strijd in het heden. Ook heb ik moeite met de hun manier van redeneren. Aan de andere kant voel ik mee met mensen die minder prettige gevoelens krijgen bij bijvoorbeeld zwarte piet, of die meer aandacht willen voor bijvoorbeeld de slavernij.

Kenmerk van een goed functionerende democratie is dat er een publiek debat is over gevoelige onderwerpen. Een debat waarbij iedereen zijn zegje mag doen. Waar de toon soms geagiteerd is en het volume soms hoog. Dat alles past en hoort erbij. Geweld hoort er niet bij en als we de in het Dreigingsbeeld genoemde clubs Kick Out Zwarte Piet en De Grauwe Eeuw iets moeten nageven dan is dat ze de strijd met woorden voeren. Dat ze zich keurig aan de spelregels van de democratie houden. Dat ze voor iedere demonstratie keurig een vergunning aanvragen. Complimenten daarvoor.

Wat mij wel zorgen baart is dat ze meestal worden bedreigd en dan niet op de overheid kunnen rekenen. Dat zij zo worden beperkt in hun recht om hun mening te uiten. Wat mij nog het meeste zorgen baart, is dat zij worden genoemd in een rapport over terrorismedreiging in Nederland uitgegeven door de overheid, door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding. Want is vrije meningsuiting een daad van terrorisme? Wat is er trouwens extreem links aan hun standpunten?

Ik neem in ieder geval de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding op in mijn ‘Dreigingsbeeld Anti-Democratie Nederland’.

PS. Zou deze Prikker ertoe leiden dat ik in het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 47 verschijn?

Gezond, democratisch verstand

“In een tijd van preventie, controle en het minimaliseren van risico’s kiezen bestuurders steevast voor ‘de openbare orde’.” Woorden uit een artikel van Cinan Çankaya in de Volkskrant. Aanleiding voor zijn artikel is de hele heisa rond de anti-zwarte-piet demonstranten die door pro-zwarte-piet demonstranten werden belemmerd om te demonstreren, een demonstratie waarvoor de burgemeester een vergunning had afgegeven. Çankaya concludeert:

“Zorgvuldig omgaan met grondrechten blijkt ook voor het Nederlandse bestuur, de politieorganisatie en een belangrijk deel van haar inwoners een probleem te zijn.”

demonstratie

foto: Wikimedia Commons

Het gaat mij niet om zwarte piet, daar heb ik al eerder mijn zegje over gedaan en daar laat ik het bij. Het gaat mij om het begrip ‘openbare orde’. Dat begrip wordt, samen met het woord veiligheid, vaak gebruikt als er weer eens een demonstratie of manifestatie wordt verboden door een burgemeester. Een burgemeester die bang is voor verstoring van die openbare orde. Om te bepalen of die openbare orde wordt verstoord, moet eerst duidelijk zijn hoe die niet verstoorde orde eruitziet, wat behoort tot de normale orde?

In onze democratie is het in het openbaar kunnen uiten van je mening een belangrijk grondrecht. Met mijn prikkers maak ik gebruik van dit recht. Demonstreren is ook een manier om je mening te uiten. Demonstreren kun je in je eentje en ook in een groep. Betekent dit niet dat het uiten van je mening, ook in de vorm van een demonstratie gewoon tot de normale orde behoort en dus die orde niet kan verstoren?

Begin dit jaar schreef ik hier al, naar aanleiding van Turkse ministers die op bezoek kwamen en wilden komen, over. Ik stelde toen de vraag: “ Zou niet slechts bij hoge uitzondering, of liever nog nooit, een bijeenkomst of demonstratie verboden mogen worden?” Die prikker eindigde met de vraag: “Zijn onze bestuurders niet veel te angstig en bewijzen ze de democratie en onze vrijheden niet een slechte dienst door vanuit deze angst te handelen?”  Vragen die we ook nu weer, of eigenlijk nog steeds, kunnen stellen.

Wellicht kunnen we de sinterklaastijd gebruiken om het tij te keren. Hoe? Door Sinterklaas te vragen om onze bestuurders, volksvertegenwoordigers en onszelf een dosis gezond, democratisch verstand en vooral een stevig portie moed te geven. Dat zou het door Çankaya gesignaleerde probleem oplossen.

Culturele toedeling

“Tegenstanders van de traditionele Zwarte Piet wijzen op het racistische uiterlijk, de stereotypische karikatuur van de zwarte mens, het gebruik van ‘blackface’ in een kinderfeest. Fans van Zwarte Piet buitelen vervolgens over elkaar heen om die vergelijkingen te ontkennen: nee hoor, is niet hetzelfde, dit komt van de schoorsteen. Doe me even een lol. Zoek een plaatje van zwarte piet en zoek vervolgens een plaatje van een blackface minstrel uit de VS,”

Aldus Pascal Vanenburg bij Joop. Na het lezen van dit citaat moest ik denken aan het begrip culturele toe-eigening, het door de dominante ‘witte’ cultuur overnemen van zaken uit de cultuur van een minderheid. Bijvoorbeeld de Maori-tatoeage op een blanke Amsterdamse arm.

nandi

Illustratie; Wikimedia Commons

Als er sprake kan zijn van culturele toe-eigening, zou er dan ook sprake kunnen zijn van culturele toedeling? Het aan een bepaalde cultuur koppelen van zaken uit een andere cultuur en daarmee het importeren van argumenten uit die ene cultuur voor jou zaak in de andere? Zo kom ik bij Vanenburg, hij legt een verband tussen de Amerikaans, Engelse ‘blackface’ en ‘Zwarte Piet’. Iets wat Sunny Bergman in haar documentaire Zwart als roet’ ook doet. Wordt door een koppeling te leggen tussen twee ‘culturele uitingen’ die niets met elkaar te maken hebben, niet de beleving, de verontwaardiging en afschuw over de ene uiting aan de andere toebedeeld?

Zo is er veel te zeggen over de wreedheid van het stierenvechten, het doden van een dier voor het plezier. Zouden die argumenten worden versterkt door ze in India te laten zien en de Indiër zijn afschuw te laten uitspreken over deze barbaarse behandeling van dit heilige vervoermiddel van de god Shiva? Deel je dan de Spaanse stierengevecht cultuur niet iets toe dat er geen onderdeel van uitmaakt?

Een ander voorbeeld. De Vastelaovend, een traditie waarbij mensen zich verkleden en zo de bestaande orde op de kop zetten. De bestaande orde op de hak te nemen. Als je deze context niet begrijpt of weglaat, dan zie zou je stereotypen die je als belediging of zelfs als racistisch kunt ervaren kunnen zien. Deel je de Vastelaovescultuur zo niet iets toe dat er geen deel vanuit maakt?

Moeten we niet heel voorzichtig zijn met ‘culturele toedeling’? Voorzichtig omdat zo argumenten en sentimenten in de strijd worden gegooid die er eigenlijk geen plaats in hebben. Argumenten en sentimenten die  mensen verdelen en ons verder van huis brengen. Om bij Zwarte Piet te blijven, dat er mensen zijn die zich niet prettig voelen bij Piet is voldoende aanleiding om naar de ‘vorm en kleur’ van piet te kijken. Daar hebben we de Amerikaans, Engelse blackface niet voor nodig.