‘Poppenkast’

‘Poppenkast’. Dit woord haalde deze week alle Nederlandse media. Het was het laatste hoorbare woord dat Imam Suhayb Salam sprak na zijn verhoor door de Commissie parlementaire ondervraging ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen. Het gebruik van dit woord zou kunnen duiden op het goed geïntegreerd zijn van de Imam in de Nederlandse samenleving. Nu gaat het mij niet om Salam en het geloof dat hij predikt. Het staat in dit land gelukkig iedereen vrij om te geloven wat hij wil en dat ook uit te dragen. Christen, hindoe, islamiet, jood ‘ietsist’, aanhanger van het vliegend spaghettimonster of ongelovig alles mag. Het gaat mij om de kwalificatie ‘poppenkast’. 

De opdracht van de commissie luidt, zo is te lezen op de speciale webpagina: “welke ongewenste beïnvloeding vindt er plaats van maatschappelijke en religieuze organisaties in Nederland, zoals moskeeën, uit onvrije landen en hoe kan deze invloed worden doorbroken?” Een brede en vooral bijzondere opdracht. Breed omdat de opdracht zich uitstrekt tot alle maatschappelijke en religieuze organisaties. Dat zijn er nogal wat. Daar kan ook zomaar de Russische invloed in voetbalclub Vitesse bij horen en de Chinese bij ADO Den Haag. De Saoedische invloed bij Sabic en Chemelot? Nee het onderzoek strekt zich niet uit naar ongewenste neoliberale, (neo)conservatieve, socialistische, fascistische en identitaire en identiteitspolitieke beïnvloeding.  Zoals de beïnvloeding door het Amerikaans Alt Right via bijvoorbeeld Jared Taylor en Steve Bannon, de oud ‘voorlichter’ van president Trump. Of de invloed van de Amerikaans ‘identity politics’ een stroming die via Gloria Wekkers ‘Witte onschuld’ en Sylvana Simons zijn intrede deed in Nederland. Of de steun vanuit Amerika en Israël  voor Wilders en zijn PVV. Die ‘beïnvloeding’, gewenst of ongewenst, valt buiten de scope van het onderzoek. De Verenigde Staten zijn immers een vrij land. Een vrij land waar, om het Klein Orkest aan te halen: “alleen als je geld hebt dan is de vrijheid niet duur.”

De opdracht is bijzonder omdat de vraag is wat ‘ongewenst’ is en vooral wie dat bepaalt? Wat voor iemand gewenst is kan voor een ander ongewenst zijn. Hoe zou de commissie dat hebben opgelost?

Die oplossing staat vóór die opdracht: “Uit een expertmeeting, gehouden tijdens de voorbereidingsperiode, bleek dat beïnvloeding van moskeeën niet alleen via financiële lijnen loopt: het gaat naast geld ook om goederen en diensten. Voorbeelden zijn het betalen van salarissen, financieel ondersteunen van studenten, faciliteren van panden, aanbieden van studies, studiemateriaal, (ir)reguliere onderwijsprogramma’s, lezingen/conferenties, vertalingen of bijvoorbeeld afgevaardigden in een moskeebestuur krijgen.” Deze passage focust zich volledig op moskeeën. Vanuit dit ‘smalle’ wordt die brede opdracht geformuleerd. In de opdracht worden ‘moskeeën als voorbeeld genoemd. In het verdere onderzoek richt de commissie zich dan weer op dat smalle, op moskeeën en aanpalende islamitische organisaties. Eventuele ongewenste beïnvloeding van christenen, joden, hindoes en ‘spaghettimonster-aanhangers blijft zo buiten beschouwing. Beïnvloeding door bijvoorbeeld de extremistische christelijke predikant Steven Anderson.

Het verdere onderzoek wordt nog veel smaller. Het richt zich op twee moskeeën en een Turkse stichting die eventueel worden beïnvloed vanuit  onvrije landen. Landen zoals Saoedi-Arabië, Koeweit en Turkije. Maar wacht eens even. Dat zijn landen waarmee we redelijk goed betrekkingen onderhouden. Dat zijn, de een wat meer dan de ander, belangrijke handelspartners. Dat zijn, de een wat meer dan de ander, vrienden. Zouden die betrekking en worden verbroken en de handelsrelaties worden beëindigd als uit het onderzoek zou blijken dat er ‘ongewenst wordt beïnvloed’? 

Onderzoek naar inhoudelijke invloed lijkt mij overbodig. Natuurlijk beïnvloeden mensen elkaars ideeën en gedachten. Zonder Socrates geen Plato en uiteindelijk ook geen Hans Achterhuis. Voeg dit bij de vraag wat ‘gewenst’ en wat ‘ongewenst is. Helemaal absurd wordt het als alleen invloed uit ‘onvrije landen’ wordt bekeken. Alsof ‘ongewenste invloed’ alleen maar uit onvrije landen kan komen. Zeker als het onvrije landen als Saoedi-Arabië  en Koeweit betreft waar ons koningshuis en regering vriendschappelijke banden mee onderhoudt. Dan kun je van een ‘poppenkast’  een “zinloze plichtspleging of aanstellerij” spreken.

Het onderzoek werd nog smaller tijdens het verhoor van Salam toen hem door een hoog op de ‘morele troon zittend’ SGP-kamerlid Stoffer werd gevraagd of hij doceerde dat men geen ‘verjaardag, sinterklaas of kerst’ mocht vieren met de toevoeging erbij ‘met ja of nee beantwoorden’. Ik kon mij niet aan de indruk onttrekken dat hier een poging werd gedaan om iemand belachelijk te maken. Een mislukte poging die terugsloeg op de vragensteller. Maar wat erger is, door dit onderzoek en deze vragen wordt een bevolkingsgroep in een hoek geplaatst. Zeer spijtig dat ons parlement zich hiertoe heeft laten verleiden.

Geestelijke schraalheid

“Tot de bevrijding die de babyboomers organiseerden, behoorde ook de secularisering – het proces van ontkerkelijking. Eenmaal verlost van de knellende geloofszekerheden, kon de babyboomer zijn zelfontplooiing ter hand nemen. Daarmee kon echter niet het vacuüm worden opgevuld dat de kerken hebben nagelaten. De babyboomers en hun nazaten leven in geestelijke schraalheid te midden van materiële weelde.” Een alinea uit het Commentaar van Sander van Walsum in de Volkskrant. Dat Commentaar behandelt de kloof tussen de de ‘jongeren van nu’ en de ‘babyboom-generatie’. Nee, ik ga hier niet meer schrijven over ‘geleuter over generaties’, dat heb ik al twee keer gedaan. Het gaat mij om de bovenstaande passage. 

Bron: Public Domain Pictures

Beweert Van Walsum dat het leven geestelijk schraal is zonder ‘geloofszekerheden’? Omgekeerd zou dat betekenen dat een geestelijk rijk leven alleen maar mogelijk is met ‘knellende geloofszekerheden.’ Ik kan me niet voorstellen dat iets wat knelt prettig voelt. Knellende schoenen lopen niet prettig. Maar ook als we het woord ‘knellende’ weglaten, vraag ik me af of ‘geloofszekerheden’ een voorwaarde voor een geestelijk rijk leven zijn.  

We leven inderdaad in een tijd van materiële weelde. Sterker nog, het ‘materiële’ wordt  veel te belangrijk gevonden. Als die ‘geloofszekerheden’ nodig zijn om mensen te ‘verankeren’ waarom zien we dan zo weinig aanhangers van die zekerheden die een leven kiezen waarbij ze het materiële zoveel mogelijk laten voor wat het is. Die zoeken naar een andere invulling van hun leven. Een invulling die bij hun ‘geloofszekerheden ‘past. 

Als die ‘geloofszekerheden’ een basisvoorwaarde voor geestelijke rijkdom zijn, waarom kramen hun aanhangers dan vaak zo’n armoedige zaken uit? In haar eindejaarsconference besteedde Claudia de Breij aandacht aan de ‘Nashville verklaring’ en aan SGP leider Van der Staaij. Dit om maar een voorbeeld uit een religie te noemen. “WIJ BEVESTIGEN dat het zondig is om homoseksuele onreinheid of transgenderisme goed te keuren. Wie deze wel goedkeurt wijkt fundamenteel af van de standvastigheid die van christenen verwacht mag worden en van het getuigenis waartoe zij geroepen zijn. WIJ ONTKENNEN dat de goedkeuring van homoseksuele onreinheid of transgenderisme een moreel neutrale zaak is, waarover getrouwe christenen onderling van mening mogen verschillen.” Aldus artikel 10 van de verklaring. Als die verklaring en het handelen van Van der Staaij voorbeelden van ‘geestelijke rijkdom’ zijn, dan voelt die ‘rijkdom’ wel heel armoedig.

Aan de andere kant zijn er mensen die zonder ‘geloofszekerheden’ leven en wel het materiële zoveel mogelijk laten voor wat het is.  Aan die andere kant zijn er ook zeer veel mensen die bevestigen dat homoseksualiteit en transgenderisme een moreel neutrale zaak is. Die hebben daar geen ‘geloofszekerheden’ voor nodig. Het enige wat zij daarvoor nodig hebben, is hun gezonde verstand en hun gevoel van menselijkheid. Geestelijke rijkdom is niet afhankelijk van geloofszekerheden.

Bezopen nuchterheid

“De coalitie van FvD, SGP en PVV moet daarom de nieuwe coalitie van nuchter Nederland gaan worden.” Een van de laatste zinnen uit een betoog van student politicologie en SGP raadslid in Oldenbroek Tom de Nooijer bij Opiniez. Waarom het tijd is voor die coalitie? Omdat het “tijd (is) voor een nieuw politiek thuis van het redelijke midden.” Wat kenmerkt die coalitie en dus ‘nuchterheid’ en ‘redelijkheid’? Zou dat wat voor mij zijn?

Makgadikgadizoutvlaktes in Botswane. Bron: WikimediaCommons

Ik drink af en toe een glas bier. Zo ook gisteren tijdens de wedstrijd van VVV-Venlo tegen Emmen. Zou dat een belemmering zijn? Dronken was ik zeker niet, maar helemaal nuchter? Aan het einde was ik trouwens dronken van geluk en met mij vele anderen in het stadion omdat VVV won. Die betekenis van het woord ‘nuchter’ zal De Nooijer niet bedoelen. Ook niet de eerste betekenis in de Vandale, “zonder nog te hebben gegeten”. Hij zal eerder verwijzen naar de derde omschrijving: “verstandig en kalm, koel-zakelijk.” Laten we zijn betoog eens ontleden. Wellicht dat we dan kunnen ontdekken wanneer je tot de ’dronken’ en dus onverstandige, hysterische en warm-emotionele coalitie behoort. Die coalitie kan zich op verschillende plekken in het politieke spectrum bevinden. Die kan zowel aan de rechterkant als aan de linkerkant huizen. Maar ook in het midden. En als er een ‘redelijk midden’ is dan zou er ook zo maar een ‘onredelijk midden’ kunnen zijn. Net zoals er een ‘redelijk’ rechts en links kunnen zijn, zelfs in de meest extreme variant. Eens kijken of zijn analyse duidelijk biedt.

‘Nuchter’ is: “Centrum-rechts, vaak wonend in de provincie en vanuit calvinistische overblijfselen een tikkeltje gematigd en conservatief.” Aha, links is dronken en woont vaker in een stad en bijna het hele Zuiden van het land valt al af vanwege het katholieke verleden. De ‘calvinistische overblijfselen’ zijn daar immers als de wel bekende speld in een hooiberg. Wel vreemd dan dat de PVV zo goed scoort in het Zuiden. Oké, misschien is daar een andere verklaring voor.

“Vaak worden onderwerpen genoemd als de achterblijvende koopkracht of het irrationele klimaatbeleid van Nederland,” aldus De Nooijer als het gaat over zaken die de stemkeuze bepalen. Maar dat is niet alles: “opvallend is dat de zorgen steeds vaker gaan over culturele, waarschijnlijk zelfs existentiële, thema’s, die betrekking hebben op de lange termijn van ons land (of Avondland, zo u wilt). Hierbij staan immigratie en de alsmaar toenemende macht van de Europese Unie centraal. Uitzoomend, vallen al deze onderwerpen grofweg onder te brengen onder twee grote zorgen, namelijk zorgen over de identiteit en de soevereiniteit van Nederland.” Het redelijke en nuchtere moet dus ergens in deze thema’s verstopt zitten.

Als eerste neemt De Nooijer immigratie onder de loep. Hij analyseert aan de hand van het stemmen over het Marakeshpact. “Enige tegenstanders: FvD, SGP, PVV en 50+” Oké, redelijk en nuchter is dus tegen dit pact zijn omdat het pact vol staat met: “bizarre teksten die zelfs GroenLinks nog niet zou opschrijven in hun verkiezingsprogramma.” GroenLinks is, volgens De Nooijer, dus ‘bezopen’ en ‘onredelijk’. En daarbij draait het allemaal om: “artikel 13, waarin staat dat immigratie ‘in essentie voor iedereen iets goeds is, zolang het maar goed verloopt’.” De vraag is wat er zo bizar is aan deze tekst? Is immigratie slecht? Zonder immigratie zouden er in Nederland geen mensen zijn. In het grootste deel van de wereld trouwens niet. De homo sapiens vindt, naar de laatste wetenschappelijke inzichten, zijn oorsprong: “ongeveer op de plek waar nu de Makgadikgadizoutvlaktes liggen.” En emigreerde zo’n 130.000 jaar geleden van daaruit. Dus om te beweren dat migratie slecht is, gaat wel erg ver. Nu zal De Nooijer dat als rechtgeaard staatkundig gereformeerde waarschijnlijk anders zien en verklaren dat de Aarde nog niet zo oud is. 

Of zou het tegenwoordig anders zijn? Was immigratie ooit goed en is het nu slecht? Als dat het geval is, dan moeten de grenzen dicht. Maar dan ook twee kanten op. Dus ook geen Nederlander meer die naar ‘Silicon Valley’ gaat om daar zijn ‘geluk’ te beproeven. Als immigratie slecht is, is emigratie dat immers ook. Dat is de keerzijde van de medaille. Immers en dat moet De Nooijer bekend voorkomen: ’Wat gij niet wilt dat u geschiedt …” 

Wellicht valt De Nooijer over de passage ‘in essentie voor iedereen’ en vindt hij dat immigratie voor sommige mensen niet goed is. Of het goed is voor de immigrant, kan alleen die immigrant bepalen. Misschien is het slecht voor mensen op de plek waar naartoe wordt geïmmigreerd? Dat zou kunnen, daarom ook ‘zolang het maar goed verloopt’. Zolang het maar gereguleerd gebeurd en dat is nu niet het geval. Wat er waarom redelijke en nuchter is, maakt De Nooijer niet echt duidelijk.

Dan het tweede onderwerp, het klimaat. “Enige tegenstanders: FvD, SGP, PVV (en PvdD, die vonden het niet ver genoeg gaan).” De redelijke en nuchtere positie is dus tegen deze wet zijn en niet omdat die niet ver genoeg gaat. Waarom? Omdat: “ De klimaatwet (…) hét politieke besluit (was) waarin definitief duidelijk werd wie zich wel en niet schaarde achter de groene gekte. In deze wet staat dat er in 2030 49% CO2-reductie moet zijn, en 95% in 2050. Koste wat het kost. De heiligheid van deze getallen is zo groot, dat ze kennelijk zelfs per wet moesten worden vastgelegd.”  Waarin zit die gekte en wat is dan ‘nuchter’? Als we Baudet mogen geloven is de klimaatverandering positief. De wereld wordt groener omdat planten het goed doen op kooldioxide. Ook is het volgens Baudet, maar de vraag of de huidige opwarming wel een gevolg is van menselijke activiteit. Hoe redelijk en nuchter die positie is, dat is de vraag. 

Feit is dat de concentratie kooldioxide in de de atmosfeer toeneemt en dat die toename steeds sneller gaat. Een toename die vooral een gevolg is van menselijke activiteiten en dan vooral het verbranden van kolen, olie en gas. Ook een feit is dat de gemiddelde temperatuur op aarde stijgt. Ze is de afgelopen 130 jaar met ongeveer 1,0 ° graad Celsius gestegen. Kooldioxide houdt warmte vast in de atmosfeer en werkt daarmee temperatuur verhogend. Ook dat is een feit. Zonder broeikasgassen in de atmosfeer zouden wij hier niet kunnen leven. Dan zou de gemiddelde temperatuur op Aarde ver onder het vriespunt liggen. Iets wat in de geschiedenis van de Aarde ook al is voorgekomen. Dat menselijke activiteit van invloed is op de gemiddelde temperatuur, is daarmee zeer waarschijnlijk. Dat verandering van dat menselijk gedrag dus ook invloed zal hebben, is zeer aannemelijk. Of de klimaatwet daarmee ‘groene gekte’ is en de ‘heiligheid van getallen’ te groot is, is zeer de vraag. Wat is daarmee ‘redelijk’ en nuchter’? 

Wat we ‘redelijk’ en nuchter’ kunnen constateren, en daarmee combineren we de eerste twee onderwerpen, is dat klimaatverandering tot migratie leidt. De plek waar nu de Makgadikgadizoutvlaktes liggen, zag er vroeger heel anders uit. Als het toen ook al zoutvlaktes waren, dan waren er waarschijnlijk geen homo sapiens geweest. Zoutvlaktes zijn immers slechte plekken om te wonen. Ooit vormden die zoutvlaktes: “een enorm meer, dat door plaattektoniek langzaam veranderde in moerasgebied.” En moerasgebieden zijn ideale gebieden voor levende wezens. Alleen veranderde dat, de meren droogden op. Waarschijnlijk als gevolg van een draaiing van de aardas waardoor het klimaat veranderde. Dat was de eerste keer dat de mens migreerde vanwege klimaatverandering. De eerste maar zeker niet de laatste. Zo droeg ‘klimaatverandering’ ook bij aan de val van het Romeinse Rijk. Die Hunnen gingen niet voor hun lol op trektocht naar Europa. Nee, diep in de Aziatische steppen veranderde het klimaat waardoor het leefgebied van de daar wonende mensen verslechterde. Zij trokken weg en veroorzaakten wat wij nu de ‘grote volksverhuizing’ noemen. De Nooijer zal ook hiervoor, als staatkundig gereformeerde, weer andere verklaringen hebben. Eentje waarin god een hoofdrol speelt.   

Als derde en laatste ijkpunt van ‘redelijkheid’ en ‘nuchterheid’ neemt De Nooijer de Europese Unie. En dan vooral een initiatiefwet waaraan SGP-fractievoorzitter  Kees van der Staaij maar liefst dertien jaar had gewerkt. “Een initiatiefwet die ervoor zorgt dat, wanneer er nieuwe bevoegdheden naar de EU gaan, er een tweederde meerderheid moet zijn in plaats van de helft plus een. Een gezonde drempel, om niet zomaar alle soevereiniteit over te dragen aan de EU. Zou je denken.” Hoe gezond een drempel van tweederde meerderheid is, laat onze Grondwet zien. Die kan alleen worden gewijzigd indien er in eerste instantie met gewone meerderheid over is besloten en na verkiezingen met tweederde meerderheid. Dit maakt majeure grondwetswijzigingen zeer zeldzaam en meestal gaat het maar over een klein detail. De laatste keer dat de Grondwet grondig werd herzien, was in 1983. En om die in perspectief te plaatsen, de discussie erover begon al in 1950. Dat is dus iets van zeer lange adem. Als we vervolgens bekijken wat ‘grondig’ inhield, dan valt dat ‘grondig’ wel mee. De echte ‘grondige’ voorstellen, werden afgewezen.  Voorstellen zoals de invoering van een beperkt districtenstelsel, de verkiezing van de formateur, rechtstreekse verkiezing van de Eerste Kamer, een andere benoeming van burgemeesters en Commissarissen van de Koning. Zaken waarover nu nog steeds wordt gepalaverd. 

Besluiten over het overdragen van bevoegdheden naar de Europese Samenwerking met een tweederde meerderheid betekent dat er niets wordt overgedragen. Tweederde meerderheid betekent dat alles bij het oude blijft. Als je vindt dat nu alles perfect is, is dat een begrijpelijke keuze. Alleen kunnen omstandigheden veranderen waardoor er iets anders nodig is. Als verandering noodzakelijk is, is het maar zeer de vraag of de keuze voor een tweederde meerderheid nog steeds ‘nuchter’ en ‘redelijk’ is. Besluiten met tweederde meerderheid komt in de buurt van dictatuur van de minderheid.

De Nooijer studeert politicologie aan de Universiteit van Amsterdam. Een studie die, zo is op de site van de Universiteit te lezen: “gaat over de wijze waarop gemeenschappen omgaan met conflicten, hoe zij besluiten nemen en hoe zij hun doelen realiseren.” De Nooijer heeft er in ieder geval geleerd zijn verhaal in woorden met een positieve klank te verpakken. Wie kan er nu bezwaar hebben tegen ‘redelijkheid’ en in het verlengde ervan ‘realisme’? En als jij de ‘redelijkheid’ of het ‘realisme’ claimt, is de ander al snel  een ‘onredelijk idealist’ of ‘irreëel’. Op de ‘redelijkheid’ van de opvattingen van De Nooijer valt nogal wat af te dingen. Dat “politiek thuis van het redelijke midden” voor‘nuchtere’ Nederland kon weleens behoorlijk bezopen en onredelijk kunnen uitpakken. Bezopen nuchterheid?

Welkom! Of niet?

Als je in Nederland asiel zoekt en krijgt, dan krijg je in eerste instantie een verblijfsvergunning voor vijf jaar. Kun je dan nog niet veilig terug naar je land van herkomst, dan krijg je een permanente verblijfsvergunning. CDA en SGP willen dit anders, deze partijen willen de tijdelijke verblijfsduur oprekken naar zeven jaar. Veel vluchtelingen hebben een gebrek aan perspectief in Nederland. Bovendien: “het doel moet zijn dat na afloop van een oorlog mensen weer terug gaan om te helpen bij de wederopbouw,” zo beweert CDA-leider Buma in Elsevier. Door de tijdelijke status op te rekken, heeft de Nederlandse overheid meer tijd om vluchtelingen terug te sturen.

kikker

Van iemand die de asielstatus heeft gekregen, wordt verwacht dat hij zich snel de taal en gebruiken eigen maakt en op zoek gaat naar werk, hij moet ‘inburgeren’ en deel gaan nemen aan de Nederlandse samenleving. Zou het kunnen dat een tijdelijke status daarbij hindert?  Het kan immers zomaar gebeuren dat alle inspanningen die je als vluchteling in je inburgering stopt, na vijf jaar voor niets is geweest. Als de oorlog in je land van herkomst is beëindigd, moet je van Buma immers terug om dat land mee op te bouwen. Is dat niet dubbel? De Nederlandse overheid verplicht je om in te burgeren, maar geeft je geen zekerheid dat je mag blijven? Vluchtelingen moeten goed hun best doen, maar krijgen geen garanties, behalve dan als ze: “kunnen aantonen dat ze een inkomen hebben en voldoende zijn ingeburgerd.” 

De christelijke mannenbroeders Buma en Van der Staaij signaleren een gebrek aan perspectief en daarom willen zij de tijdelijke status verlengen. Als een gebrek aan perspectief het probleem is, zou daar dan niet wat aan moeten worden gedaan? Wie is er verantwoordelijk voor dat perspectief? Moet perspectief niet worden geboden? Heb je daar niet anderen voor nodig? Is dat niet juist een opgave van de samenleving die de vluchteling asiel biedt? Is dat niet juist de opgave waar de politiek in het algemeen en vooral de christelijke mannenbroeders die de naastenliefde hoog in het vaandel hebben staan in het bijzonder, aan moet werken? Aan een perspectief in Nederland en niet alleen vluchtelingen ‘na de oorlog’ uitzetten om te helpen bij de ‘wederopbouw’?

Zou een verlengde tijdelijke status het perspectief van de vluchteling verbeteren? Of, en dan draaien we het om, zou het gebrek aan perspectief niet een gevolg kunnen zijn van die tijdelijke status? Zou meteen een permanente status daarbij niet veel uitnodigender zijn? Zij die ‘na de oorlog’ terug willen om hun land van herkomst op te bouwen, zullen zich door die permanente Nederlandse status niet laten weerhouden.

Zo waarlijk helpe mij ….

De islamitische oproep tot gebed moet worden verboden. Een uitspraak van Geert Wilders? Nee, een voorstel in het verkiezingsprogramma van de SGP, zo valt te lezen in het AD. Door de oproepen tot gebed toe te staan werkt de overheid islamisering van de publieke ruimte in de hand. “Dat is kwalijk,” zo vindt lijsttrekker Van der Staaij. De SGP is hiertoe gekomen omdat er lokaal weerstand is tegen de oproepen van de imam. Die worden volgens de partij gezien als intimiderend en geassocieerd met terrorisme.

godsdienst

Foto: Montesquieu Instituut

Nu kent Nederland in de grondwet vastgelegde godsdienstvrijheid en daar wil hij niet aan tornen. Nee, hij wil het via een achterdeur regelen, via een andere wet. Waarom niet via de voordeur? Misschien omdat dan ook de positie van vrouwen binnen de SGP in de discussie wordt getrokken? Dit terzijde.

De overheid moet, volgens de SGP, optreden tegen islamisering van de openbare ruimte. Beste ‘mannenbroeders’, bent u bang voor de concurrentie? Aan kerkklokken wilt u niet tornen en dat is ook een oproep tot gebed die  velen stoort. Dat is immers onderdeel van het ‘Nederlands cultuurpatroon’. Zou dat trouwens niet kunnen veranderen door gewijzigde omstandigheden zoals een afname van het aantal kerkbezoekers? Door de verwijdering van grote delen van de bevolking van dat ‘cultuurpatroon’? En zou dat cultuurpatroon niet aangevuld kunnen worden met nieuwe zaken? Culturen die zich niet aanpassen aan gewijzigde omstandigheden, hebben de neiging om uit te sterven.

Begrijp me niet verkeerd, dit is geen pleidooi om de roep van de imam op te nemen in het ‘cultuurpatroon’. Nee, nu de SGP toch begint over het ‘vergodsdienstigen’ van de openbare ruimte door een andere godsdienst en overheidsoptreden daartegen. Hoe zit het met de ‘verchristende’ openbare ruimte en het optreden van de overheid daartegen?

Nee, niet tegen kerkklokken, maar tegen god in de overheid. ’Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.,’ wordt het niet eens tijd om deze eerste zin van iedere wet te veranderen en god weg te laten? Wordt het niet eens tijd om het ‘zo waarlijk helpe mij god almachtig’ bij het inzweren van politici te wijzigen? En om de koning (en dus de premier) te vragen om de troonrede met een andere zin af te sluiten dan met “U mag zich gesteund weten door het besef dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden”? En de ‘kerk’ definitief van de staat te scheiden?