Uitgelicht

Angsthazerij

Ik heb al een tijdje geen Prikker meer geschreven. Niet omdat er niets bijzonders gebeurt om over te schrijven of omdat ik er het nut niet meer van inzie. Nee, de reden is een andere. Ik ben aan het kijken of is mijn gedachten over de wereld kan verwerken in een boek. Of het lukt weet ik niet. De toespraak van secretariaat-generaal van de NAVO Mark Rutte kon ik echter niet voorbij laten gaan. En als ik dan toch bezig ben, dan ook maar het nieuwe Amerikaanse strategische beleid meegenomen.

Als we secretariaat-generaal van de NAVO Mark Rutte, mogen geloven, staan we aan de vooravond van:“een oorlog van een omvang die onze grootouders en overgrootouders hebben meegemaakt.” Ook de vijand staat al vast: “We moeten glashelder zijn over de dreiging: wij zijn het volgende doelwit van Rusland – en we lopen al gevaar.” Het is nu dus niet: “het moment voor zelfgenoegzaamheid. Ik vrees dat velen stilletjes tevreden zijn. Dat te veel mensen de urgentie niet voelen. Te veel mensen denken dat we genoeg tijd hebben. Maar dat is niet zo. Het is nu tijd om actie te ondernemen.” Want: “Doordat de Russische oorlogseconomie op volle toeren draait, vreest Rutte dat Poetin binnen vijf jaar de NAVO kan aanvallen.” Dat is nogal een boodschap. Als we president Trump en zijn nieuwe veiligheidsstrategie mogen geloven, dan staan we er slecht voor. Want onze beschaving en zelfvertrouwen moet worden hersteld. Die beschaving dreigt namelijk te worden uitgewist en de Europese Unie draagt bij aan dat uitwissen. Ook wordt in Europa, zo is te lezen, de democratie met voeten getreden door de regeringen om de oppositie te onderdrukken. Volgens Trump deugt niets in Europa. Alles is er slecht tot en met het leiderschap toe

Laat ik met het laatste beginnen. Dat is het enige punt waar ik het met Trump eens ben. Europa blinkt uit in waardeloos leiderschap. De enige motivatie die ik bij het Europese leiders zie is een wedstrijdje wie de reet van Trump het diepste schoon kan likken. En in moet het Rutte nageven, hij wint die strijd met grote voorsprong. De enige die hem hierin verslaat is de FIFA-baas Infantino. Die stopte tijdens het gelik een enorme gouden butplug in het achterwerk van Trump. Gelukkig voor Rutte is Infantino geen Europese regeringsleider. En nog even voor Infantino en ook voor Trump, die zogenaamde vredesprijs werd niet uit mijn naam gegeven. Dit ondanks dat ik een voetballiefhebber ben en trouw bezoeker van de thuiswedstrijden van VVV. Nee, het gedrag van de Europese regeringsleider is van een diep droevig niveau. Mij is altijd geleerd dat je iemand die onzin verkoopt dit een op vriendelijke wijze duidelijk maakt. De Zuid-Afrikaanse president Ramaphosa gaf daarvan een goed voorbeeld.

Dan naar het begin, die dreigende oorlog van Rutte met Rusland als tegenstander. Even voor premier Rutte. Die grote tegenstander met een op volle toeren draaiende oorlogseconomie heeft sinds de grootschalige inval in Oekraïne van 2022 niet al te veel vooruitgang geboekt. Sterker nog, veel van het gebied dat in februari/maart 2022 werd bezet, was in het najaar van 2022 alweer in Oekraïense handen. Sindsdien is de frontlinie niets noemenswaardig verschoven. Dit ondanks die oorlogseconomie en de 1,1 miljoen slachtoffers die volgens Rutte aan Russische zijde zijn gevallen. Als we bovendien de deskundigen mogen geloven dan piept en kraakt die Russische economie.

Voordat Rusland ook maar kan denken aan een aanval op een ander deel van Europa, zal het eerst Oekraïne moeten verslaan. In het huidige tempo duurt het nog een hele tijd: “Het Russische leger rukte tussen 1 januari 2025 en 24 mei 2025 met gemiddeld 14,3 vierkante kilometer per dag op in Oekraïne.” Het land was ruim 600.000 vierkante kilometer groot en daarvan heeft Rusland een vijfde bezet. In het huidige tempo duurt het nog een jaar of 92 voordat de rest is veroverd. Nu kan het snel gaan als linies worden doorbroken. Er ligt echter een linie die lastig te nemen is en dat is de Dnipro, een grote rivier die het land in tweeën splitst. De kans dat het lukt om Oekraïne binnen die vijf jaar te verslaan en dat Rusland vervolgens voldoende hersteld is voor een volgende oorlog is niet erg groot.

Dan even wat cijfers. Rusland heeft 142 miljoen inwoners en dat aantal daalt. De landen van de Europese Unie hebben samen zo’n 450 miljoen inwoners en dat aantal stijgt nog ieder jaar. En ja, Europa ontgroent en vergrijst. Maar dat geldt ook voor Rusland. De vruchtbaarheidscijfers van de EU en Rusland zijn ongeveer gelijk. “Europa heeft bijna 1,5 miljoen beroepsmilitairen en dat zijn er meer dan Rusland en de VS – beide landen hebben zo’n 1,3 miljoen militairen. … Europa is een slapende reus.” Zo is te lezen in een artikel op de site van RTL nieuws. En niet alleen hebben de EU landen meer soldaten. Ze hebben ook meer tanks en vliegtuigen dan Rusland. Het enige wat de Europese landen moeten doen is samenwerken en het liefst komen tot een gezamenlijk Europees leger. Als we dat doen, dan is het niet eens nodig om die 3,5 procent aan defensie te besteden. Dan kunnen we met de huidige uitgaven een krijgsmacht opbouwen die zich kan meten met elke ander leger. Als we dat de komende vijf jaar regelen dan zijn we klaar. Dan hoeven we niet bang te zijn voor het einde van de NAVO. Zo’n einde zou wel een aderlating zijn voor de Britten, Canadezen. Daar zouden we dan een alliantie mee kunnen smeden. Of, en dat kan ook, ze worden lid van de Europese Unie. Rutte zaait paniek zonder reden. Europa is alleen zwak als het zich laat uitspelen. Als bijvoorbeeld Estland door mde rest van de EU in de steek wordt gelaten als het onverhoopt door Rusland wordt aangevallen.

Daarmee kom ik weer bij die Amerikaanse veiligheidsstrategie. Dat de VS zo afgeven op Europa en vooral de Europese Unie, zou er wel eens mee te maken kunnen hebben dat ze bang zijn dat dit gaat gebeuren. Dat de EU militair een macht wordt waar ze rekening mee moeten houden. Ik denk echter dat de angst voor de EU op een ander terrein ligt. Ik denk dat de VS, en dan vooral de oligarchen die er de dient uitmaken, bang zijn voor de gezamenlijke economische macht van de EU. De macht van de EU om markten te reguleren en zo het roofkapitalisme van de grote techbedrijven aan banden te leggen. Die angst zit verwoord in de volgende zin: “ De Europese markten openstellen voor Amerikaanse goederen en diensten en zorgen voor een eerlijke behandeling van Amerikaanse werknemers en bedrijven.” Eerlijk is voor Trump en zijn kliek dat ze kunnen doen wat ze willen. Daarom willen ze: “ gezonde naties in Midden-, Oost- en Zuid-Europa (opbouwen) door middel van commerciële banden, wapenverkoop, politieke samenwerking en culturele en educatieve uitwisselingen.” Het is makkelijker om zevenentwintig individuele landen te domineren dan de gebundelde macht van die zevenentwintig. Ook hier maakt eendracht macht.

Ondanks de grootspraak en het geblaat van Trump dat “geen enkele regering in zo’n korte tijd zoveel heeft veranderd” en dat er in “acht maand acht voortwoedende conflicten zijn opgelost” en dat Amerika: “vrede maakt over de hele wereld”, ademt de strategie angst uit. Angst voor China, angst voor Rusland en vooral angst voor de EU. Voor die angst hoeven we niet bang te zijn en we hoeven ons zeker geen angst aan te laten praten. Niet door Rutte en zeker niet door Trump.

Uitgelicht

Verholen antisemitisme?

“Zo voel ik mij ongemakkelijk bij het voortdurende gehamer op het woord genocide, als het om het optreden gaat van Israël in de Gazastrook. … Daarbij valt mij wel het eigenaardige fenomeen op dat je voor een protest tegen Israël met gemak 250 duizend man op de been krijgt, maar dat er geen demonstrant met een bord staat als ik op het Museumplein langs het Russische consulaat fiets … Hoe komt dat? Het is misschien vervelend om te zeggen, maar dat komt – zo vermoed ik – omdat het toch Joden zijn die in Gaza tekeergaan. En die zouden eigenlijk beter moeten weten. Waarmee je naar mijn gevoel raakt aan een verholen soort antisemitisme: we moeten die arrogante lui eens een lesje in moraal geven.” Aldus Max Pam in een column in de Volkskrant over het gebruik van de woorden genocide en fascisme. Ik viel bijna van mijn stoel. Ik word beschuldigd van ‘verholen antisemitisme’.

“Versta mij goed: ik vind dat optreden verwerpelijk. De Israëlische regering van vrome zeloten kan beter nog vandaag dan morgen ophoepelen en wat mij betreft mag Netanyahu wegens algehele corruptie in de gevangenis worden gegooid. Maar genocide is nog wat anders, zeker in het licht bezien van de Joodse geschiedenis,” aldus Pam. Uit zijn betoog maak ik op dat er eigenlijk alleen de Holocaust genocide mag heten want, en daarbij zegt hij de historicus Simon Schama na: “elke vergelijking met de Holocaust voor hem ‘een stuitende verloedering betekent van het woord genocide’.” Is dan in vergelijking met een groepsverkrachting van drie jonge vrouwen door twintig personen, een groepsverkrachting van een vrouw door twee personen ook een ‘stuitende verloedering’ van het woord groepsverkrachting? Met zo’n onderbouwing, kan het begrip genocide wel worden afgeschaft. Dan is het Verdrag inzake de voorkoming en de bestraffing van genocide overbodig. Dit even terzijde. Terug naar die ‘250.000 verholen antisemieten’ om met Pam te spreken.

Zou het kunnen dat die mensen de straat op gaan omdat Israël het internationaal recht en de internationale rechtsorde met voeten treedt? Dat het land de bevolking van Gaza laat verhongeren en de mensenrechten van deze mensen schendt? Dat het duizenden mensen, waaronder veel kinderen vermoordt en daarbij grof geweld inzet? Dat het daarbij zelfs zover gaat dat het ambulance personeel vermoordt en met ambulance en al begraaft? Dat het land er alles aan doet om Gaza onleefbaar te maken waarschijnlijk in de hoop dat de Gazanen dan zelf wegtrekken? Dat het land gebieden bezet houdt en dat het een track record heeft van het vestigen van nederzettingen in dat bezette gebied waarvoor het de bewoners van dat gebied op allerlei manier het leven onmogelijk maakt? Dat het land alle buurlanden tenminste een keer en de meeste wel vaker, heeft aangevallen?

Zou het kunnen dat deze mensen de straat opgaan omdat ze zien dat de Nederlandse regering behalve ‘het overbrengen van zorgen’ geen enkele maatregel neemt tegen Israël? Dit terwijl Rusland door de Nederlandse regering terecht flink de maat wordt genomen? Dat er allerlei strafmaatregelen en sancties tegen Rusland zijn ingesteld en dat de getroffen partij op veel steun in allerlei vormen kan rekenen? Zou het kunnen dat dat de reden is waarom 250.000 mensen de straat op gingen om een rode lijn te trekken? Dat dat de reden is en niet ‘verholen antisemitisme om die arrogante lui eens een lesje te leren’?

Voor in ieder geval één van die 250.000 wel.

Uitgelicht

Appels en peren en knollen voor citroenen

Het linker smaldeel weigerde alle geweld van wie dan ook te veroordelen, en zelfs alleen rechts geweld afkeuren ging hen te ver vanwege andere ondertekenaars.” De tweede zin uit een artikel van Ines van Bokhoven bij Opiniez. Volgens Van Bokhoven maken, om de titel aan te halen: “Linkse politici (…) zich alleen druk over rechts geweld,” en: “Rechts geweld heet nu ‘afglijden naar fascisme’”. Dit terwijl we over: “het veel frequentere en veel ernstiger linkse geweld (…) niet (mogen) zeuren, ook al kan dat soms zelfs als terrorisme worden bestempeld.” Een bijzonder betoog.

Als eerste de weigering van links om alle geweld te veroordelen. Van Bokhoven refereert hier aan de motie ingediend door Wilders en de nieuwe Forum voor Democratie leider De Vos. Een motie met de volgende tekst: “De Kamer, gehoord de beraadslaging, spreekt uit al het geweld, zowel uit extreemrechtse, extreemlinkse, jihadistische hoek, of waar dan ook vandaan, te veroordelen.” Eerst even de logica, dan de inhoud. De conclusie van Van Bokhoven dat links weigert om alle geweld te veroordelen, kan niet getrokken worden uit het niet instemmen met deze motie. Tegen een motie stemmen dat alle geweld veroordeelt, betekent niet automatisch dat je weigert om alle geweld te veroordelen, dat je geweld een legitiem middel vindt om je politieke zin te krijgen. Het zegt alleen dat je deze motie niet steunt. En daarvoor kunnen goede redenen zijn. En daarmee kom ik bij de inhoud.

Instemmen met die motie betekent dat je alle geweld veroordeeld, dus waarom zou je dat niet doen? Een wedervraag. Waarom zou een partij die de principes van de democratische rechtsstaat verdedigt, in moeten stemmen met een motie die geweld veroordeeld? Een van de belangrijke principes van een democratische rechtsstaat is dat je geen geweld gebruikt om je zin te krijgen, maar dat je dat doet via de daarover afgesproken procedures. Sterker nog. Een van de principes van een democratische rechtsstaat is dat je geen geweld gebruikt om je doelen te bereiken. Maar als je dat toch al vindt, dan kun je toch gewoon voor een motie stemmen die jou opvattingen bevestigt? Weer een wedervraag: wat bevestig je als je instemt met deze motie? Expliciet bevestig je dat je alle politiek geweld veroordeeld. Tot zover niets bijzonders. Je bevestigt echt ook impliciet iets. Door met deze motie in te stemmen bevestig je impliciet dat geweld een legitiem politiek middel is om je doel te bereiken. Als politiek geweld illegitiem is, dan is zo’n motie overbodig. Illegitieme middelen mogen niet worden gebruikt. Daarom is stemmen over, en zelfs het indienen van deze motie, schadelijk voor onze democratische rechtsstaat. De motie wekt de suggestie dat geweld een legitiem politiek middel is.

Dan de indieners van de motie. Zij, en dan vooral Wilders, hebben een geschiedenis van het wijten van geweld aan specifieke kenmerken van groepen. Aan de cultuur of de religie van groepen. “Het veroordelen van de jodenjacht in Amsterdam is niet genoeg. De daders moeten het land uit. Ik waarschuw al ruim twintig jaar voor de groeiende jodenhaat in NL door de voortdurende massaimmigratie en islamisering van ons land,” twitterde Wilders na de ‘Maccabi-rellen’ om maar één voorbeeld te noemen. Nu het geweld uit een door hem geïnspireerde hoek komt, verdwijnt de dader naar de achtergrond en probeert hij de aandacht te verleggen naar het geweld. Deze motie is niets anders dan een manier om zijn eigen mogelijke rol als indirecte inspirator te verhullen. Dat zou voor mij een goede reden zijn om niet in te stemmen met deze motie.

Dan het frequentere en ernstigere ‘links’ geweld. Van Bokhoven: “Want laten we voor de zoveelste keer een koe eens een koe noemen: er is oneindig veel meer extreemlinks geweld in ons land dan extreemrechts. Dat is met gemak aan te tonen: duik de kranten van de afgelopen jaren eens in. Graaf uw eigen geheugen even af. Zeker sinds de oorlog in Gaza is het extreemlinkse geweld volledig aan het ontsporen. Om dan, na een geweldsoprisping tijdens een rechtse demo, direct te spreken van “oprukkend fascisme uit de rechterhoek” is al knap hilarisch, een pamflet uitbrengen en laten ondertekenen door politici tegen enkel en alleen extreemrechts geweld is, in het licht van wat we de afgelopen jaren zagen – herinnert u zich BLM nog? – ronduit absurd. En de moord op Fortuyn zijn we ook nog lang niet vergeten. …In een land waarin elke week wel een gebouw wordt beklad en beschadigd, waar zelfs kunstwerken niet veilig zijn voor activisten, waar snelwegen wel mogen worden bezet door linkse activisten maar niet door rechtse, waar onderhand geen enkele bijeenkomst, demonstratie of zelfs maar theatershow kan plaatsvinden zonder dat extreemlinks de boel komt verstoren en verkloten, is een keertje een rechtse demo die uit de hand loopt blijkbaar op slag een signaal van het afglijden naar fascisme.”

Oke, laat ik eens in de kranten duiken en in mijn geheugen graven. Laat ik beginnen met het bezetten van die ‘snelwegen’. Die werden enkele jaren geleden bezet door protesterende boeren. Ze blokkeerden verschillende wegen, gooiden er rommel op en staken er brandjes. Nu zal Van Bokhoven dit niet bedoelen. Ze bedoelt de bezetting van de A12 door actievoerders van Extinction Rebellion (XR). Hinderlijk voor het verkeer, maar een demonstratie met toestemming van de burgemeester. De bezetters gebruikten geen geweld. Het enige wat ze deden was weigeren om weg te gaan als de in de vergunning opgenomen tijd om te demonstreren was verlopen. Dan greep de politie in en verwijderde de demonstranten. Die demonstranten gebruikten geen geweld tegen de politie. Zelfs bij actie waarvoor geen vergunning was, zoals die op vliegvelden, gebruikten de demonstranten geen geweld tegen de politie. De ‘rechtse activisten’ hadden op die 20e september 2025 geen vergunning om op de A12 te mogen demonstreren. Net zoals de boeren jaren eerder hier geen vergunning voor hadden. Een ander verschil met de XR-demonstranten is dat de ‘rechtse vrienden’ van Van Bokhoven, het gevecht met de politie bewust opzochten.

Wellicht is het Van Bockhoven ontgaan, maar voor al deze demonstraties werden, net zoals demonstratie in het kader van Black Lives Matter, keurig vergunningen aangevraagd. En ja, die vragen om inzet van de politie. Bij deze demonstraties werd geen geweld tegen de politie gebruikt. Het bekladden van gebouwen is vervelend voor de eigenaar, het is echter geweldloos. Net zoals protesten bij ‘theatershows’. Die zijn hinderlijk voor de theaterbezoekers en en de artiest. Hinderlijk maar geweldloos en zeker geen terrorisme. Dit vergelijken met de gebeurtenissen van de 20ste september in Dan Haag is het vergelijken van appels met peren.

Als laatste het geweld dat gebruikt werd bij de actie op de universiteiten vanwege het Israëlische optreden in Gaza en de inactiviteit van de Nederlandse regering en bij deze acties in het bijzonder de universiteitsbesturen. De door een klein deel van deze demonstranten veroorzaakte vernielingen zijn niet goed te praten. Net zoals het geweld dat werd gebruikt toen de politie een einde maakte aan de bezetting van gebouwen en terreinen van de universiteit niet goed te praten is. In een democratische rechtsstaat is geweld, zoals gezegd geen legitieme manier om je zin te krijgen. Toch is dit van een andere orde van het extreem rechtse geweld van 20 september jongstleden. De bezetters van de onderwijsgebouwen waren niet op zoek naar geweld, maar toen het op hun pad kwam, gingen ze het niet uit de weg. De extreem rechtse demonstranten daarentegen waren op zoek naar geweld en dat kregen ze. Ze waren op zoek naar geweld en naar politieke symbolen om zich op te botvieren. Symbolen zoals het partijkantoor van D66 en vooral het Binnenhof, het politieke hart van ons land.

Als we het toch over ‘in de kranten duiken en in het geheugen graven’ hebben, dan moet het Van Bokhoven ook zijn opgevallen dat er bij veel protesten tegen de komst van een AZC geweld werd gebruikt. Zo werden politieagenten geregeld bestookt met vuurwerk. De bezetters van de universiteiten gooiden met ander spullen maar het geweld was van de zelfde orde. Wat de protesten tegen AZC’s anders maakt is dat er naast geweld sprake van was intimidatie van volksvertegenwoordigers en bestuurder en verstoring van vergaderingen van gemeenteraden. Dan moet het ook zijn opgevallen dat de heer Wilders bij enkele van die bijeenkomsten de zaak stond op te hitsen door te verkondigen dat de ‘demonstranten beslisten wat er ging gebeuren en niet de gemeente raad, colleges of burgers’. Raden en colleges die een wettelijke taak uitvoerden werden zo gehinderd door een vertegenwoordiger van de Nederlandse wetgevende macht. Als volksvertegenwoordiger kun je een wet anders willen. Als je dat wilt, dan moet je een voorstel tot wijziging indienen. Die mogelijkheid heb je als volksvertegenwoordiger. Dat doet Wilders niet. Wat hij wel doet, is oproepen om de wet te negeren. Daarmee ondermijnt hij de wet, de wetgevende macht waarvan hij zelf deel van uitmaakt en onze democratische rechtsstaat. Je mag vinden dat er 130 kilometer per uur gereden moet kunnen worden. Je mag een wetsvoorstel indienen dat dit mogelijk maakt. Maar totdat het voorstel kracht van wet heeft, geldt de oude maximumsnelheid. Net zo geldt de huidige Spreidingswet totdat er een andere is.

Er is meer. In navolging van FvD leider De Vos vraagt Van Bokhoven zich af waar de verontwaardiging was toen: “het partijkantoor van FvD weer eens (werd) aangevallen?” Of toen: “het kantoor van BBB (werd) bedreigd met brandstichting?” Toen gebeurde er niets, geen verontwaardiging. Toen was het , zo betoogt Van Bokhoven: “dat moet toch gewoon kunnen? Dat is toch geen aanslag op onze democratie, zoals een aanval op het D66-kantoor dat wel schijnt te zijn? “ Nu bestond de ‘aanval’ op het FvD-kantoor uit een met ‘fascist’ bekladde deur en een spandoek met daarop ‘Baudet hartje Poetin’. Een bedreiging met brandstichting is niet goed te praten en vraagt actie van ons allemaal. Dit lijkt mij toch van een heel andere orde dan een meute die de straatstenen uit de stoep rukt en die door de ramen van een kantoor mikt, die optrekt naar het binnenhof en bewust en bedoeld het gevecht met de politie aangaat.

En Van Bokhoven: “zag geen verbolgen pamflet voorbij komen met ‘Handen af van onze politici’ of ‘Aanval op onze democratie’ – ik zag helemaal niks, hoorde niks, het zwijgen was verpletterend. Blijkbaar is dat geweld dan weer prima aanvaardbaar,” toen Baudet met een bierflesje werd geslagen. Nu meen ik me van dat bierflesjesincident te herinneren dat iedere politicus dat veroordeelde. Links verwijten dat er toen ‘geen pamflet’ was en nu wel, is vrij bijzonder. Bijzonder omdat links het pamflet van de ChristenUnie juist niet onderschreef en ook niet instemde met de motie Wilders-De Vos. Als er dan toch al sprake is van hypocrisie, dan niet bij links dat consequent handelt.

Mijn vermoeden is veel eerder dat ze helemaal niet willen dat extreemrechts geweld verdwijnt: zoals we deze week – en aan dit pamflet – al kunnen merken leidt het geweldig af van hun eigen, nog veel ergere geweld,” betoogt Van Bokhoven na de weigering van SP, PvdD, Volt, GL-PvdA, DENK en D66 om het pamflet van de ChristenUnie te ondertekenen. Laat dat D66 al links wordt genoemd niet zien dat voor Van Bokhoven het politieke centrum ver naar rechts is geschoven? Dit terzijde. Beweert ze hier werkelijk dat deze partijen zich bedienen van geweld? Ik denk niet dat ze dat bedoelt. Ze zegt het wel. Net zoals het geweld van 20 september geen PVV geweld was, was het geweld van de bezetters van de universiteiten geen SP, PvdD of welke andere linkse partij dan ook. Echter, in tegenstelling tot die linkse partijen ondermijnt Wilders wel de positie van gemeenteraden en colleges die gewoon de wet uitvoeren. Ondermijnt Wilders de positie van de volksvertegenwoordiging waar hij onderdeel van uitmaakt en dus onze democratische rechtsstaat.

Van Bokhoven bagatelliseert geheel in lijn met Wilders, het extreem rechtse geweld van 20 september en de rol die Wilders en, in het verlengde van Wilders, het Forum voor Democratie hierin spelen. Dat bagatelliseert en ze blaast het gevaar van de ‘linkerkant’ op tot extreme proporties. Ze vergelijkt, zoals ik al schreef, appels met peren en probeert ons al doende knollen voor citroenen te verkopen.

Uitgelicht

‘We’ve got a bigger problem now’

In 1982 kwam het album Plastic Surgery Disasters van de punkband Dead Kennedys uit. Bij veel gebeurtenissen de laatste tijd schiet me een nummer op dat album te binnen: het nummer We’ve Got a Bugger Problem Now.1 Het nummer verhaalt over: “Emperor Ronald Reagan, Born again with fascist cravings.” We zijn ruim veertig jaar verder en zitten met een Amerikaanse president opgescheept die het programma dat in de song aan Reagan wordt toegedicht, uitvoert. We zien Europese politici die braaf in het gelid springen en een soortgelijk programma nastreven. Neem de Nederlandse partijen PVV, VVD, BBB, SGP en JA21 die een motie van het Forum voor Democratie ondersteunden om Antifa te benoemen tot een terroristische organisatie. Een gevaarlijke ontwikkeling.

De hoes van de EP In God We Trust waarop het nummer We’ve Got a Bigger Problem Nowop de B-kant is te vinden

Dead Kennedys was een punkband uit Californië. Grote man was zanger Jello Biafra, het alter ego van Eric Reed Boucher. Hij schreef over de maatschappij kritische teksten. We’ve got a Bigger Problem Now is daarvan een goed voorbeeld. Het nummer is een herschreven versie van hun eerste single California Über Alles2, een song waar Jerry Brown, de Democratische gouverneur van Californie op de hak werd genomen. Brown was in de race voor het presidentschap dat uiteindelijk naar Ronald Reagan ging. Het activisme van de band bleek uit uit de ‘bijlage’ bij het album Frankenchrist . Die bijlage zorgde ervoor dat de strafrechterlijk werd vervolgd. Bij dat album zat een kopie van het werk ‘Penis Landscape’ van de Zwitserse kunstenaar Giger. Op de hoes waarschuwde de band voor die bijlage die als schokkend, walgelijke of beledigend ervaren kon worden.

Terug naar We’ve Got a Bigger problem now en waarom dat nummer mij steeds vaker te binnen schiet. Het nummer begin met het volgende gesproken intro: “Last call for alcohol. Last call for your freedom of speech. Drink up, Happy Hour is now enforced by law. Don’t forget our house special. It’s called a Tricky Dicky Screwdriver. It’s got one part Jack Daniels. Two parts purple Kool-Aid. And a jigger of formaldehyde From the jar with Hitler’s brain in it. We’ve got in the back storeroom. Happy trails to you, happy trails to you!” Het feest is over. De vrijheid van meningsuiting staat op de tocht. Geniet vooral van onze fascistische leugens propaganda. De naam van het speciale huisdrankje Tricky Dicky Screwdriver verwijst naar president Nixon die in 1974 moest aftreden vanwege het Watergate schandaal, het leugenachtige. De formaldehyde uit het vat met daarin Hitlers hersens is een duidelijke verwijzing naar het fascisme. Met betrekking tot Reagans presidentschap wellicht een tikkeltje voorbarig. Nu onder Trump een redelijk accurate beschrijving van de werkelijkheid. De vrijheid van meningsuiting wordt in rap tempo geweld aangedaan met Jimmy Kimmel als laatste prominente slachtoffer.

Dan het eerste couplet: “I am Emperor Ronald Reagan. Born again with fascist cravings Still, you made me president. Human rights will soon go ‘way. I am now your Shah today. Now I command all of you. Now you’re going to pray in school. I’ll make sure they’re Christian, too.” De ‘fascist cravings’, fascistische verlangens, van Donald Trump waren al bekend vanuit zijn eerste ambtstermijn. ‘Cravings’ blijkend uit het ondermijnen van het democratische verkiezingsproces op alle mogelijke manieren met als meest pregnante voorbeeld zijn woorden en daden op de 6e januari 2021. De dag dat een meute opgehitste aanhangers van hem het Capitool bestormden. Bestormers die hij, als een van zijn eerste daden in zijn tweede termijn, gratie verleende en vernoemde tot ‘helden en patriotten’. Ondanks die ‘fascist craving’ werd hij verkozen tot president. Met die herverkiezing zijn de mensenrechten in rap tempo aan het verdwijnen. Mensen worden zonder aanleiding opgepakt, opgesloten en een deel zelfs geëxporteerd naar een land waar ze geen enkele relatie mee hebben. Hij is de ‘sjah’, de ‘geestelijk leider’ die iedereen beveelt. En bijna iedereen schikt zich naar die bevelen. Ook daarvan is Jimmy Kimmel het meest recente voorbeeld. Een geestelijk leider die bepaalt ‘dat je op school christelijk bidt’. Het verzet tegen dat ‘christelijk bidden’ is mede door het werk van Charlie Kirk behoorlijk risicovol geworden. Kirk verzamelde op zijn Professor Watchlist docenten met ‘radical behaviour’. En gedrag was in zijn ogen al snel ‘radical’. Een watchlist die ervoor zorgde dat docenten op die lijst worden lastiggevallen door volgelingen Kirk en Trump. Na de moord op Kirk en de reactie van Trump en zijn regering, zal het leven van de docenten op deze lijst er niet vrolijker op zijn geworden.

Na het eerste couplet het refrein: “California über alles. California über alles. Über alles California Über alles California.” Dit is niet veranderd ten opzicht van de eerste single van de band met de gelijknamige titel als de eerste zin van het refrein. Door naar het tweede couplet.

“Ku Klux Klan will control you. Still, you think it’s natural. Nigga knockin’ for the master race. Still, you wear the happy face. You closed your eyes, can’t happen here Alexander Haig is near. Vietnam won’t come back, you say. Join the Army or you will pay. Join the Army or you will pay.” De nieuwe Klan die je controleert wordt gevormd door tech bro’s die hun middelen ten dienst stellen aan Trump die hen als wederdienst niets in de weglegt bij het najagen van zoveel mogelijk winst ten koste van Jo Sixpak. En Jo vindt het ook nog normaal dat die bedrijven hem uitbuiten want ze komen op voor ‘zijn vrijheid’. De tech bro’s en zeloten zoals Kirk die als een moderne Pavlik Mozorov mensen ‘verraden’ voor het ‘goede doel’. Voor degenen die het niet weten. Pavlik Mozorov was een held van de Sovjet Unie wiens ‘heldendaad’ eruit bestond dat hij zijn vader verried. En dat allemaal ter meerdere eer en glorie van het ‘master race’. En nee dat zijn niet de blanken. Dat zijn mannen die miljarden hebben gemaakt met het uitbuiten van het klootjesvolk. Klootjesvolk dat graag bij dat ‘master race’ willen horen. Zo graag dat ze zich met een blij gezicht laten afpersen, uitbuiten en misbruiken. Misbruiken door zich gewillig als knokploeg te laten inzetten voor destructieve acties zoals de bestorming van het Capitool. De terreur die deelnemers aan de ‘anti asieldemonstratie’ van 20 september 2025 in Den Haag uitoefenden is een Nederlands voorbeeld hiervan. Enigst verschil met de jaren tachtig is dat een huidige Alexander Haig ontbreekt. Haig was een meermalig gedecoreerde generaal die stond voor fatsoen en in de eerste anderhalf jaar van de regering Reagan minister van buitenlandse zaken was.

Na weer een keer het refrein, volgt een gesproken intermezzo: “Yeah, that’s it, just relax. Have another drink, few more pretzels. Little more MSG. Turn on those Dallas Cowboys on your TV. Lock your doors, close your mind. It’s time for the two-minute warning.” Ach ja, het zal zo’n vaart niet lopen. Dus drink nog maar wat, neem nog wat pretzels, wat MSG (mononatriumglutamaat, een umami smaakversterker) zodat het je je nog wat beter voelt. Laat je verdoven door een voetbalwedstrijd op TV, maar in de huidige tijd mag het ook B&B vol liefde zijn of iets soortgelijks. Ogen dicht niet nadenken. Dan is het nu tijd voor de waarschuwing, de blik op de toekomst.

Die blik wordt gelegd in het Orwell jaar 1984, twee jaar na het uitkomen van het nummer. Die waarschuwing luidt: “Welcome to 1984! Are you ready for the Third World War? You, too, will meet the secret police. They’ll draft you and they’ll jail your niece. You’ll go quietly to boot camp! They’ll shoot you dead, make you a man Don’t you worry; it’s for a cause. Feeding global corporations’ claws. Die on our brand-new poison gas. El Salvador or Afghanistan. Making money for President Reagan. Making money for President Reagan! And all the friends of President Reagan!” Helaas hoeven we nu niet zover vooruit te kijken. De vraag of we klaar zijn voor een oorlog, een wereldoorlog of niet, is er eentje die vaak wordt gesteld. De immigratiedienst ICE vervult met verve de rol van de ‘secret police’. Je hebt de keuze tussen het gevang en meelopen en -werken. Meewerken aan het vullen van de zakken van president Trump en zijn vrienden de tech bro’s en wat Marlène Benquet en Théo Bourgeron, in hun boek Alt Finance How the City of London bought democracy, ‘alt finance’ noemen: de hedgefondsen, private-equityfondsen, kwantitatieve handelsfondsen en vastgoed fondsen.3

Benquet en Bourgeron betogen op een overtuigende manier (onder andere door het volgen van het geldspoor), dat deze bedrijfstak de neoliberale wereldorde wil afbreken. Wat deze partijen nastreven is, in de woorden van de beide auteurs, een libertair autoritair regime. Een regime dat: “vijandig staat tegenover elke herverdeling van rijkdom, gebruikt het onderdrukking van sociale bewegingen, beperking van burgerlijke vrijheden en beperkingen op demonstraties en toespraken als belangrijkste middelen om de sociale orde te handhaven.”4 Libertarisme berust, zo betogen Benquet en Bourgeron: “op de radicale verdediging van privé-eigendom, dat wordt geponeerd als de belangrijkste (en vaak enige) regel van sociale organisatie, zonder rekening te houden met de collectieve gevolgen daarvan.”5

Nu willen ook partijen van links deze wereldorde afbreken. De reden waarom is echter een heel andere. Partijen van links willen die orde afbreken omdat die orde tot grote ongelijkheid leidt en wat zij slecht vinden voor het algemeen belang. Ze willen zaken herverdelen. De libertariërs van ‘Alt Finance’, en in hun verlengde de tech bro’s willen die wereldorde afbreken omdat die hen hindert bij het binnenharken van zoveel mogelijk geld. Dit binnenharken wille ze doen door alles te financialiseren. Alt finance en de tech bro’s willen van de neoliberale naar een libertaire wereldorde. Liberalen en neoliberalen maken zich nog druk maken over het maatschappelijk belang zo heeft kapitaal accumulatie via de markt voor neoliberalen tot doel het bevorderen van dat algemeen belang. Voor libertariers is het algemeen belang niet van belang. Voor hen is accumulatie van kapitaal de gewenste uitkomst van het spel.

Overheden en vooral de Europese Unie hinderen hen daarbij. De EU omdat deze, geheel volgens de neoliberale wereldorde ernaar streeft om via de markt het algemeen belang te bevorderen en dat algemeen belang (kwaliteitsregels voor producten, regels ter bescherming van de burger en de consument) hindert deze ondernemers. Daarom roepen ze het hardst dat de regels ‘verstikkend’ zijn en ‘innovatie belemmeren’. Die roep is echter niet bedoeld om regels af te schaffen, maar om te voorkomen dat er nieuwe komen die hen belemmeren bij het uitzuigen en uitbuiten van alles en iedereen. Ze doen dat met toenemend succes. En de ironie, de grootste slachtoffers van het niet reguleren van de activiteiten van deze roofridders, zijn precies de mensen die op 6 januari 2021 het Capitool bestormden, die op 20 september 2025 in Den Haag aan het demonstreren waren. Maar niet nadat ze eerst anderen hebben geslachtofferd. Anderen zoals de immigrant, de asielzoeker, de LHBTQI-er, de islamiet, de jood enzovoorts.

Het nummer is nu actueler dan toen Dead Kennedys het in 1982 uitbrachten. Ook Nederland is al een eind op weg. De motie rond Antifa is een volgende stap ter vervulling van de ‘facist cravings’ van het libertair autoritarisme. ‘Cravings’ zoals het beperken van het demonstratierecht maar ook andere grondrechten want op dezelfde dag dat de Antifa-motie werd aangenomen, namen dezelfde een motie aan om de boerka te verbieden. Weer een stap op een hellend vlak. En het vlak helt al behoorlijk, zoals ik in een eerdere Prikker betoogde. De partijen die deze moties aannamen, de PVV, JA21, FvD, SGP, BBB en de VVD tillen het vlak steeds verder op.

1 Hier is het nummer te beluisteren: https://www.youtube.com/watch?v=VmJYpAycF0c&list=RDVmJYpAycF0c&start_radio=1

2 Hier is het nummer te beluisteren: https://www.youtube.com/watch?v=R-rDQs5NOP4&list=RDR-rDQs5NOP4&start_radio=1

3 Marlène Benquet en Théo Bourgeron, Alt Finance How the City of London bought democracy, pagina 39

4 Idem, pagina 9. Eigen vertaling.

5 Idem, pagina 9. Eigen vertaling

Uitgelicht

Het rokje van Dilan Yeşilgöz

“ Op dit soort momenten heb je politici nodig die verbinden. We moeten het geweld afkeuren en achter de daders aan, maar om het gelijk politiek te maken is heftig en onnodig. Je gaat dingen politiek maken die niets met politiek te maken hebben.” Woorden van minister Eelco Heinen van de VVD naar aanleiding van het extreem rechts terreur in Den Haag van zaterdag 20 september 2025. Een bijzondere redenering van minister Heinen. Heinen reageerde op de uitspraak van D66-leider Rob Jetten dat: “andere politici en partijen deze extremisten in het centrum van de macht hebben gebracht”.

Heinen was niet de enige. Zijn partijgenoot Christianne van der Wal viel hem in de uitzending van EVA van maandag 21 september bij. Net zoals VVD-leider Dilan Yeşilgöz bij Pauw & De Wit. Daar betoogde zij dat: “we als politiek één front moeten vormen,” dat, “vanuit de Kamer moet zeggen: dit accepteren we niet.” Ze kregen zelfs bijval van politiek verslaggever Elodie Verweij die Yeşilgöz complimenteerde met haar eerste inhoudelijke reactie en die vond dat de rest weer: “Den Haag being Den Haag,” was namelijk weer heel erg met zichzelf bezig. Yeşilgöz had getweet dat het ‘tuig was dat je gewoon moet oppakken. Zeer bijzonder.

bron: Flickr

Maar nu toch even voor de dames en heren politici en politiek journalisten het onderscheid tussen de politiek en het politieke. De politiek dat zijn de formele structuren en processen die bij het besturen horen, dat wat de volksvertegenwoordigers in Den Haag met elkaar uitspoken. Het politieke is de manier waarop macht in een samenleving wordt uitgeoefend en verdeeld. Hier behoort ‘ de politiek’ als in de besluitvormingsstructuren toe maar het omvat veel meer. Het omvat zo ongeveer elk aspect van het sociale leven.

Een demonstratie is een:“betoging: een demonstratie tegen het beleid van de regering.” Een betoging een: “optocht om bepaalde gevoelens kenbaar te maken,” is per definitie politiek. De terreur die een deel van de demonstranten verspreidde, is net zo politiek. Ook dat is een aspect van net sociale leven. Het geweld gericht tegen de politie, een kantoor van een politieke partij, het parlementsgebouw maar ook tegen de horeca-ondernemers en hun personeel is politiek. En ja, het is ook bedoeld om ‘de politiek’, het besluitvormingsproces van de samenleving te beïnvloeden. Er hoeft niets politiek gemaakt te worden want het is een en al politiek.

Het is nog om een andere reden bijzonder. De roep van de VVD om dit te ‘depolitiseren’ en ‘schouder aan schouder’ te staan klinkt op het eerste gezicht sympathiek. Wat Yeşilgöz en de rest van de VVD van D66 vraagt is om ‘schouder aan schouder te staan met politieke partijen zoals de PVV, die nu hard roepen dat dit ‘tuig’ hard gestraft moet worden, maar die al jaren de woorden en het gedachtegoed leveren waarmee deze extreemrechtse terreurzaaiers hun daden verdedigen zoals Lubach in zijn uitzending liet zien. Meest recent nog tijdens de algemene politieke beschouwingen na Prinsjesdag. Partijen die de haat zaaiden met hun woorden en nu afstand doen van de oogst van hun zaaiwerk. Daar moet je nu ‘ schouder aan schouder’ mee gaan staan. Dat is hetzelfde als van een verkrachte vrouw vragen om samen op te trekken met iemand die haar verweet dat ‘dat rokje’ wel erg uitdagend is en dat je er dan wel een beetje om vraagt.

Bijzonder is ook dat deze oproep komt van een partij en partijleider die de zaaier, de ondemocratisch georganiseerde en ondemocratisch en anti-rechtsstatelijk handelde PVV, in het centrum van de macht heeft gebracht. Van een partijleider die zich de afgelopen week stil hield, toen Wilders tijdens die algemene politieke beschouwingen verdeeldheid en haat stond te zaaien. Een partijleider van een partij die een motie van een andere extreem rechtse partij, het Forum voor Democratie om antifa als een terroristische organisatie te bestempelen, ondersteunde. Nu is antifa een vlag en geen organisatie en constateert de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid dat er vanuit die hoek geen gevaar dreigt voor de democratie en de rechtsstaat. Dezelfde partij die instemde met een boerkaverbod. Een partij die instemde met het discrimineren van statushouders. Een partij die er geen been in ziet om het grondrecht om je mening te uiten in een demonstratie aan banden wil leggen.

Met de roep om te ‘depolitiseren’ proberen Yeşilgöz en de VVD hun rol en verantwoordelijkheid weg te schuiven en te ontlopen. En de VVD en verantwoordelijkheid staan, zoals ik bij de bespreking van het verkiezingsprogramma van de partij al liet zien, op gespannen voet met elkaar. De roep om de depolitiseren is daarmee politiseren in optima forma.

Uitgelicht

Election Files 14: Me, Myself and We

De volgende prikker in deze serie Election Files: dit keer geen bespreking van een verkiezingsprogramma maar een artikel naar aanleiding van de besprekingen. Bij de programma’s die ik heb besproken viel een gebrek aan analyse op. Omdat een goede analyse voorafgaat aan het zetten van stappen om iets te veranderen, analyseer ik in de komende Prikkers onze huidige samenleving. Welke grote ontwikkelingen zien we? Waar komen die ontwikkelingen vandaan en waarom staan we nu waar we nu staan? De eerste grote ontwikkeling betreft het individu en de groep, en de groep en het individu. Een ontwikkeling zo oud als de mensheid maar nog steeds actueel. Zeer actueel.

“De geschiedenis schetst de fundamentele morele veranderingen van de mensheid van onze vroegste, nog niet menselijke, voorouders in Oost-Afrika tot en met de recentste conflicten rond identiteit, ongelijkheid, onderdrukking en duidingsmacht over het heden, die online in de metropolen van de moderne wereld worden beslecht,”1 aldus Sauer. In zijn boek schetst hij de reis die de mensheid hierin heeft gemaakt. Een reis waarin het leven van het groepsdier mens centraal staat. Een reis van de Oost-Afrikaanse vlakten zo’n vijf miljoen jaar geleden tot en met de digitaal, en met zo ongeveer de hele wereld, verbonden mens van tegenwoordig. Een reis waarin de mens en zijn relatie tot de te medemens centraal staat. Een reis die aantoont hoe afhankelijk de mens is van zijn medemens. Een reis waarin samenwerking en het aanpassingsvermogen centraal staan. Sauer: “Het beslissende van onze specifiek menselijke evolutie (…) vond plaats in een uiterst volatiele omgeving. … Een instabiele natuurlijke omgeving beloont een toeneming van flexibiliteit en plasticiteit, wat voeding, mobiliteit en vaste woonplaats betreft.” En om het wat beeldender te vertellen: “Als je slechts met minstens zes mensen op een olifant of zebra kunt jagen, is de keus tussen jagen met vijven en het jagen met zessen niet die tussen vijf of zes konijntjes, maar tussen vijf konijntjes en een olifant.”2 Sauer concludeert over dat samenwerken: “Vijf miljoen jaar geleden hebben we de voordelen van samenwerking ontdekt. Maar samenwerking is altijd duur, en niet-coöperatief gedrag blijft voordelig. Om evolutionair stabiel te worden, moesten we onze coöperatieve inspanningen beperken tot een kleine groep mensen: We werden altruïstisch en hulpvaardig, maar alleen in combinatie met een psychologie die mensen verdeelt in ‘wij’ en ‘zij daar.’”3 Wat in die vijf miljoen jaar is gebeurd, is dat de ‘wij’ steeds groter werd. Dat begon met de directe familie en een groep van maximaal zo’n 150 individuen en is nu gegroeid tot hele grote groepen zoals de achttien miljoen Nederlanders of de 1,4 miljard inwoners van India. Gedurende die gehele geschiedenis moest en ook nu moet het individu zich verhouden tot de groep en een plek voor zichzelf in de groep zien te vinden: zichzelf ontdekken. In een kleine groep van bijvoorbeeld dertig jager-verzamelaars was dat makkelijk. Je was de persoon die iets wat er nodig was goed kon, bijvoorbeeld spoorzoeken, dieren ontvellen, vuistbijlen maken, geneeskrachtige planten gebruiken, speerwerpen, kinderen iets leren of iets anders. Niet dat je alleen sporen zocht – nee je deed alles – maar als er sporen gezocht moesten worden, dan werd er naar jou geluisterd. Het ontdekken wie je bent en jezelf kunnen zijn, zijn dingen die in onze complexe samenleving steeds moeilijker worden. Dat ‘ontdekken wie je bent’ is van vrij recente datum.

Ze zegge det de helluf van de wereld van ôs is. Ik weit ’t neet percies maar as det klop is ’t neet mis. Dan staeke we 50 cent van iddere gölde in de tes. En nog ein kwartje van de res.” Het openingsrefrein van het feestnummer Gekke minse van de Venlose band Neet oet Lottum. In de rest van Nederland is de band vooral bekend door het nummer Hald mich ens vas. Die ‘ôs’, ‘ons’ in het Nederlands, zijn gekke mensen. In het boek The Weirdest People in the World. How the West Became Psychologicaly Peculiar and Particularly Prosperous lijkt auteur Joseph Henrich tekstschrijver Frans Pollux gelijk te geven. Weird betekent “raar, gek of eng” volgens de Vandale. Henrich geeft er een heel andere betekenis aan: WEIRD is voor hem een acroniem van “Western, Educated, Industrialized, Rich and Democratic.”4 Wij, de westerse wereld, zijn WEIRD en wijken af van de rest van de wereld en van samenlevingen uit het verleden.

Voor een beschrijving van het niet WEIRDe deel van de huidige en vroegere wereld even terug in de tijd. Een van de mooiste scenes in de film Gladiator is, in mijn ogen tenminste, als de gladiator Juba, gespeeld door Djimon Gaston Hounsou, de poppetjes die de voorouders en kinderen van Maximus, de oud-generaal en later gladiator gespeeld door Russell Crowe, in het zand begraaft. Juba spreekt dan de woorden: “I will see you again… but not yet. Not yet.” Die scene herbergt twee manieren om naar het leven op aarde te kijken. “I will see you again,” duidt op het geloof dat er na het leven op Aarde nog iets is. Een leven na de dood. Dit denken is al oud en heeft vooral als doel om je tijdens het leven op Aarde te disciplineren. Dat disciplineren tijdens het leven kan alleen als het niet zeker bent van dat leven na de dood. Of, en dat is de variant die het meeste voorkomt, dat plek is voor degenen die goed hebben geleefd en zich dus aan de morele regels hebben gehouden en een plek voor hen die dat niet hebben gedaan. Voor christenen de hemel of de hel en voor het katholieke deel van hen zat daartussen nog het vagevuur. Daar kwam je terecht als je niet goed genoeg had geleefd maar ook niet slecht genoeg. Daar doolde je rond totdat je voldoende was gestraft voor je zonden. In de Griekse mythologie, die ook aan de basis van het Romeinse lag waarin Maximus geloofde, was Elysium het gedeelte van de Hades, de onderwereld, waar de goeden naar toegingen en Tartaros was het deel waar je naartoe ging als je uitzonderlijk slecht had geleefd. Zat je ertussen dan ging je naar Asphodel een min of meer ‘kraak nog smaak’ gebied waar je dan bleef ronddolen.

De begraven poppetjes duiden op een andere manier van naar het leven kijken. Dat is denken dat je als mens deel uitmaakt van een groter geheel en wel op twee manieren. De eerste is de doorlopende keten van verre voorouders, via je grootouder, ouders en jezelf door naar je kinderen, kleinkinderen en verder tot je verre nakomelingen. Daar staan de poppetjes voor. Je staat in een familie en tribale lijn waarin je je plek hebt. Je staat onder je ouders en grootouders maar ook ooms, tantes en oudooms en oudtantes, daar heb je naar te luisteren, daar heb je respect voor en wat zij zeggen stel je niet ter discussie. De tweede manier van ‘je plek hebben’ hangt af van de plek die je familie inneemt in de tribale structuur. Behoor je tot de familielijn van de stamleider of priester, dan sta je in hoger aanzien en wordt er eerder naar je geluisterd dan naar een familie van een eenvoudige landbouwer. De plek van je familie is ook jouw plek en toekomst. Is je vader boer, dan word jij ook boer. Is je vader krijger, dan word jij het ook. Je hoeft niet na te denken en leert alles van je ouders. Pas als die dood zijn en jij aan de top van de familielijn staat (en niet een van je broers) dan kun je wat richting bepalen en proberen iets te veranderen. Alleen is dat laatste lastig omdat veranderen betekent afwijken van het oude en de tradities en die zijn heilig. De stam en familie bepalen alles.

Stam en familie stonden centraal. Henrich omschrijft deze samenleving als volgt. “Mensen leefden in een netwerk van verwantenorganisaties binnen stamgroepen of netwerken. Uitgebreide familiehuizen maakten deel uit van grote verwantschapsgroepen (clans, stamhuizen etc.) Erfenis en verblijf na het huwelijk waren patrilineaire; mensen leefden vaak in uitgebreide patrilineaire huizen en vrouwen gingen bij de verwanten van hun man wonen. Veel verwantschapseenheden bezaten of controleerden gezamenlijk grondgebied. Zelfs als er sprake was van individueel eigendom, behielden verwanten vaak het erfrecht, zodat land niet verkocht of anderszins overgedragen kon worden zonder toestemming van verwanten. Grotere verwantschapsorganisaties bepaalden zowel de wettelijke als de sociale identiteit van individuen. Geschillen binnen verwantengroepen werden volgens gewoonte intern beslecht. Gezamenlijke verantwoordelijkheid betekende dat intentionaliteit maar een kleine rol speelde bij het toekennen van straf of het opleggen van boetes voor geschillen tussen verwanten. Verwantschapsorgnisaties boden leden bescherming, verzekering en zekerheid. Deze organisaties zorgden voor zieke, gewonde en arme leden, en voor ouderen. Gearrangeerde huwelijken met familieleden waren gewoonte, net als huwelijkse betalingen zoals bruidsschat of bruidsprijs (…) Polygone huwelijken waren gebruikelijk voor mannen met een hoge status. In veel gemeenschappen konden mannen slechts met één “primaire” vrouw trouwen, meestal iemand van ongeveer gelijke sociale status, maar ze konden dan secundaire vrouwen toevoegen, meestal van een lagere sociale status.5

Menigeen zal nu denken: zie je wel het patriarchaat, door mannen verzonnen om vrouwen eronder te houden. En inderdaad is dit het patriarchaat ten top. Alleen behoorde een flink deel van de mannen tot de grote verliezers. Dat bepalen met wie er getrouwd kon worden, betekende voor een flink deel van de mannen dat er niet getrouwd werd omdat er niemand was om mee te trouwen. Voor vrouwen betekende het dat ze derde, vierde of tiende vrouw van een man konden worden. Voor laag geplaatste families was het weggeven van een dochter als zoveelste vrouw een manier om zich omhoog te werken in de hiërarchie. Voor de top waren huwelijken een manier om macht, aanzien en vooral bezit in de familie te houden. En nee, dit systeem is niet bedacht door mannen. Het is een moderne voortzetting van de op overleving – en dan vooral de doorgifte van DNA – gebaseerde strategie van het leven. Een strategie die de mannelijke leden van een diersoort ertoe aanzet om zoveel mogelijk vrouwen te verzamelen want dat maakt de kans het grootst om nakomelingen te krijgen. Ook voor vrouwelijke leden van de soort was het aantrekkelijk om zich rond een sterke man te voegen. Dat vergrootte voor de vrouw de kans om nakomelingen groot te krijgen.

De WEIRD-heid ligt aan de basis van het succes van de Westerse samenleving, zo betoogt Henrich. Aan die WEIRD-heid hebben we het economisch succes en onze democratie te danken. Het gebrek aan die ‘WEIRD-heid’ is ook een van de oorzaken waarom economische succes op andere plekken ontbreekt. En ook een van de oorzaken waarom de democratie op veel plekken niet echt aanslaat. Henrich geeft Afghanistan als voorbeeld en citeert uit een ander boek een gesprek met een kiezer. Die kiezer geeft aan te hebben gestemd op de kandidaat van keuze: “Besluiten voor hem? Meneer! Wat bedoelt u? Zijn familie woont hier al sinds de dagen van Dost Mohammed Khan en langer … Wist u dat mijn zusters man een neef heeft die getrouwd is met Sayyaf’s schoonzus. Hij is een van de onzen.”6 Democratie in een tribale samenleving is de macht geven aan de grootste stam. Om die te bepalen is het niet nodig om verkiezingen te houden. Maar door die wel te houden krijgt de machtigste stam de staatsmacht en daarmee ook de macht over andere stammen. Ze zal die macht vervolgens gebruiken om zich die staat toe te eigenen.

De oorzaak van onze ‘gekheid’ ligt, zo betoogt Henrich, in de christelijke stroming die in West-Europa uiteindelijk dominant werd. En daarvoor moeten we een heel eind terug in de tijd. Dat die stroming waaruit de huidige katholieke kerk en de vele protestantse stroming uit zijn voortgekomen dominant werd, stond tevoren niet vast, want: “aan het begin van het eerste millennium van de jaartelling was het Romeinse Rijk een borrelende ketel van religieuze concurrentie van de oude Romeinse staatsgodsdienst, het jodendom, het zoroastrisme, het mithraïsme, een potpourri van christelijke geloven en een veelheid aan lokale religies omvatte.” Die WEIRD-heid werd, zo betoogt Henrich, veroorzaakt door de regels rond het huwelijks- en familierecht van de winnende stroming. Hij noemt dit het Huwelijks- en Gezins-Programma van de kerk.

Hoe zag dit Programma eruit? Het: “verbood huwelijken met bloedverwanten. Deze verboden werden geleidelijk uitgebreid naar verre verwanten, tot neven en nichten.” Het: “verbood het huwelijk met aangetrouwde verwanten (…) Als je echtgenoot stierf, kon je niet met zijn broer, je zwager, trouwen. In de ogen van de kerk werd de broer van je man je echte broer (incest).” Het verbood: “huwelijken met niet-christenen tenzij ze bekeerd waren.” Het: “creëerde geestelijke verwantschap, via de instelling van peetouders.” Zo werd: “de adoptie van kinderen ontmoedigd. Moeders moesten voor hun eigen kinderen zorgen: als ze dat niet konden, zouden de kerk of peetouders voor hen zorgen.” Volgens het Programma was: “publieke instemming met het huwelijk door beide partners nodig.” Het: “moedigde nieuw getrouwden aan een eigen huishouden te beginnen.” Het programma: “moedigde het privé bezit van eigendom (land) en erfenis door een persoonlijk testament aan.”7 Deze maatregelen werden niet allemaal ineens ingevoerd en het mag dan met de ogen van nu niet erg spectaculair lijken. Toch maakte dit, zo betoogt Henrich, geleidelijk een einde aan de oude stam en familiebanden en stond daarmee aan de basis van die WEIRDe samenleving.

De reden waarom de kerk voor deze lijn koos is waarschijnlijk niet omdat ze de individuele vrijheid van de mens zo belangrijk vond. Het positieve dat de kerk zag, was dat deze keuze leidde tot een toename van middelen (grond en geld) en dus macht voor de kerk. Een van de bijzonderheden van het christelijk geloof in die tijd was, en daarmee komen we bij de weg naar de hemel, dat je die weg kon kopen. Kopen door al je bezittingen aan ‘de armen’ te geven. En de kerk was de vertegenwoordiger van ‘de armen’. Alleen is het lastig om iets te geven als het eigendom is van je gehele familie. Een individuele lijn sterft nogal eens uit, de kans dat dit met zo’n familielijn gebeurt is veel kleiner en wordt zelfs nihil als je, zoals bij de Romeinen gewoon, makkelijk een kind als je eigen kon adopteren. De maatregelen van het Huwelijks- en Gezins-Programma waren erop gericht om meer middelen en macht te verwerven door juist de basis onder de tribale en familiestructuur te breken. En succesvol was het: “Tegen 900 CE bezat de kerk ongeveer een derde van het cultuurland in West-Europa, inclusief Duitsland (35 procent) en Frankrijk (44 procent). Tijdens de protestantse reformatie in de 16e eeuw bezat de kerk de helft van Duitsland en tussen een kwart en een derde van Engeland.”8 De belangrijkste ‘nevenschade’ van deze keuze is dat mensen steeds meer zelf gingen nadenken. Hiermee zetten de kerk uiteindelijk de bijl aan de wortel van haar eigen bestaan want mensen gingen ook nadenken over hun geloof, hun relatie met god en de rol van de kerk. Was er wel een kerk en priester nodig voor die relatie met god? Nee, dachten zelfs priesters als Luther en timmerde zijn 95 stellingen op de deur van de Wittenbergse kerk en hij was niet de enige noch de eerste. De volgende interessante vraag die werd gesteld was of god wel nodig was en bestond? Nietzsche beantwoordde die vraag uiteindelijk door god dood te verklaren. Had de kerk dit in het eerste deel van het eerste millennium geweten, dan had ze wellicht een andere route gekozen. Maar zoals wel vaker hebben acties die op positief lijken onvoorziene negatieve gevolgen.

En met Luther zijn we bij de man die, volgens Francis Fukuyama aan het begin van het individualisme en het begrip identiteit staat of zoals hij het zelf schrijft: “Luther is dus verantwoordelijk voor het (in identiteitskwesties centrale) idee dat het innerlijke zelf diep is en vele lagen heeft die alleen door persoonlijke introspectie aan het licht gebracht kunnen worden.” Luther was, zo betoogt hij, “de eerste die het innerlijke en uiterlijke scheidde en de nadruk legde op het innerlijke. De keus die de (innerlijke) mens had en die zijn identiteit bepaalde: had slechts één dimensie,” zo betoogt Fukuyama, en dat was: “de aanvaarding van Gods genade. Er waren maar twee keuzemogelijkheden: je was vrij om al dan niet voor God te kiezen.”9

En daarmee zijn we bij het moderne begrip identiteit. De Digitale Van Dale omschrijft identiteit met: “ 1. gelijkheid: je identiteit bewijzen; bewijzen dat je de persoon bent voor wie je je uitgeeft; de identiteit van de dader is nog niet bekend. 2. eigen karakter van een persoon of groep: zijn identiteit proberen te bewaren.” In deze bespreking concentreren we ons op de tweede betekenis: het eigen karakter. De Vlaamse psycholoog Paul schetst in zijn boek Identiteit het jezelf ontdekken in relatie tot anderen als een: “verschuivende beeldscherm van de buitenwereld, die steevast als spiegel voor die identiteit fungeer10 Het gaat dus om de vraag hoe het ‘ik’ zich verhoudt tot de ‘buitenwereld’. Identiteit is, volgens Verhaeghe niet statisch: “De aanname dat we een eeuwig, onveranderlijk ik zouden hebben, is hoogst twijfelachtig.”11

Die spiegel betekent dan het begrip ‘identiteit’: “twee fundamentele gerichtheden die vermoedelijk typerend zijn voor al wat leeft: we willen deel uitmaken van grotere gehelen en tegelijk streven we naar onafhankelijkheid.’12 Je verhouden tot de buitenwereld was vroeger, zo betoogt Francis Fukuyama, een niet bestaande vraag: “Neem de situatie van de jonge boer, Hans, die opgroeit in een klein Saksisch dorpje. Hans’ leven in het dorpje ligt vast: hij woont in hetzelfde huis als zijn ouders en grootouders; hij is verloofd met een meisje dat zijn ouders aanvaardbaar vonden; hij werd gedoopt door de plaatselijke priester; en hij is van plan om hetzelfde stukje land te bewerken als zijn vader. De vraag ‘wie ben ik?’ komt bij Hans niet op, omdat die al door de mensen in zijn omgeving is beantwoord.”13 Zo in de negentiende eeuw (in Engeland iets eerder) werd dat anders voor ‘Hans’. De wereld industrialiseerde in rap tempo, mensen trokken naar de stad en kwamen daar in contact met anderen die vaak ook nog eens een andere taal spraken. ‘Hans’ verhuisde naar het Roergebied en kwam mensen tegen uit heel Noordwest-Duitsland en zelfs uit Nederland en Frankrijk. Die nieuwe omgeving brengt hem vrijheid, los van de dorpspriester, zijn ouders en dorpsgenoten. Met die vrijheid komt ook onzekerheid: op wie kan ik terugvallen als ik ziek ben of geen werk heb? Hans ziet mensen van verschillende politieke partijen en vraagt zich af of ze hem echt vertegenwoordigen of dat ze alleen maar aan hun eigen belang denken. “Voor het eerst in zijn leven kan Hans kiezen hoe hij zijn leven wil leiden, maar hij vraagt zich af wie hij werkelijk is en wat hij graag zou willen zijn. De vraag naar zijn identiteit, die in zijn dorp nooit een probleem zou zijn geweest, wordt nu heel belangrijk.”14 Hans ziet in zijn ‘beeldscherm’ een hem onbekende wereld. Een onbekende wereld die bij hem de vraag oproept: hoe verhoud ik me tot die wereld? Wie ben ik en welke rol speel ik in deze nieuwe wereld? Die vraag stelden zich vele mensen in Europa.

Sinds de negentiende eeuw is er veel veranderd. Eerst de radio, vervolgens de televisie en sinds het einde van de vorige eeuw het internet, bieden steeds meer ‘vensters’ of ‘spiegelbeelden’ waartoe iemand zich moet verhouden en die dus een rol spelen bij het ontdekken wie je bent en dat vervolgens ook zijn. ‘Hans’ kreeg als antwoord: ‘je bent een Duitser’ en kreeg verhalen te horen over ‘grote Duitsers’ uit het verleden om het trots te maken. Nationalisme dus. Een antwoord dat nu ook nog wordt gegeven maar dat niet meer voldoende is. Want het zijn van ‘Duitser’, of in ons geval ‘Nederlander’ zegt niet over bijvoorbeeld je denken over de oorlog in Oekraïne. Tegenwoordig is er meer nodig en wordt het antwoord steeds individueler. En het zoeken naar antwoorden wordt lastig door de druk van sociale media waar mensen veelal een perfectere vorm van zichzelf laten zien. Een mooier beeld dan de werkelijkheid.

In hoofdlijnen zijn er in het denken over identiteit en vooral de politiek rond identiteit twee extreme stromingen. De eerste stroming werd hierboven al aangestipt: die stroming, de extreem nationalistische, ziet nationaliteit als belangrijkste kenmerk van je identiteit. Zolang nationaliteit blijkt uit je paspoort, is er niets aan de hand. Dat wordt anders als er wordt opgeroepen om trotst te zijn op de geschiedenis van een land. Als er mantra zoals: ‘wij zijn een joods, christelijk, humanistische samenleving’, worden gebruikt. Daarbij vergetende dat die christenen elkaar onderling eeuwenlang de tent uit hebben gevochten en dat ze gezamenlijk nogal afwerend, om het zacht uit te drukken, stonden tegenover joden. Als er vervolgens nog iets aan toegevoegd over ‘trots op Nederland’ en nog wat ‘trots op onze geschiedenis’. Dit denken legt mensen een identiteit op en blaast de geschiedenis van het land op tot mytische proporties. Die ‘trots op de geschiedenis’ en ‘trots op de cultuur’ hebben twee uitwerkingen. Ze binden en verdelen. Ze binden mensen die zich in het verhaal herkennen, die maken dat verhaal tot een belangrijk onderdeel van hun identiteit. Ze verdelen omdat iedereen die niet joods, christelijk of humanistisch is of wiens voorouders geen deel uitmaakten van die trotse geschiedenis wordt buitengesloten. Die hoort er niet bij en zal er ook nooit bij horen.

De andere stroming hakt de mens in stukken waarbij ieder stuk bestaat uit twee uitersten en waarbij het ene uiterste meer macht heeft dan het andere: ‘man’ heeft meer macht dan ‘vrouw’, ‘wit’ meer dan ‘zwart’ en zo maar door. Of zoals Seada Nourhussen het stelt: “Intersectionaliteit erkent de macht of onmacht die de verschillende assen van identiteit met zich meebrengen.” Als sociologische theorie om machtsverschillen te verklaren is het al een gemarkeerde theorie, om je identiteit te bepalen is de theorie net zo uitsluitend als de extreem nationalistische. Ook dit denken legt je een identiteit op. Ze bepaalt jouw identiteit op basis van zaken waar je niets aan kunt doen. Of zoals de filosofie Susan Neiman het schrijft:”“Het begint met de zorg voor gemarginaliseerde personen en eindigt met het reduceren van elk tot het prisma van haar marginalisatie. Het idee van intersectionaliteit zou de nadruk hebben gelegd op de manier waarop we allemaal meer dan één identiteit hebben. In plaats daarvan leidde het de focus op die delen van identiteiten die het meest gemarginaliseerd zijn, en vermenigvuldigt ze tot een woud van trauma’s.” Deze manier van denken: “eist dat naties en volkeren hun criminele geschiedenis onder ogen zien. Daarbij komt vaak tot de conclusie dat de hele geschiedenis crimineel is.”15 De hele geschiedenis en dan vooral de hele Westerse geschiedenis. Als die hele geschiedenis crimineel is, dan kan er ook geen sprake zijn van vooruitgang. Dit terwijl vooral de geschiedenis van het Westen vooruitgang laat zien. En nee, dat maakt niet dat alles in het westen goed is. Dat iemand met een donkere huidskleur vaker uit de rij wordt gepikt bij het vliegveld of staande wordt gehouden door de politie is niet goed te praten. Het is echter een hele vooruitgang in vergelijking met de situatie van voor de afschaffing van de slavernij. Ook deze manier van denken over identiteit bindt en verdeelt. Ze bindt mensen op de kruispunten: “Daar moeten we elkaar zien te ontmoeten,”aldus Nourhussen. Maar dan moet je wel op dezelfde kruispunten uit kunnen komen. Dat ontmoeten wordt lastig als er, zoals Nourhussen schrijft: “In de ballroom culture in New York,” mooie dingen gebeuren: “waar queer mensen van kleur hun eigen magische wereld creëren, waar ze beschermd zijn tegen de uitsluiting en onderdrukking van zowel de witte gay scene als cis hetero’s.”16 Wat is er zo mooi aan een ‘eigen eiland’ is dat anderen uitsluit omdat ze wit en gay of zwart en cis zijn? Eilanden waar niet iedereen kan komen.

Voor dergelijke zware en voor een deel op leugens gebaseerde opvattingen over identiteit moeten we uitkijken. Toch kunnen we, volgens de filosoof Kwame Anthony Appiah, niet geheel zonder leugens als het over identiteit gaat: “we hebben die leugens nodig. Elke groep heeft behoefte aan een gezamenlijk verhaal om de leden te binden.”17 Daar heeft Appiah een punt. Neem het antwoord dat Hans kreeg, hoe ‘waar’ zou dat zijn? Iedereen met een beetje kennis van het verleden, weet dat een gesprek tussen een negentiende-eeuwse Duitser uit Beieren en zijn ‘landgenoot’ uit Keulen of Hamburg onmogelijk zou zijn. Hun ‘Duits’ was zeer verschillend. Net zoals een Fransman uit Parijs zijn landgenoot uit Bretagne niet zou begrijpen en ‘unne Venlonaer’ zijn Friese landgenoot niet. Hoezo gemeenschappelijke taal en cultuur? En ook op de kruispunten van Nourhussen verschillen de daar bivakkerende mensen op vele manieren van elkaar.

Terugblikkend op ons verleden valt op dat identiteit steeds zwaarder wordt gemaakt en beleefd. Dat zorgt ervoor dat we steeds meer tegenover elkaar komen te staan. Om samen te leven in een gebied, moeten mensen iets hebben dat hen bind. Er moet enige eenheid in de groep zijn. Volgens Fukuyama kan dat op vier manieren. Als eerste: “verplaatsing van bevolkingsgroepen over over politieke grenzen van een bepaald land.” Dat kan worden bereikt via: “kolonisten naar nieuwe gebieden te sturen, door mensen die in een bepaald gebied wonen met geweld te verdrijven,” en, “door ze domweg om te brengen.”18 Nieuwe gebieden, in zijn geval de planeet Mars, is de manier die Musk najaagt. Op Aarde zijn er, afgezien van Antarctica geen ‘nieuwe gebieden.’ Verdrijven en vermoorden is de manier waarop Israël werkt aan ‘eenheid’. Dit is ook de manier onder het denken van de PVV. De tweede manier die Fukayama onderscheidt is: “om grenzen zodanig aan te passen dat ze overeenkomen met bestaande taalkundige of culturele bevolkingsgroepen,”19 Dit lijkt mij, behalve als we programmapunt 2 van van Rug op ‘81 van de Tegenpartij van Jacobse en Van Es, gespeeld door respectievelijk Kees van Kooten en Wim de Bie willen uitvoeren, niet uitvoerbaar. Zij verdelen Nederland onder gebieden (thuislanden) voor groepen met een specifieke afkomst. En dan geldt het zoals Jacobse betoogt: “het oud geborduurd spreekwoord,” een spreekwoord dat zegt: “het buitenland leg naast de deur,”20 en krijgen we een, “multiradiale samenleving.” De derde manier om iets van een ‘samen’ te creëren, zo betoogt Fukuyama: “is om minderheidsgroepen op te nemen in de cultuur van een bestaande etnische of taalkundige groep.” Met andere woorden: “culturele en biologische assimilatie.” Dit is in de geschiedenis al vaak en met succes gedaan. En, als niet een van de eerste twee manieren dominant wordt, dan is dit iets wat vanzelf gaat gebeuren. Als laatste noemt Fukuyama: “het omvormen van de nationale identiteit zodat die beter aansluit op de bestaande kenmerken van de samenleving.”21

Die laatste manier sluit aan bij hetgeen Appiah adviseert. Dat is je: “identiteit licht (te) dragen.” Een licht gedragen identiteit, is dat niet wat de tijdgenoten van Hans ook deden? Zij zochten naar een overkoepeld iets en dat werd gevonden in de Duitse, Franse enzovoorts taalfamilie. Al begrepen de verschillende ‘familieleden’ elkaar in eerste instantie niet. Bij die ‘taalfamilie’ werden vervolgens andere ‘leugens’ gevoegd en ziedaar de Duitse, Franse, Nederlandse, Italiaanse enzovoorts identiteit. ‘Leugens’ zoals een gedeelde christelijke beschaving waarbij twee eeuwen godsdienstoorlogen voor het gemak wat worden gebagatelliseerd. Maar ook leugens als ‘belangrijke’ historische gebeurtenissen, bijvoorbeeld ‘1600 slag bij Nieuwpoort’, die achteraf worden gezien als ijkpunten van die ‘nationale identiteit’. Achteraf omdat het leven vooruit wordt geleefd en achteruit verklaard. Dat antwoord was passend in een tijd waarin de economie vooral nog regionaal opereerde. Door het steeds internationaler worden van die economie werd die lichte identiteit echter steeds zwaarder. Bedoeld om mensen te binden, werd die ‘nationale identiteit’ een middel om je af te zetten tegen andere ‘nationale identiteiten’. En ja, ook op de Nourhussens kruispunten gebeurt iets bijzonders. De intersectionele theorie beoogt verschillen in macht te verklaren. Als ze wordt gebruikt om de identiteit van levende mensen te beschrijven, dan wordt ze zwaar. Appiah: “Het is de kunst je niet in dat verhaal vast te bijten en je identiteit flexibel te houden, om onnodige polarisatie tussen bevolkingsgroepen te vermijden.” Maak collectieve identiteiten niet ‘uitsluitend’ maar ‘zoals Appiah het noemt, ‘productief’: “Als je een nationale identiteit bouwt die doet alsof iedereen al duizend jaar in Nederland woont, sluit je mensen uit die niet ergens anders naartoe zullen gaan. Maar het is perfectly fair om bijvoorbeeld te zeggen: Nederland is een land dat niet wordt gedefinieerd door religie.’” Een identiteit die: “krachtig genoeg is om betekenis te geven aan burgerschap en flexibel genoeg om gedeeld te worden door mensen met verschillende religieuze en etnische bindingen.”22

Van de vier manieren die Fukuyama beschrijft, zijn de laatste twee het meest interessant om te bewandelen. De derde manier, de culturele en biologische assimilatie ontstaat vanzelf. Culturen veranderen door veranderende omstandigheden. Dat kost even tijd en soms wat ellende maar het gebeurt vanzelf. Maar kan worden versneld door er actief op te sturen. Dat kan door, zoals in Frankrijk in de negentiende eeuw gebeurde, één cultuur als ideaal te kiezen en de overige culturen ernaartoe te laten groeien. Dat kan ook door de Fukuyama’s vierde manier te kiezen en een nieuw ‘samen’ te formuleren dat aansluit bij de huidige samenleving op een manier die Appiah voorstelt. Daarbij kan, zo betoogt David Pilgrim in zijn boek Identity Politics. Were did It All Go Wrong, de deliberatieve democratie een goede manier zijn om dat doel te bereiken: “directe participatie, geen passieve overdracht van bevoegdheden aan onze gekozen vertegenwoordigers.” Maar, zo concludeert hij: “Vandaag de dag zijn we mijlenver verwijderd van deze visie van dagelijks samenleven en samen beslissen. … Dit betekent dat we onze inspanningen moeten verdubbelen om de strategische ambities van een echte deliberatieve democratie te verwezenlijken.”23

Afsluitend. Deze Prikker schets de ontwikkeling in wat Henrich het WEIRD deel van deel van de wereld noemt: grofweg West-Europa, de VS, Canada, Nieuw-Zeeland en Australië. De rest van de wereld heeft een andere geschiedenis. In het WEIRDe deel is het individualisme zover gevorderd, dat het individu nu op zoek is naar een groep om bij te horen. Zover gevorderd datzorgen voor een ander is beperkt tot een hele kleine kringen die soms alleen maar uit het individu bestaat. In het niet WEIRDe deel is dat anders. Migratie heeft ervoor gezorgd dat niet-WEIRD in WEIRD gebied woont en dat kan tot onbegrip leiden.

1Hanno Sauer, Moraal. Goed en kwaad van prehistorie tot polarisatie, pagina 9

2Idem, pagina 28-29

3Idem, pagina 66

4Joseph Henrich, The Weirdest People in the World. How the West Became Psychologicaly Peculiar and Particularly Prosperous, pagina xiii

5Idem, pagina 162-163

6Idem, pagina 409.

7Idem, pagina 165-166.

8Idem, pagina 185.

9Francis Fukuyama, Identiteit. Waardigheid, ressentiment en identiteitspolitiek, pagina 48

10Paul Verhaeghe, Identiteit, pagina 14

11Idem, pagina 15

12Idem, pagina 19

13Francis Fukuyama, Identiteit. Waardigheid, ressentiment en identiteitspolitiek, pagina 89

14Idem, pagina 89

15Susan Neiman, Left Is Not Woke, pagina 5. Eigen vertaling.

16https://www.oneworld.nl/mensenrechten/kruispunten/

17https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/filosoof-kwame-anthony-appiah-bijt-je-niet-vast-in-identiteit~ba425159/?referrer=https%3A%2F%2Fballonnendoorprikker.nl%2F

18Francis Fukuyama, Identiteit. waardigheid, ressentiment en identiteitspolitiek, pagina 179

19Idem, pagina 180

20https://www.youtube.com/watch?v=K0lg9KchCqQ

21Francis Fukuyama, Identiteit. waardigheid, ressentiment en identiteitspolitiek, pagina 180

22https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/filosoof-kwame-anthony-appiah-bijt-je-niet-vast-in-identiteit~ba425159/?referrer=https%3A%2F%2Fballonnendoorprikker.nl%2F

23David Pilgrim, Identity Politics. Were did It All Go Wrong, pagina 211-212

Uitgelicht

Election Files 11: werken en tegenwerken

Dit is úw land! Nederland is vol, overvol, bomvol. De PVV komt in democratisch verzet. Tegen azc’s, tegen de massa-immigratie en islamisering, tegen overlast en criminaliteit – en tegen het decennialange links-liberale beleid dat de erbarmelijke staat van ons land heeft veroorzaakt.”1 De eerste woorden uit Dit is uw land, het verkiezingsprogramma van de PVV. Daarmee mag duidelijk zijn dat in deze Prikker het verkiezingsprogramma van de PVV wordt besproken. Het programma bevat geen visie, geen belangrijke uitgangspunten voor het handelen waaraan het getoetst kan worden. Daarom een wat andere manier van bespreken. In deze openingszin zegt enige partijlid Wilders dat de PVV in democratisch verzet komt. Daarmee heb ik een punt ter beoordeling van het programma. Een tweede voor de partij belangrijk punt is vrijheid: “De PVV heeft niet voor niets “vrijheid” in haar naam staan. Wij vinden dat iedereen zijn of haar leven moet kunnen leiden zoals hij of zij zelf wil – of iemand nu hetero, homo of anders is. Helaas staat die vrijheid onder druk.”2 In hoeverre bieden de plannen van de PVV iedereen de mogelijkheid om een leven te leiden wat de persoon zelf wil. Dat bespreken ga ik doen aan de hand van de geschiedenis van Nederland. Want, zo schrijft Wilders in zijn programma: “Nederland is een prachtig land. Zie ons unieke landschap, onze eeuwenoude molens en onze kerken. Zie ook onze rijke Nederlandse geschiedenis, cultuur en identiteit.”3 Laten we eens kijken hoe het programma zich verhoudt tot die rijke geschiedenis, cultuur en identiteit. Die bespreking begint met een stukje geschiedenis in het algemeen en van wat nu Nederland is, in het bijzonder. Maar zoals bij iedere bespreking van een verkiezingsprogramma begin ik met de conclusie.

Conclusie

Wilders en de PVV trekken heel bijzondere conclusies uit ‘onze rijke Nederlandse geschiedenis’. Die geschiedenis laat een open blik op de wereld, een tolerante en uitnodigende houding naar mensen van elders en geen van boven af opgelegde dogmatiek maar een vrije uitwisseling van kennis, ideeën en opvattingen zien. De partij concludeert daaruit dat het voor de welvaart van het land en het welzijn van haar bevolking nodig is om de grenzen en de luiken te sluiten. Dat de welvaart en het welzijn van Nederland het beste af zijn als het land op zichzelf is teruggeworpen. Ook bijzonder is dat een partij die, zoals ze zelf zegt, vrijheid niet voor niets in haar naam heeft, die vrijheid vooral geweld aan doet. Ze beperkt vrijheid om de vrijheid te beschermen.

Een kleine geschiedenis van wat nu Nederland is

Waar te beginnen? Ieder beginpunt is willekeurig maar je moet ergens beginnen. Dus dan maar zo volledig mogelijk. De eerste bewoners van het gebied dat nu Nederland is, waren waarschijnlijk Neanderthalers maar er zouden ook zomaar al eerdere mensensoorten in deze omgeving hebben kunnen geleefd. Als we daar even van afzien en ons concentreren op de laatste 10.000 jaar dan weten we dat de jager-verzamelaars die hier rondliepen zo’n 8.000 jaar geleden begonnen aan de overstap naar de landbouw. Hierdoor nam de bevolking toe en ontstonden de eerste culturen, de Bandkeramische en de Rössencultuur. Naast deze agrarische culturen leefden er ook nog steeds jager-verzamelaars. Zo rond 5.000 jaar geleden werden deze voorouders verrast door migranten van de Jamnacultuur die vanuit de steppen van wat nu Oekraïne en Zuid-Rusland is, naar het westen trokken. Aan hen hebben we onze taal te danken, net zoals bijna alle andere Europese talen. Ze brachten ook het wiel en de wagen mee. Net zoals trouwens de lichte huidskleur en blonde haren. De tot dan toe hier levende mensen hadden een donkerdere huidskleur. Dus ja, ‘we’ hebben het een en ander te danken aan migranten. Ten tijden van de verovering van het zuidelijke deel van wat nu Nederland is door de Romeinen, leefden hier verschillende Germaanse stammen zoals de Batuwen, Kanaveden en Friezen. Veel van deze volkeren verdwenen met de val van het Romeinse rijk. Boven de rivieren bleven de Friezen. Al was dat boven de rivieren een vooral ontoegankelijk moeraslandschap.

En zo rond 1400 begon de geschiedenis zich te herhalen. Het huidige Nederland was een gebied, om Johan Norberg te citeren, met: “weinig mensen (…) er was geen verenigde kerk of machtige aristocratie, er waren weinig natuurlijke hulpbronnen, geen leger en geen marine. Ze hadden geen vorst, geen staat en geen grondwet, alleen soevereine provincies die vooral onderling vochten. Ze hadden zelfs niet veel land om op te wonen en voedsel te verbouwen; ze moesten het terugwinnen op de oceaan.” Maar in de tweede helft van de zestiende eeuw nam dit: “onverteerbaar braaksel uit de zee (zoals een Engelse satiricus de regio noemde),”4 het op tegen het machtigste rijk van het moment en het won. Het won, zo betoogt Norberg omdat: “De Nederlanders (…) de kunst van openheid (moesten) perfectioneren, juist omdat ze in het begin zo weinig hadden. Alles moest worden gecreëerd, gebouwd, ontwikkeld en geïmporteerd.”5 En wat er vooral ‘geïmporteerd’ werden, waren mensen. Mensen die vanwege hun geloof naar de Republiek trokken. “Nederland werd een republiek van vluchtelingen. … Het heeft zelfs geleid tot de vraag hoe ‘Nederlands’ de Nederlandse Gouden Eeuw werkelijk was. … Joden vluchtten erheen voor de Inquisitie, Hugenoten voor de Franse onderdrukking en Duitsers voor de Dertigjarige Oorlog, en in de volgende generatie werden migranten aangetrokken door economische kansen. In het midden van de zeventiende eeuw blijkt uit de huwelijksregisters van Amsterdam dat ongeveer een op de drie burgers een immigrant was, wat waarschijnlijk een onderschatting is van hun aandeel in de bevolking.”6

Die Republiek versloeg, zoals gezegd, de toenmalige supermacht Spanje en werd de supermacht. Een supermacht met de blik gericht op de wereld. Ze bouwde in heel korte tijd een handelsimperium op dat haar weerga niet kende. Holland dreef op handel in goederen met relatief lage waarde zoals graan en hout. Aan het einde van de zestiende eeuw deed zich een kans voor: “Spanje vond dat het zijn havens moest openstellen voor de Nederlandse handel om te kunnen overleven. De Nederlanders stortten zich onmiddellijk op de ‘rijke handel’ in het Middellandse Zeegebied en begonnen fruit, wijn, specerijen, suiker, zijde en verfstoffen te vervoeren in een handelsnetwerk dat zich uitstrekte van de Levant tot Archangelsk aan de Witte Zee.”7 Toen de Spanjaarden zich in 1598 realiseerden dat het openstellen van hun havens voor hun grootste lastposten, de ‘Hollanders’, die Hollanders meer rijkdom bracht dan Spanje zelf, wilden ze die fout herstellen. Besloten de Hollanders dat: “ze het Iberisch schiereiland moesten omzeilen en rechtstreeks naar Afrika en Indië moesten varen om hun handel niet te verliezen. Dit was het begin van de mondiale ambities en het koloniale rijk van deze kleine republiek. Met een enorme handelsvloot en diepe financiële markten heersten de Nederlanders al snel over de zeeën. Tot dan toe waren de Nederlanders nog niet voorbij Kaap de Goede Hoop gekomen. In de zeventiende eeuw passeerden meer Nederlandse schepen de Kaap dan alle andere Europese landen samen.”8 De Republiek en dan vooral haar kooplui en handelaren, hadden hun blik op de wereld gericht en waren altijd op zoek naar goede handel.

Immigratie, een nieuwsgierige, open houding en welvaart gingen niet alleen samen in de Republiek van de zestiende en zeventiende eeuw. Dat gold – zo laat Norberg in zijn boek Peak Human zien – ook voor de andere zeven beschavingen die voor een gouden tijdperk zorgden. Angst voor migranten en een gesloten, dogmatische houding betekent weinig goeds. Of zoals de historicus Dan Jones over het Romeinse Rijk concludeert: “Het Romeinse Rijk was ooit een grote verspreider van de klassieke geleerdheid in al zijn uitgestrekte gebieden. Maar toen het Westen uiteenviel en het Oosten steeds meer geobsedeerd raakte door leerstellige vraagstukken werd het een actieve blokkade voor de kennisoverdracht door de eeuwen heen, en de doorgifte van de klassieke geleerdheid in het Rijk begon te stokken.”9 Het oostelijke deel van het Rijk dat vanaf die tijd het Byzantijnse Rijk werd, hield het steeds verder krimpend, nog zo’n duizend jaar vol. Afgezien van pracht en praal, zoals de Hagia Sofia, leverde het niets vernieuwends op. Aan het einde van de zeventiende eeuw verviel de Republiek in religieuze orthodoxie en sloten de luiken voor de buitenwereld. Om de koninklijke ambities van stadhouder Willem III te verbloemen: “verbood de Staten-Generaal uit veiligheidsoverwegingen iedereen te beweren dat de stadhouder naar soevereiniteit over de provincies streefde. Godslastering en aanvallen op de kerk waren al eerder verboden. Zelfs in Holland waren boeken die God of de goddelijkheid van Christus ontkenden verboden (hoewel regenten de impact ervan verzachtten door boekverkopers vaak van tevoren te waarschuwen dat er een inval zou komen). Maar dit was de eerste keer dat het openbare debat door de Staten werd gecensureerd.” Iets wat nu in de Verenigde Staten kunnen zien: Republikeinse politici die uit angst voor Trump, diens leugens verkondigen. En net zoals we nu in de VS zien, werd in de Republiek de wetenschappelijke vrijheid beknot: “In 1674 verboden de Staten van Holland boeken van verschillende onruststokers. Spinoza werd als bijzonder gevaarlijk beschouwd, omdat hij ontkende dat de Bijbel een goddelijke openbaring was en omdat hij God op een manier had beschreven die door velen als atheïsme werd geïnterpreteerd. Pierre Bayle, die al lang door hardline calvinisten werd veracht, werd in 1693 zijn leerstoel in Rotterdam ontnomen.”10 Een periode die tot het midden van de negentiende eeuw duurde. De Republiek raakte: “in verval, van de economische, politieke en militaire grandeur bleven alleen de schimmen over.”11

Maar voordat er in het midden van de negentiende eeuw weer iets van dynamiek terugkwam, moest er eerst nog heel wat water door de Maas. Onderdeel van dat verval was dat de macht verschoof van de Staten Generaal naar de stadhouder. De Republiek bestond toen alleen nog in naam. Aan het einde van de achttiende eeuw had een deel van de gegoede burgers genoeg van wat zij zagen als het ‘absolutistische bestuur’ van stadhouder Willem V. Zij noemden zich Patriotten en streefden naar democratisering en naar het herstel van de macht en positie van de Republiek, ze wilden terug naar de republiek van de eerste helft van de zeventiende eeuw de economische militaire, politieke en culturele wereldmacht. Terug gaan naar het verleden is altijd een slecht idee. Zeker als: “De ontwikkeling van de zeventiende eeuw (te danken) was aan de samenwerking van een aantal gelukkige omstandigheden, die nu niet meer bestonden… . De basis ervan was de functie van Holland, en speciaal natuurlijk Amsterdam, als stapelmarkt. De hele economische structuur van Nederland rustte daarop. En juist deze brokkelde af. Betere communicatiemiddelen te land en ter zee, de strijdbare concurrentie van Engeland en Frankrijk, vernieuwingen op het gebied van prijsvorming en commissiehandel die de behoefte aan een stapelmarkt verminderden, maakten het in veel gevallen mogelijk om het dure Amsterdam te vermijden en de goederenstroom direct van koper naar verkoper te leiden.” Deze ontwikkeling had: “ernstige sociale gevolgen (…), aangezien bij een waarschijnlijk groeiende bevolking de werkgelegenheid en de spreiding van de welvaart er, naar men moet aannemen, door inkrompen.”12 Patriottische opstanden drongen Willem V in het defensief. Hij werd echter gered door en Pruisisch leger dat in 1787 de republiek binnen viel en voor dat moment een einde maakte aan de opstanden van de patriotten. Na de Franse revolutie kregen de Patriotten steun van de Fransen, een land waar velen van hen naar toe waren gevlucht. En na de Franse veldtocht in de Nederlanden brak de Bataafse Revolutie uit. Die maakte en 1795 een einde aan het stadhouderschap. Willem V vluchtte naar Engeland. Hierdoor vielen: “veel oude zekerheden weg , onervaren mensen kregen verantwoordelijkheden die ze niet konden dragen en de snelle opbouw van een ideale democratische maatschappij werd een chaos.”13 Dit schrijvend bedacht ik me dat onze huidige politieke situatie hier redelijk wat overeenkomsten mee vertoont. Er moet ‘geluisterd worden’ naar het volk en dan komt er een kabinet van die ‘luisteraars’ en dan blijkt dat ze de verantwoordelijkheid niet kunnen dragen en er een chaos van maken. Bij het vormgeven van die democratische maatschappij werd vooral naar Frankrijk gekeken en Frankrijk keek ook terug. Alleen was het democratische daar vastgelopen en viel de macht in 1799 toe aan Napoleon Bonaparte. Diens geduld met Nederland raakte op en in 1805 benoemde hij zijn broer Louis, in het Nederlands Lodewijk tot koning van het koninkrijk Holland. Dat was van redelijk korte duur want op 9 juli 1810 werd dat koninkrijk opgeheven en ingelijfd bij Frankrijk.

Na de voor Napoleon desastreus verlopen veldtocht naar Rusland probeerde Napoleon zijn gezag te herstellen. Hiervoor trok hij met een troepenmacht op naar het Oosten. Dit eindigde met de door de Fransen verloren Volkerenslag bij Leipzig van oktober 1813. De Fransen vochten daar tegen een coalitie van Rusland, Pruissen, Oostenrijk en Zweden. Zij verzwakten de Franse teugels. Napoleon trok zich terug en de coalitietroepen vielen Frankrijk binnen. Daarop trokken de Fransen hun troepen terug uit het voormalige koninkrijk Holland. Een driemanschap bestaand uit Gijsbert Karel van Hogendorp, Frans Adam van der Duyn van Maasdam en Leopold van Limburg Stirum sprong in het bestuurlijk vacuüm en nam het bestuur op zich. Een van de eerste daden betrof het sturen van een brief aan, Willem Frederik, de zoon van de gevluchte stadhouder Willem V met het verzoek om naar Den Haag te komen en als soeverein vorst de regering op zich te nemen. Willem Frederik accepteerde die uitnodiging maar al te graag en hoopte op veel meer dan alleen het grondgebied van de oude Republiek. Het geluk was aan zijn zijde want de grote mogendheden verzameld in Wenen zagen een Europa voor zich geregeerd door vorsten. De meeste overwinnaars werden geregeerd door een vorst. Alleen in Engeland moest die vorst buigen voor een parlement. Republieken en zeker democratieën hadden afgedaan en alle partijen zagen wel wat in een een sterke buffer tussen Frankrijk en Duitsland. Die buffer werd het Koninkrijk der Nederlanden dat bestond uit het huidige Nederland en België. Naast koning van de Nederlanden werd de zich nu Willem I noemende Willem Frederik ook groothertog van Luxemburg. Luxemburg bleef, net als de provincie Limburg onderdeel uitmaken van de Duitse bond.

Willem regeerde wel met een grondwet: “maar dat betekent niet dat Nederland dan een rechtsstaat is,” zoals Ybo Buruma terecht constateert en vervolgt met: “De koning stelt zich op als een absolute vorst, of als een verlicht despoot over de pas tot stand gekomen eenheidsstaat.”14 Nederland als eenheidsstaat, maar: “’Nederlanders’ zijn er niet: dat komt pas later met de nationaliteitswetgeving na de Grondwet van 1848. Dat is niet louter juristerij. De meesten van de circa twee miljoen inwoners voelen zich meer verbonden met de eigen woonplaats en de oude gewesten dan met het land.”15 Het je Nederlander voelen is daarmee van vrij recente datum. Pas vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw werd er gewerkt een een ‘Nederlands verhaal’ waar je ‘trots’ op moest zijn. Het is niet voor niets dat het gros van de standbeelden van zee- en landhelden vanaf het einde van de negentiende eeuw zijn geplaatst. Pas vanaf dat moment werden de ‘grote daden’ van de man met de kleine naam, Piet Hein, bezongen. Voor het katholieke deel van het land lag het allemaal net wat anders. Die werden niet als echte Nederlander gezien. Ze werden tot het midden van de twintigste eeuw gewantrouwd want waren die niet loyaal aan Rome? En zouden die door hun hoge geboortecijfers het land niet ‘omvolken’ om een tegenwoordig door rechtse partijen gebruikte term te gebruiken?

De regeerstijl van Willem I valt vooral in de Zuidelijke Nederlanden slecht. Dat Zuiden is katholiek en de gegoede burgers, veelal industriëlen, zijn liberaal. Na de Belgische opstand van 1830, scheidden de Zuidelijke Nederlanden zich af. Willem I treedt af en zijn zoon Willem II neemt de troon over. Als in heel Europa in 1848 een revolutionaire wind waait en menig vorst wordt afgezet, accepteert Willem II dat zijn macht wordt beperkt. Hij mag de troon behouden maar voortaan ligt de macht bij het parlement en wordt de ministeriële verantwoordelijkheid ingevoerd. Hij veranderde, zoals het vaker wordt beschreven ‘in een nacht van conservatief in een liberaal’. Met de Grondwet van 1848 ontstond er voor het eerst iets wat op een democratie leek. Maar dan wel een democratie waaraan slechts een klein deel van het volk kon deelnemen. Alleen als je voldoende belasting betaalde, mocht je stemmen en kon je verkozen worden. Een omkering van het ‘no taxation without representation’ dat in de Amerikaanse revolutie belangrijk was. In Nederland was het ‘no representation without taxation’. Pas in 1922 toen ook vrouwen voor het eerst hun stem voor de Tweede Kamer mochten uitbrengen, was er sprake van een democratie waarin iedereen mocht meebeslissen. Dat was vier jaar nadat voor het eerst ook alle mannen van 25 jaar en ouder mochten stemmen.

Zoals hierboven al gezegd kwam er vanaf het midden van de negentiende eeuw weer iets van dynamiek terug. Een echte economische opleving liet echter nog een eeuw op zich wachten. Na het verlies van de belangrijkste kolonie Nederlands-Indië trok de bedrijvigheid aan. Nederland zocht zijn toekomst over de grens. In eerste instantie vooral in Europa. Mede afgedwongen door de Marshallhulp koos Nederland voor samenwerking met de buren. Eerst in de Benelux, daarna in de Europese Gemeenschap en later in de Europese Unie. Dit zorgde voor grote bedrijvigheid en met die bedrijvigheid kwam ook de immigratie weer opgang. Eerst uit Italië en Spanje en later uit Turkije en Marokko kwamen mensen om in de Nederlandse industrie te werken. Ze werden ‘gastarbeiders’ genoemd omdat men enigszins naïef verwachtte dat ze na verloop van tijd wel weer terug zouden gaan. Dat viel tegen. Een flink deel bleef hier en arbeiders uit Turkije en Marokko haalden hun familie naar hier. Zelfs toen een groot deel van hen in de loop van de jaren zeventig werkloos werd, gingen ze niet terug.

Wat leren we van deze korte geschiedenis? We leren dat een open blik, tolerantie ten opzichte van andersdenkenden en vrijheid om zaken naar eigen inzicht op te pakken voorwaarden zijn voor ‘gouden eeuwen’. Dat wil echter niet zeggen dat voldoen aan die voorwaarden automatisch tot een ‘gouden eeuw’ leiden. Zeker is wel dat hieraan tornen een ‘gouden eeuw’ onmogelijk maakt. We leren dat die trots op Nederland, het Nederlands nationalisme, van een recente datum is. We leren dat die tegenwoordig zo bejubelde ‘identiteit’, die joods-christelijke cultuur tot voor kort vooral bestond uit groepen die op z’n best met de rug naar elkaar stonden. En wat zien we als we met deze bevindingen het PVV-verkiezingsprogramma doornemen?

Immigratie

Het immigratie verleden van wat nu Nederland is, behoort, als we de PVV mogen geloven, niet tot de rijke Nederlandse geschiedenis. De PVV wil in feit een einde aan migratie. “De afgelopen decennia zijn er meer dan een miljoen niet-westerse immigranten ons land binnengekomen; onze bevolking groeit alleen nog door immigratie. In grote steden als Amsterdam, Den Haag en Rotterdam is de allochtone bevolking al in de meerderheid.”16 Daaruit wordt geconcludeerd dat: “We (…) te veel vreemdelingen, te veel asielzoekers, te veel islam en veel te veel azc’s,” hebben binnengelaten. “Het opengrenzenbeleid maakt ons land helemaal kapot. De PVV is er klaar mee. Het roer moet drastisch om.”17 De partij wil een: “Totale asielstop: alle asielzoekers worden aan de grens geweigerd.” Door: “Geen immigratie uit islamitische landen.” Ze wil een: “Verbod dubbele nationaliteit.”18 Ze wil doen, wat volgens de partij: “jarenlang is nagelaten. Wij sluiten de grenzen.”19 Grenzen die door soldaten bewaakt moeten worden want: “Wij willen dus geen buitenlandse militaire missies, maar militaire inzet aan onze eigen grenzen: grensbewaking.”20

Dat immigratie voor problemen en wrijving zorgt, zal ik niet ontkennen. Maar immigratie en welvaart gingen niet alleen samen in de Republiek van de zestiende en zeventiende eeuw. Dat gold – zo laat Norberg in zijn boek Peak Human zien – ook voor de andere zeven beschavingen die voor een gouden tijdperk zorgden. En het sluiten van grenzen voor migranten leidde in alle gevallen ook tot een periode van verval. Ook vanaf midden jaren vijftig ging migratie en welvaart hand in hand. De wrijving door migratie ging gepaard met glans en ook tegenwoordig gaat die wrijving gepaard met glans. De gesloten grenzen waar de PVV voor pleit verkleinen de kans op welvaart en welzijn. Om die kans op glans te vergroten en om problemen te verkleinen, moet die immigratie en dan vooral de arbeidsmigratie wel gereguleerd worden. Dit is uw land bevat echter geen enkele maatregel, zelfs geen enkel woord over arbeidsmigratie. Het woord arbeid komt welgeteld één keer voor in het programma: “Gevangenen moeten een uniform dragen en minstens 40 uur per week arbeid verrichten.”21

De grenzen moeten dicht voor mensen die veiligheid zoeken. De arbeidsmigratie blijft onaangeroerd en dus ook de wantoestanden en problemen waar deze groep mee te maken krijgt. Net als de overlast die deze problemen voor de rest van de samenleving veroorzaken. Dit afgezien van de ‘bemiddelaar’ en de werkgever van de arbeidsmigrant die ervan profiteren. Studiemigratie moet wel worden aangepakt: “De PVV wil een maximale inperking van studiemigratie naar ons land. Ons onderwijs is er voor de Nederlanders, niet voor buitenlandse studenten die na hun studie weer vertrekken.”22 Dus het liefst niemand naar hier en als er toch eentje komt dan moet die na zijn studie snel weer opkrassen. Dit terwijl een open ideeënuitwisseling en wederzijdse beïnvloeding bouwstenen zijn die ‘gouden eeuwen’ mogelijk maken. Het beleid van de PVV maakt dit zeer moeilijk tot onmogelijk. Geen moderne equivalenten van Pierre Bayle, René Descartes en John Locke.

Blik op de wereld

Die Republiek versloeg, zoals gezegd, de toenmalige supermacht Spanje en werd de supermacht. Een supermacht met de blik gericht op de wereld, met een open houding en dito grenzen en tolerant. De PVV wil migranten weg en de luiken sluiten. “Alle Syriërs terug naar Syrië,” want: “Delen van Syrië zijn weer veilig,” en zijn: “handelssancties (…) opgeheven.” Zij moeten: “terug om hun eigen land weer op te bouwen.” En als dat niet lukt, moeten ze naar: “andere Arabische landen waarmee we afspraken maken.”23 Hoe ze vanuit die andere landen hun land dan weer moeten opbouwen is mij een raadsel. Voor de PVV is het enige wat telt dat ze hier weg zijn. En daar, waar dat dan ook is, moeten ze het zelf maar uitzoeken want: “geen cent meer naar kansloze projecten, corrupte regimes en activistische ngo’s. Geen cent meer naar Afrika, het Midden-Oosten of Azië. Nederland is geen pinautomaat voor de rest van de wereld. Ontwikkelingshulp wordt volledig afgeschaft.”24 Ook moeten de: “Volwassen mannelijke Oekraïense ontheemden terug naar Oekraïne.” Want: “Oekraïne heeft zijn eigen mannen hard nodig. … Zij kunnen dan hun eigen land helpen, zoals door de Oekraïense regering gevraagd.”25 En op steun uit Nederland hoeven ze bij dat helpen niet te rekenen. De PVV steunt: “Oekraïne ( dan wel) omdat het een soeverein land is dat door de Russische agressor onrechtmatig is binnengevallen,” maar: “Ondertussen hebben we al ruim € 20 miljard aan Oekraïne betaald. Laat andere landen nu wat meer doen, dan hebben wij meer geld voor de Nederlanders.”26

We trekken ons terug uit het VN-Klimaatakkoord van Parijs,” aldus de PVV. En: “niet nóg meer bevoegdheden en miljarden overhevelen naar Brussel, maar juist terughalen. Onze vetorechten behouden we, herstellen we in ere én zetten we in: Nederland moet al het mogelijke vetoën, waaronder de EU-begroting, om zo een opt-out op asiel en immigratie en soepeler natuur- en stikstofbeleid te dwingen en de EU van binnenuit op de schop te nemen.”27 De luiken gaan dicht. Die dichte luiken verhouden zich slecht met het streven om Schiphol te laten groeien omdat het: “van groot belang voor ons vestigingsklimaat, onze economie en onze internationale handelspositie,”28 is. Zelfs voor de wolf want als die problemen veroorzaakt dan wordt hij of zij verjaagd en: “bij ernstige incidenten volgt onverbiddelijk afschot.”29Als vestigingsplaats ben je aantrekkelijk met open venster, een welwillende houding ten opzicht van immigranten. De PVV zegt te: “kiezen voor de Nederlanders, hun portemonnee, hun koopkracht en hun welzijn.”30 De gesloten luiken, zouden wel eens nadelige gevolgen kunnen hebben voor juist de portemonnee, de koopkracht en het welzijn. Ook daarvoor biedt het verleden voorbeelden. “In de late zeventiende eeuw keerde het tij, … In de achttiende eeuw raakte de Republiek der Zeven Verenigde Provinciën in verval, van de economische, politieke en militaire grandeur bleven alleen schimmen over.”31 De oorzaken van dat verval: “net als zoveel andere gouden eeuwen begon de Nederlandse neergang met despotische ambities, politieke centralisatie en censuur. Het land dat wereldwijd voorop liep in open debat begon de teugels aan te halen. De kerk begon een calvinistische orthodoxie op te leggen, boeken werden verboden en universiteiten werden gezuiverd van seculiere ideeën. De immigratie nam af en buitenlandse studenten begonnen de voorheen toonaangevende Nederlandse universiteiten te verlaten. De groep waaruit de stedelijke elite werd gekozen, kromp in, en al snel krompen ook de steden zelf.”32

Voor de PVV lijkt de wereld op te houden voorbij de landsgrens. Zelfs samenwerken met de Europese buren lijkt een brug te ver want: “niet nóg meer bevoegdheden en miljarden overhevelen naar Brussel, maar juist terughalen. Onze vetorechten behouden we, herstellen we in ere én zetten we in: Nederland moet al het mogelijke vetoën, waaronder de EU-begroting, om zo een opt-out op asiel en immigratie en soepeler natuur- en stikstofbeleid te dwingen en de EU van binnenuit op de schop te nemen.”33

Democratie en Vrijheid

De PVV heeft niet voor niets “vrijheid” in haar naam staan. Wij vinden dat iedereen zijn of haar leven moet kunnen leiden zoals hij of zij zelf wil – of iemand nu hetero, homo of anders is. Helaas staat die vrijheid onder druk. Vandaag de dag kunnen homo’s vooral in de grote steden niet meer hand in hand over straat lopen zonder uitgescholden, bespuugd of zelfs in elkaar geslagen te worden, vaak door niet-westerse allochtonen.”34 Daarom, zo betoogt de partij: “gaan (wij) ons land en onze wijken en straten terugwinnen, onze vrijheid herpakken en onze toekomst veiligstellen – voor onze kinderen, voor onze samenleving, voor alles wat ons dierbaar is.”35 Bij dat herpakken kan ook de automobilist op steun rekenen want: “Autorijden is een vorm van vrijheid en welvaart, maar het wordt de automobilist al jarenlang steeds moeilijker gemaakt.” De PVV presenteert zich hier als de partij die zich inzet voor uw vrijheid. Maar dan wel uw individuele vrijheid. En dan ook nog niet eens voor eenieders individuele vrijheid.

Want als ik in alle vrijheid ‘From the river to the sea, Palestine will be free’ wil zeggen, dan ben ik strafbaar. En als ik me inzet voor Extinction Rebellion of Antifa dan zet ik me in voor een terroristische organisatie.36 Als een docent zijn klas kennis wil laten maken met seksualiteit dan wordt het risico gelopen je schuldig te maken aan: “links-liberale seksuele indoctrinatie via het onderwijs.” Ik vraag me dan meteen af of ‘rechts-conservatieve’ indoctrinatie over Adam en Eva wel mogen. En we: “Stoppen met wokebeleid: er zijn slechts twee geslachten – man en vrouw – en het biologische geslacht is leidend, dus geen “X” in het paspoort” Helaas voor de hermafrodieten onder ons. En als een moslim heb je pech want er komt een: “Verbod op het afleggen van de eed op Allah voor overheidspersoneel en militairen,” een christen mag zijn god aanroepen, een moslim de zijn niet. Ook worden de islamitische gebedsoproep en de boerka verboden.”37 Over ‘woke’ in de klas had ik het al, maar wat voor ‘woke’ opgaat, geldt voor de PVV ook voor ‘klimaat’, ook dat mag niet geïndoctrineerd worden. Ook moeten leraren politiek neutraal zijn: een onmogelijkheid. Niemand is politiek neutraal. Bovendien zou dit een beperking van de vrijheid van leraar zijn. Ook wil Wilders het verplichten om op het schoolplein Nederlands te spreken. Fries en Venloos mag dus niet meer? De: “Opvoeding is aan de ouders.” en: “Orde, rust en gezag terug in de klas.” Dan mag je als docent ook verwachten dat de kinderen worden opgevoed. Dat ze het gezag in de klas accepteren, braaf met de armen over elkaar zitten en stil zijn als de leraar het vraagt. Stemt de partij er dan mee in dat de leerkracht een slecht opgevoed kind naar huis stuurt?38 Voor een partij die vrijheid in haar naam draagt en vrijheid uitlegt als kunnen doen wat je wilt, zijn dit erg veel beperkingen.

Wat zien we als we naar de politieke vrijheid kijken? De vrijheid om als burger deel te nemen aan besluitvorming over zaken die jou raken? Om de besluitvorming te beïnvloeden? Dan zien we dat de PVV vooral mensen met een andere dan de eigen mening, de mond wil snoeren. XR en antifa werden al genoemd. “Bij gewelddadige demonstraties draaien de daders op voor alle schade. Buitenlandse studenten, docenten, bestuurders en directieleden die meedoen of dit gedogen, gaan zonder pardon terug naar hun thuisland. Nederlandse docenten, bestuurders en directieleden die zich hier schuldig aan maken, worden per direct ontslagen.”39 Dat lijkt een heel reëel standpunt. Totdat je je realiseert dat gewelddadigheid van twee partijen af kan hangen. Neem de anti-zwartepiet demonstraties van enkele jaren geleden. De demonstranten demonstreerden vreedzaam maar kregen te maken met geweld vanuit het publiek en soms ook de politie. Totdat je je realiseert dat de PVV dergelijke harde woorden spreekt bij demonstraties van XR of tegen het Israëlische geweld in Palestina. Bij eveneens gewelddadige en vernielzuchtige protesten van boeren en tegen asielzoekers, zwijgt hij als het graf. Dit maakt een dergelijke maatregel erg gevoelig voor willekeur. Willekeur die ook het wetsvoorstel dat het verheerlijken van terrorisme moet verbieden omgeeft.

Niet alleen vrijheid lijkt bij de PVV in verkeerde handen. Ook de gelijkheid, geregeld in artikel 1 van onze Grondwet komt er bekaaid af. De partij discrimineert er met haar voorstellen vrolijk op los. Geen eed op Allah, wel op God. Links-liberale indoctrinatie mag niet maar zwijgen over indoctrinatie vanuit andere hoeken. “Mensen met een dubbele nationaliteit die zijn veroordeeld voor één ernstig misdrijf, worden na het uitzitten van de straf gedenaturaliseerd en moeten Nederland verlaten.” En: “Nooit meer voorrang op sociale huurwoningen voor statushouders – ook niet met urgentie.”40 Dit zijn maatregelen of straffen die niet aan iedereen kunnen worden opgelegd. Ze discrimineren op oneigenlijke gronden. De partij wil een: “Verbod op Arabische en andere niet-westerse teksten in onze (winkel)straten.”41 Waarom wel Engelse, Franse of Spaanse teksten en geen Russische, Chinese of Arabische? Discriminatie op basis van oneigenlijke gronden. Pleit dan voor alleen Nederlandse teksten. Wilders wil terecht een: “Snoeiharde aanpak van antisemitisme.” Antisemitisme is immers een vorm van discriminatie. Die oproep zou veel krachtiger zijn als zijn programma niet vol stond met discriminerende voorstellen die vooral islamieten treffen. Want hoe hard bestrijd je discriminatie als je discrimineert?

Wilders houdt er een heel bijzondere manier van redeneren op na.“Wij zijn tegen dubbele loyaliteiten en dus tegen dubbele nationaliteiten.”42 heel bijzonder omdat iedereen er meerdere loyaliteiten op na houdt. Zo ben ik loyaal supporter van VVV-Venlo maar heb ik ook een zwak voor bijvoorbeeld Borussia Mönchengladbach. Maar wat nationaliteit met loyaliteit te maken heeft ontgaat mij. Ik heb de Nederlandse nationaliteit maar wat betekent dat voor wat betreft mij loyaliteit? Als de Nederlandse regering in mijn ogen de verkeerde dingen doet, dan zal ik me daar tegen verzetten. En laten we wel wezen, de recent gevallen regering waar Wilders’ PVV onderdeel van uitmaakte, blonk uit in belachelijke uitspraken en verkeerde besluiten. Waaraan ik loyaal ben is mijn keuze en die keuze heeft niets te maken met mijn paspoort.

Oh ja, ook dat nog of nog een keer

Even terug naar het SBS debat voor de verkiezingen van november 2023. De verkiezingen waaraan we het Walking Dead kabinet Schoof met als deelnemer de PVV te danken hebben. Dat kabinet dat al dood was voordat het begon en vervolgens als een zombie begon aan haar ziekmakende werk. In dat debat trad een mevrouw op die naar later bleek een bekende van Wilders was. Die mevrouw had het erg moeilijk en werd door de programmamakers gebruikt om Timmermans, de leider van GroenLinks-PvdA onder druk te zetten. Timmermans begon daar uit te leggen dat het afschaffen van de eigenbijdrage bij de ziektekosten afschaffen niet van vandaag op morgen kon. Maar die mevrouw, zo sprak Wilders, had niet de tijd om te wachten ze had nu dat geld nodig. Helaas voor die mevrouw, bleek Timmermans gelijk te hebben want het levende dode kabinet kwam niet verder dan een halvering van de eigenbijdrage per 2027. Wilders heeft er niet van geleerd want ook nu weer: “schaffen wij het eigen risico volledig af, zodat niemand zorg mijdt door geldzorgen.”43 Ik hoop dat de mevrouw ervan heeft geleerd. Ik vrees echter het ergste. Ik vrees het ergste want de mantra dat ‘de PVV is tegengewerkt’ lijkt het erg goed te doen. Dan toch even. Om tegengewerkt te kunnen worden moet je eerst werken. En dat heeft de PVV niet gedaan.

1 Dit is uw land, pagina 3. Dit is uw land is te vinden via: https://www.pvv.nl/images/2025/PVV_Programma_Digi_2025.pdf

2 Idem, pagina 27

3 Idem, pagina 27

4 Johan Norberg, Peak Human. What we Can Learn from the Rise and Fall of Golden Ages, pagina 288

5 Idem, pagina 337

6 Idem, pagina 305

7 Idem, pagina 305-306

8 Idem, pagina 306-307

9 Dan Jones, De Middeleeuwen. Een Nieuwe Geschiedenis, pagina 102

10Johan Norberg, Peak Human. What we can Learn from the Rise and Fall of Golden Ages, pagina 334-335

11 Auke van der Woud, de steden de mensen. Nederland 1850-1950, pagina 17

12 E.H. Kossmann, De Lage Landen 170/1980. Twee eeuwen Nederland en België, pagina 41-42

13 Auke van der Woud, de steden de mensen. Nederland 1850-1950, pagina 17

14 Ybo Buruma, De onvoltooide rechtsstaat. Tijdgeest en recht 1813-2025, pagina 26

15 Idem, pagina 27

16 Dit is uw land, pagina 6

17 Idem, pagina 6

18 Idem, pagina 8-9

19 Idem, pagina 8

20 Idem, pagina 31

21 Idem, pagina 12

22 Idem, pagina 34

23 Idem, pagina 7

24 Idem, pagina 30

25 Idem, pagina 8

26 Idem, pagina 31

27 Idem, pagina 30

28 Idem, pagina 36

29 Idem, pagina 25

30 Idem, pagina 4

31 Auke van de Woud,De steden de mensen. Nederland 1850-1900 pagina 17

32 Johan Norberg, Peak Human. What we can Learn from the Rise and Fall of Golden Ages,Pagina 339

33 Dit is uw land, pagina 30

34 Idem, pagina 27

35 Idem, pagina 8

36 Idem, pagina 12

37 Idem, pagina 28

38 Idem, pagina 34

39 Idem, pagina 34

40 Idem, pagina 9

41 idem, pagina 28

42 Idem, pagina 8

43 Idem, pagina 17

Uitgelicht

Election Files 9: de BBB folder en werkelijkheid

Na de VVD en de SP is nu het verkiezingsprogramma van de de BBB aan de beurt. In haar programma dat de titel BBB levert draagt, staan vier kernwaarden centraal. De eerste waarde is noaberschap, dat wordt gedefinieerd als: “We zorgen voor elkaar en laten niemand vallen. We bouwen aan gemeenschappen waarin mensen elkaar kennen, steunen en opvangen. Dit betekent dat de overheid terughoudend optreedt. … Wij geloven in de kracht van gemeenschappen van mensen.” De tweede waarde is de gulden regel: “Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. Respect, wederkerigheid en fatsoen zijn vertrekpunten van ons handelen,” aldus de partij. Als derde de waarde authentiek: “Blijf jezelf, doe gewoon, wees positief (het glas is halfvol). Humorvol. Geen arrogantie, geen spatjes.” En als laatste professioneel: Kijk vooruit, naar de lange(re) termijn. Goede stijl & houding. Stel het algemeen belang boven het persoonlijk belang.”1 Zullen we dan maar eens kijken hoe het gedrag van de partij in het verleden en de plannen voor de toekomst zich tot die waarden verhouden? Zoals ik ook bij de vorige twee besprekingen van verkiezingsprogramma’s deed, begin ik met de conclusie.

Als je het programma oppervlakkig leest, dan ontstaat al snel een combinatie van de hits Een eigen huis van René Froger en 15 miljoen mensen van Fluitsma en Van Thijn als beeld. Een prachtig mooi beeld van een gelukkige ‘ik’ en een fantastische ‘wij’. Alleen blijkt die ‘wij’ een exclusief karakter te hebben en veel ‘ikken’ uit te sluiten. Het document staat vol met mooie volzinnen en woordspelingen: “Of je nu in Groningen woont of in Gouda”2; de derde B wordt in een opsomming met de eerste twee vervangen door ‘bedrijven’; en zo moet de Europese samenwerking: “dienstbaar zijn aan burgers, boeren en bedrijven – niet andersom.”3 Een mooie glossy, maar als je de foto’s wat beter bekijkt ­– en in dit geval wat beter leest ­– dan ziet het er een stuk minder uit. “Blijf jezelf, doe gewoon, wees positief (het glas is halfvol). Humorvol. Geen arrogantie, geen spatjes.” zo beschrijft de partij het woord authentiek en noemt dat een van de vier basiswaarden van de partij. Kijk je naar woorden en daden van de BBB, dan is het glas eerder bijna leeg; je mag jezelf blijven en gewoon doen, maar dan wel net zoals ‘ons’, en die ‘ons’ is een behoorlijk exclusief clubje. Als je het niet met dat clubje eens bent, dan ben je al snel een extremist en mag je niet meer meedoen. Erger zelfs, want extremisten mag je aandoen wat je niet wilt dat jezelf geschiedt. Daar verwacht de partij geen terughoudende overheid. De kracht van de gemeenschap lijkt alleen maar gewaardeerd te worden als die gemeenschap wil wat de partij wil. Verder druipt het programma van het eigen gelijk. En ja, spatjes hebben ze ook. Dat zijn dan ook precies de dingen die de BBB wel levert. Veel meer heeft de partij tot op heden niet geleverd en levert ook dit programma niet. Op het voor haar belangrijkste dossier, het agrarische dossier, is de partij verantwoordelijk voor stilstand en ontbreekt het aan dat professionele. Daar regeert de hele korte termijn en wordt het persoonlijke belang van het agro-industrieel complex boven het algemeen belang gesteld.

Eerst een paar ‘voorafjes’. Zaken die ik in mijn reactie op andere partijprogramma’s ook al heb besproken. Het eerste voorafje is minder regels en bureaucratie. “De overheid moet burgers en ondernemers vertrouwen geven om mee te bouwen aan de samenleving en zich beperken tot haar kerntaken, zonder onnodige bureaucratie en controlezucht.” 4 En: “Minder bureaucratie levert meer geld voor de zorg op.” Ik kan me niet voorstellen dat het verminderen van bureaucratie geld oplevert, wel kan het de kosten verlagen. Of – en dat lijkt me in de zorg van belang – tijd vrijmaken van medewerkers die aan de zorg voor mensen kan worden besteed. Of dat zo is, hangt er helemaal vanaf hoe het georganiseerd is. Als er een speciaal iemand is aangenomen voor die bureaucratie, iemand die niet van zorg weet, dan levert het geen extra handen voor zorg op. “We zullen procesmatige barrières en bureaucratie wegnemen om snelle en effectieve innovatie binnen Defensie en de bijbehorende industrie te garanderen.” Een bijzondere redenering. Zou het werkelijk zo zijn dat bureaucratie innovatie belemmert en minder effectief maakt? Dat lijkt mij sterk. En “Minder Bureaucratie, meer vertrouwen.” 5 Minder bureaucratie klinkt aardig, maar dat vraagt, zoals ik bij de bespreking van Sterker uit de storm, het programma van de VVD aangaf, eerst een maatschappelijk debat over risico’s.

Een tweede voorafje naar aanleiding van de eerste zin: “Bij BBB geloven we dat politiek niet moet draaien om macht of ego, maar om dienstbaarheid aan de samenleving.” Woorden die ik heel moeilijk serieus kan nemen met de ontstaansgeschiedenis van de partij in het achterhoofd. Wie de geschiedenis van de BBB bestudeert, komt al vrij snel uit bij ReMarkAble, een agrarisch marketing en communicatiebureau. De Boer Burger Beweging is opgericht door drie medewerkers van dat bureau: Wim Groot Koerkamp, Henk Vermeer en Caroline van de Plas. De laatste twee zitten nu namens de partij in de Tweede Kamer. “Onze vertegenwoordigers opereren vanuit onze kernwaarden; authentiek en professioneel,”6 zo vervolgt het betoog in de tweede zin. Authentiek en marketing communicatie? Ik kan die eerste zin ook niet rijmen met de acties van de leidende figuren van de partij. Kamerleden en ministers van de partij die zo ongeveer iedere dag wel aansluiten in een of andere talkshow en daar veel praten en weinig zeggen. Precies op de manier zoals het programma is geschreven. Of neem de communicatie van de partij op de sociale media. Daarin figureert steeds een partijlid die weer ‘iets belangrijks’ heeft gedaan, bijvoorbeeld een motie waarin de minister van Asiel wordt verzocht: “de mogelijkheden te onderzoeken voor een tijdelijke algehele stop op gezinshereniging van asielzoekers.” Moties die veel lucht – en in dit geval oude gebakken lucht want die vraag is al verschillende keren gesteld – verplaatsen, maar die tot niets leiden. Dit alles geeft toch de indruk het BBB-ego belangrijker is dan de samenleving.

Dat blijkt ook uit de daden van de partij, Behalve moties heeft twee jaar regeringsverantwoordelijkheid van de BBB niets opgeleverd. Op het voor de partij belangrijke landbouwdossier is van vooruitgang geen sprake. “Iedereen moet kunnen doen waar hij of zij goed in is. Een kip legt een ei, een bij maakt honing, maar een kip dwingen om honing te maken, is onhaalbaar en bovendien een slecht idee. Toch is dat precies wat nu dreigt te gebeuren in Nederland. Veel politieke partijen willen de veestapel halveren en boeren gedwongen uitkopen. Hun boodschap aan boeren is: stop ermee, zoek ander werk,” 7 schrijft de partij in haar programma. Er is in Nederland geen enkele partij die de boeren de boodschap geeft om ermee te stoppen. Sterker nog, er is tot nu toe één partij, de SP, zoals we in de bespreking van Nu de mensen – het programma van deze partij zagen, die zelfs betoogt dat er meer boeren nodig zijn. Ja, er zijn partijen die de veestapel willen verkleinen, en met goede redenen. De veestapel levert een grote bijdrage aan de verslechtering van natuur, milieu en waterkwaliteit. Dat is een probleem dat al bijna veertig jaar bekend is, en er is al net zo lang bekend dat het probleem alleen kan worden aangepakt door het aantal dieren af te stemmen op dat wat de grond kan dragen en dat zijn minder dieren. Al net zolang is er een agrarisch industrieel complex dat dit met technische maatregelen en innovatie wil oplossen. En ja, die maatregelen leveren soms wat effect op, maar nooit voldoende om het probleem op te lossen. Dat agro-industrieel complex heeft al veertig jaar een bijzonder sterke lobby. Een lobby waarin ReMarkAble een belangrijke rol speelde, een lobby die zelfs tot een eigen partij heeft geleid. Die lobby zorgt er al veertig jaar voor dat die keuze niet wordt gemaakt, maar dat er voor ‘innovatie’ wordt gekozen. Innovatie die aan de boeren wordt opgedrongen met als enige resultaat dat hun bedrijven en hun schulden bij de bank groter worden en waardoor de handelingsmogelijkheden van de boeren worden beperkt. Wil een boer kiezen voor boeren binnen de grenzen van de natuur, dan is financiering heel lastig te vinden. Het zijn niet: “De stikstofregels, de afbouw van de derogatie, overhaaste klimaatmaatregelen en opeenvolgende“nationale koppen” op Europees beleid,” die, “zorgen voor onzekerheid en wanhoop bij boerengezinnen.” Dat dit hun onzekerheid veroorzaakt, wordt hen door de BBB lobby van het agro-industrieel complex aangepraat. De oorzaak van die onzekerheid is het gebrek aan politieke en bestuurlijke lef waarmee Nederland op dit dossier al veertig jaar kampt. Veertig jaar waarin het probleem werd ontkend, en er geitenpaadjes zoals het Programma Aanpak Stikstof (PAS) werden gezocht. Een aanpak waarmee door kon worden gegaan op de oude voet omdat ‘toekomstige innovatie’ het probleem wel zou oplossen.

En wat zijn de plannen van de BBB op dit gebied? (D)e derogatie (moet) behouden blijven om verantwoord mestgebruik mogelijk te houden en moeten Europese en nationale regels de praktijk ondersteunen in plaats van belemmeren. Hier blijven wij ons sterk voor maken.” Met die derogatie stond de Europese Unie toe dat Nederlandse boerenveel meer mest op hun land mochten uitrijden. Een aanpak met gevolgen voor de waterkwaliteit: “ Het overschot aan stikstof en fosfor in het oppervlaktewater kan leiden tot giftige algenbloei, vissterfte en een afnemende biodiversiteit. De geselecteerde meetlocaties met een voldoende lange meetreeks (145 locaties) laten een langzame verbetering van de waterkwaliteit zien. Het gevoerde mestbeleid heeft dus effect, maar de dalende trends lijken in de meer recentere jaren af te zwakken. In een aantal wateren blijkt uit de trend dat de waterkwaliteit zelfs achteruitgaat en op de helft van de locaties voldoen de concentraties nog niet aan de gestelde doelen,” aldus recent onderzoek. Bijzonder is hierbij dat de twee laatste kabinetten deze lijn ook voerden en daarbij op een keihard NEE stuitten. Niet bepaald professioneel om, met het idee van ‘vooruitkijken naar de lange(re) termijn’, nog een keer hetzelfde doodlopende pad op te gaan. Meer een struisvogelaanpak: kop in het zand en hopen dat het overwaait.

De partij wil de: “Boer aan het roer. Boeren, tuinders, telers en vissers werken al eeuwen met de bodem, dieren, omgeving en natuur. Zij zijn de professionals. De vakkennis van boeren, tuinders, telers en vissers staat daarom centraal.” Dat in de landbouw al eeuwen met bodem, dieren, omgeving en natuur wordt gewerkt is onmiskenbaar. Alleen werkte die boer al die eeuwen op een heel andere manier. Daarvoor even terug naar de boerenprotesten. Nee, niet die van 2019 en 2020, maar die van een kleine vijftig jaar eerder. Want ook begin jaren zeventig van de twintigste eeuw zagen boeren en boerenzoons hun ‘manier van leven’ ophouden. Toen door de schaalvergroting die hen door de overheid werd opgedrongen. Tot die tijd vond landbouw nog redelijk binnen de grenzen van wat het land kon dragen plaats. Redelijk, want er werd wel al landbouwgif en kunstmest gebruikt, echter nog op beperkte schaal. Toen werkte de boer nog met de grond en zijn dieren. Als een boer van toen een schep in de grond van nu zou steken, dan zou hij zich afvragen waar de pieren, torren en andere insecten zijn gebleven. Als een boer van toen door de weilanden van nu zou lopen dan zou hij zich afvragen waar de kievit en de andere weidevogels zijn gebleven. Ook zou hij de verschillende kruiden die door zijn vroegere gras groeiden missen, en zich verbazen over de monotonie van het Engels raaigras. Hij zou schrikken van de grootte van de percelen en de tractoren en andere werktuigen die erover rijden. Hij zou zich afvragen hoe die boer zijn vijfhonderd koeien gemolken krijgt die 5.000 varkens voert of de eieren van die 500.000 kippen raapt. Een tuinder van toen zou zich verbazen over kassen van dertig hectares vol met paprika’s, een gewas dat hij niet kent, en hij zou zich erover verbazen dat die planten niet in de bodem groeiden maar op iets wat men ‘substraat’ noemt. En zo kan ik wel door gaan. Ja, ik vertrouw de boer. Maar een boer is geen chemicus, terwijl er wel met chemische middelen wordt gewerkt. Een boer heeft er geen zicht op wat zijn activiteit voor bijvoorbeeld de waterkwaliteit betekent.

Vertrouwen in de boer is één. Vertrouwen in het agro-industrieel complex is heel wat anders. De BBB heeft alle vertrouwen in de agrarische sector en het agro-industrieel complex. Niet vreemd vanwege haar ontstaansgeschiedenis. De partij zet nog steeds in op: “Innovatie. Innovatie krijgt de ruimte die het verdient, procedures worden aangepast en innovatiemiddelen zo ingericht dat nieuwe vindingen snel juridisch houdbaar toegepast kunnen worden en doelen behaald kunnen worden.”8 Deze weg wordt al veertig jaar lang bewandeld en is tot op heden een ‘road to nowhere’ gebleken – om de titel van een song van de Talking Heads aan te halen. Ze hopen – om een zin uit die song te parafraseren – dat: ‘here is where time is on their side.’ Alleen was de tijd dat de afgelopen veertig jaar niet. Tenminste niet voor de boer, wel voor dat complex. Dat boerde goed, terwijl de boer en de natuur achteruit boerden. Niet bepaald ‘professioneel’ en ook niet erg ‘guldenregelig’. Deze aanpak biedt de samenleving, de natuur maar ook de boeren geen toekomstperspectief. Ze getuigt van weinig respect en wederkerigheid. Genoeg over het voor de BBB belangrijkste punt.

Of eigenlijk toch niet, maar daarover in de volgende alinea meer. “ De basis voor iedereen begint bij een eigen plek onder de zon. Een huis om in te wonen, een buurt om in te leven. Maar voor steeds meer mensen is dat onbereikbaar geworden. Er zijn te weinig woningen en de huizen die er zijn, zijn vaak onbetaalbaar,” 9constateert de partij. Ahh, ‘een eigen huis, een plek onder de zon’. Maar gelukkig is er licht aan het einde van de tunnel: “Na jaren van stilstand komt er eindelijk beweging. In een nationale woningcrisis is nationale sturing nodig. Er staat weer een ministerie dat wonen serieus neemt. Provincies en gemeenten kunnen alleen verder als het Rijk helpt om door te pakken. Met Mona Keijzer als minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening pakt BBB door waar anderen bleven steken. Denk aan tijdelijke doorstroomwoningen voor starters, gescheiden mensen en statushouders. Aan kleine woningen in de achtertuin die families bij elkaar houden” 10 Allemaal mooie plannen… Alhoewel, mooi? Waarom zou je tijdelijke woningen bouwen als je ook permanente kan bouwen? En dat bouwen is een probleem. Achtereenvolgende kabinetten roepen stoer hoeveel woningen ze gaan bouwen en dat worden er steeds meer. Alleen laat de werkelijkheid zien dat er veel minder worden gebouwd dan gepland. Lastige regelgeving en lange procedures worden aangedragen als oorzaak hiervoor. Gelukkig heeft minister Keijzer de commissie STOER in het leven geroepen en die heeft gerapporteerd. Die leverde een rapport vol maatregelen. Als alle maatregelen zouden worden doorgevoerd, dan zou dat best tot snellere procedures kunnen leiden. Alleen komt dat tegen een prijs. Neem de volgende aanbeveling: “geef de behandeling van bezwaren tegen omgevingsvergunningen voor woningbouwprojecten structureel voorrang ten opzichte van andere bezwaarprocedures, zodat de beschikbare capaciteit als eerste wordt benut voor woningbouw en de 12-weken-termijn wordt gehaald.”11 Die voorrang betekent dat uitspraken op andere bezwaarschriften – waarop ook vaak te laat wordt beslist – nog langer op zich laten wachten. Dat zou dan zomaar eens een boer kunnen zijn die bezwaar heeft gemaakt tegen een besluit op zijn vergunningsaanvraag. Wat gij niet wilt…

Terug naar dat ‘eigenlijk niet’. Een belangrijke reden voor het niet snel kunnen bouwen is gelegen in de stikstofproblematiek en dat raakt het voor de BBB belangrijkste punt, de landbouw. Daarover adviseert de commissie het volgende: “Laat de provincies met ondersteuning van het Rijk snel een resultaatgericht plan maken voor forse emissiereductie en natuurherstel van de meest kwetsbare Natura 2000-gebieden. Een dergelijk solide natuurherstelprogramma zal de noodzakelijke ruimte voor het hanteren van een rekenkundige ondergrens van bijvoorbeeld 1 mol/ ha per jaar onderbouwen waardoor een groot deel van de woningbouwprojecten niet meer valt onder de vergunningplicht. De adviesgroep hoopt dat de door de regering voorgenomen rekenkundige ondergrens van 1 mol/ha per jaar juridisch stand houdt. Het zou de woningbouw enorm helpen.” 12Beleid gebaseerd op hoop en het gestuntel en gebrek aan daadkracht met betrekking tot zo’n natuurherstelplan van het kabinet Schoof en minister Wiersma (BBB) in het bijzonder, is schrijnend. Zelfs een ministeriële commissie met twaalf (sic) bewindslieden onder leiding van premier Schoof kwam tot niets. De BBB levert… gebakken lucht, en zelfs die niet; weinig ‘professioneel’.

Waar de BBB wel levert is op een zeer gevaarlijk terrein. De partij staat, zo schrijft ze: “pal voor onze Nederlandse cultuur en westerse waarden. Waarden zoals vrijheid, gelijkwaardigheid, verantwoordelijkheid en respect voor elkaar. Van Koningsdag tot Dodenherdenking, van dialect tot volkslied: onze tradities zijn geen achterhaalde folklore, maar bouwstenen van een gedeelde cultuur. Een cultuur die verbindt en richting geeft.” Nu definieert ze deze begrippen niet, maar als ik BBB levert doorlees, dan krijg ik het gevoel dat de partij met vrijheid en gelijkwaardigheid iets heel anders bedoelt. “Bij een gedeelde cultuur hoort ook gedeelde verantwoordelijkheid. Wie in Nederland wil wonen, hoort mee te doen. Inburgeren, de taal leren, werk zoeken en bijdragen aan de samenleving. Dat is geen keus, maar een voorwaarde. Wie hier wil blijven, moet hier willen zijn – en zich ook zo gedragen. Onze normen en waarden zijn niet onderhandelbaar. Wij zijn gastvrij, maar niet grenzeloos. Wie zich thuis voelt in Nederland, hoort daar ook verantwoordelijkheid bij te nemen.” 13 Het programma maakt niet duidelijk wat dan die normen en waarden zijn maar als je er niet aan voldoet, dan hoor je hier niet thuis. Ik begin me nu zorgen te maken of ik dan nog wel bij de noaberschap hoor. Ik heb niets met Koningsdag en ik hoop dat de voor mij belangrijke traditie van Vastelaovend in Venlo snel ruimte biedt voor een prinses, of dat de functie van vors Joeccius XI toevalt aan een vrouw. Wordt mijn authentieke ik wel op prijs gesteld? De enige voorwaarde waaraan je je moet houden, is de wet- en regelgeving. Die zegt niets over een gedeelde cultuur.

Deze passages zetten een toon in het programma die al snel gevaarlijk wordt. Een paar regels verder is het al zover: “ Tegelijkertijd zien we dat in sommige delen van Nederland spanningen oplopen. De druk op buurten neemt niet alleen toe door fysieke overbevolking, maar ook door botsende normen en waarden. Een kleine, maar radicale minderheid keert zich actief tegen de vrijheden waarop onze samenleving is gebouwd.” En dat gevaar komt uit de hoek van het: “Moslimextremisme, dat niets te maken heeft met de meerderheid van moslims die in vrede leeft, leidt op sommige plekken tot angst, intolerantie en zelfcensuur.” 14 Dat er extremisten onder de moslims zijn, valt niet te ontkennen. Die heb je onder alle gelovigen – en trouwens ook onder ongelovigen. Sterker nog, extremisten die zich actief keren tegen de vrijheden waarop onze samenleving is gebouwd, bezetten op dit moment al veertig Kamerzetels. De PVV met 37 en het FvD met drie zetels. En als ik het programma van de BBB lees, dan zijn het er al 48. Sterker nog, die extremisten zaten in het kabinet. Uitspraken als: “landen als Syrië, Eritrea, Jemen dat zijn wel echt landen die een jodenhaat hebben die tot diep in hun ziel zitten,” van BBB-leider Van der Plas deed in een uitzending van OP1, of: “veel asielmigranten komen uit landen met een islamitisch geloof. We weten dat daar jodenhaat onderdeel is bijna van de cultuur,” zoals toen nog BBB-Kamerlid Keijzer het verwoorde bij Jeroen en Sophie, zijn – behalve bezijden de waarheid – behoorlijk stigmatiserend. Na de rellen rond de wedstrijd tussen AJAX en Maccabi Haifa wist de BBB ook meteen wie de schuldigen waren: “Marokkaanse en Noord-Afrikaanse jongeren met een islamitische achtergrond.” Uitspraken die vloeken met gelijkwaardigheid en respect voor elkaar. Een uitspraak die zij deed voordat de toedracht van de gebeurtenissen goed was onderzocht, en wetende dat de Maccabisupporters zich in de dagen en uren voorafgaand aan de wedstrijd behoorlijk hadden misdragen. Dat stigmatiseren werd eind november 2025 kracht bijgezet toen de partij een discriminerende motie ondersteunde die opriep om: “culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond bij te houden.” Het werd helemaal erg toen de partij willens en wetens instemde met discriminerende wetgeving. Allereerst wilde de partij niet meewerken aan het verplaatsen van de stemming over amendementen bij verschillende gevoelige wetsvoorstellen. Die vond tegelijkertijd plaats met de viering van de afschaffing van de slavernij. De partij die van de cultuur en waarden vond niet dat die viering iets met cultuur en waarden te maken had. De behandeling van de twee asielwetten werd hierdoor een ‘soep zooitje’, omdat een meerderheid, waaronder de BBB, een amendement aannam maar het niet gehandhaafd wilde zien. Als klap op de vuurpijl werd, ook met steun van de BBB, een discriminerend amendement aangenomen bij het Wetsvoorstel versterking regie volkshuisvesting. Een amendement dat, zoals de indiener het schreef: “moet voorkomen dat gemeenten “statushouders” als aanvullende urgentiecategorie kunnen opnemen in hun huisvestingsverordening, alsmede dat gemeenten “statushouders” in urgentiecategorieën kunnen plaatsen via de ruimte die ze hebben om de urgentiecategorieën en de criteria die bepalen wanneer woningzoekenden daaronder vallen, breder op te stellen dan de wet voorschrijft.” Voor de BBB telt iedereen mee: “niemand wordt vergeten.”15 Om Orwell te parafraseren behoren behoren alleen ‘some animals’ tot de naoberschap en die zijn ‘more equal than others’. Die laatste groep kun mag je wel aandoen wat je niet wilt dat jezelf geschied.

Tot zover het verleden. “We geven elkaar eerlijke kansen,” 16schrijft de partij. Als je, zoals we zagen, tot de ‘juiste diersoort’ behoort. Die diersoort moet dan wel gewoon doen, want: “dan doe je al gek genoeg,” aldus de partij om vervolgens te verklaren dat de partij zich zorgen maakt:“over de doorgeschoten symboolpolitiek rond LHBTIQ+ beleid.” En dan constateert dat er: “op veel plekken de regenboogvlag wappert en basisscholen al spreken over genderdysforie (,..) op sommige plekken juist de acceptatie van homoseksualiteit,” daalt. De partij lijkt hier te suggereren dat homo’s veel meer geaccepteerd zouden zijn, als die ‘gekke LHBTIQ+-ers’ nu maar normaal deden. Wat dan normaal doen is, wordt er niet bij gezegd, maar het lijkt erop dat de partij deze mensen oproept om in de kast te blijven. Alsof het toen de kast nog gesloten was wel zo goed was gesteld met de acceptatie. Tot zover gelijkwaardigheid, respect en verantwoordelijkheid voor elkaar. Dit doet me denken aan het Venlose Vastelaovesleedje Minse wiej weej, over cultuur en dialect gesproken. Want: “As alle minse ens ware wie weej, wie weej. … Dan hadste gen gehoedel, dan hadste gen gedoedel, dan goof ’t niks wie ingelkes op aerd. Dan waas d’r gen gerômmel, dan waas d’r gen geknômmel, al strukelt auk waal ens ’t beste paerd.” Helaas een kleine maar, op de plek van de puntjes staat namelijk een cruciale zin: “As alle minse ens ware wie weej meuste zién.”

Niet alleen de vrijheid en gelijkwaardigheid van de LHBTQIA+ mensen komt in gevaar. We lopen allemaal kans op achterstelling: “Er is geen plek aan de beleidstafel voor organisaties die via extremistische uitingen of terreur de agrarische en visserijsector aanvallen. Ook organisaties die dierenextremisten steunen zijn geen gesprekspartner op het ministerie van LVVN. BBB werkt aan een wetsvoorstel om dierenextremisme strenger te kunnen bestraffen.”17 Wie bepaalt wat extremisme en een extremistische uiting is en wanneer er sprake is van terreur? De BBB mag dan wel vinden dat: “Dieren in de veehouderij (…) het in Nederland goed en veel beter (hebben) dan in de meeste andere landen,” en dat: “Aanvullende regels op het gebied van dierwaardigheid,” wat haar betreft niet nodig zijn. Over dat goed kun je van mening verschillen. Met evenveel recht en rede kun je betogen dat de industriële manier van vee houden extreem is en dat er sprake is van terreur op dieren. Dat is een legitieme opvatting. Extreem dat ben je voor de BBB al snel: “ De aanhang van terreurbewegingen zoals Hamas is zichtbaar op onze scholen, in wijken en zelfs op universiteiten.” Dit conflict importeren we: “ Via de asielinstroom en via een gebrek aan duidelijke grenzen … naar onze eigen samenleving.”18 Ja, er wordt geprotesteerd tegen het Israëlische optreden in Gaza en tegen het gebrek aan actie vanuit de Nederlandse regering, een regering waar de BBB deel van is. Dat is echter heel wat anders dan aanhangen van Hamas. De partij lijkt hier haar waanbeelden te projecteren op een grote groep mensen die terecht veel meer aandacht en actie vragen om het lijden in Gaza te voorkomen. Wat er in Gaza gebeurt is geen ramp, het is een door mensen georganiseerd drama waarvoor Israël verantwoordelijk is. Een opvatting die net zo goed een plek heeft aan de beleidstafels als de opvatting van de BBB. Een niet erg professionele aanpak die getuigt van weinig naoberschap en die conflicteert met de gulden regel.

Volgende groep waarvoor andere regels gaan gelden:“Neutraliteit. NVWA-medewerkers zijn net als alle andere Rijksambtenaren neutraal en onthouden zich van politiek gekleurde uitingen.”19 Rijksambtenaren zijn gewoon burger van Nederland met dezelfde rechten en plichten. Iedere burger van dit land heeft het recht om zich met de politiek te bemoeien. Dit voorstel getuigt van angst. Alleen politici en bestuurders die bang zijn, willen anderen de mond snoeren. Een krachtig bestuurder weet uit te leggen waarom een ambtelijk advies niet wordt gevolgd. Een open debat komt de besluitvorming alleen maar ten goede. Niet erg professioneel en het conflicteert met de gulden regel.

Een volgende bijzondere punt: “De afweging van belangen bij politieke besluitvorming hoort primair bij de volksvertegenwoordiging. Het ondermijnen van democratische besluiten via de rechter tast het draagvlak en vertrouwen in de democratie aan.” Daarom wil de BBB de wet: “wijzigen zodat alleen direct belanghebbenden in recht kunnen opkomen tegen overheidsbesluiten.”20 Nu is het al zo dat alleen belanghebbenden het recht hebben om op te komen tegen overheidsbesluiten. Als de overheid iemand in Groningen vergunning verleent voor het verbouwen van het huis, dan kan ik vanuit Venlo geen bezwaar maken. Dat kunnen alleen de mensen in de directe omgeving. Wat de partij hier voorstelt is dat actiegroepen die zich inzetten voor het behoud van dieren, de natuur of het milieu geen bezwaar meer kunnen maken.

Het gaat nog verder. De partij beschuldigt het hoogste college van staat, de Raad van Staten ervan dat het politiek gekleurd adviseert. Daarom moet “het benoemingsproces voor staatsraden bij de afdeling Advisering van de Raad van State,” worden herijkt. Daardoor moet: “de politieke kleuring van dit orgaan sterk (worden)verminder(d). En waarom moet dat gebeuren? Omdat: “de Raad van State onvoldoende werkt als het juridische slot op de deur.” Dit is nu onvoldoende, zo betoogt de partij, want: “ Het kan niet zo zijn dat de hoogste Nederlandse rechter eerst allerlei activiteiten vergunningvrij verklaart, om vijf jaar later te bepalen dat voor diezelfde activiteiten met terugwerkende kracht toch een vergunning nodig is.” 21 Hier verwijst de partij naar de uitspraak van de rechter met betrekking tot de PAS systematiek. De partij vergeet dat het niet de rechter, maar de regering was die activiteiten vergunningsvrij verklaarde en daar door de rechter op werd teruggefloten. En dat was volgens de partij niet de eerste keer dat de raad niet goed werkte als juridisch slot. De andere keer was, zo betoogt de partij, de toeslagenaffaire. Een bijzonder verwijt, omdat het juist een uitspraak van de Raad van State was die de fraude-aanpak verbood na er eerder mee te hebben ingestemd. Het is juist eigen aan een rechtsstaat dat ook de hoogste rechter van oordeel kan veranderen. Of mag dat alleen als het in het straatje van de BBB past?

Door naar een ander onderwerp, de wetenschap. “Nederland kent een rijke traditie van wetenschappelijk onderzoek en innovatie. BBB staat pal voor academische vrijheid, maar ziet ook dat wetenschap steeds verder wordt losgezongen van de praktijk. Voor BBB geldt: wetenschap moet bijdragen aan de samenleving, aan onze kennispositie én aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken. Dat vraagt om ruimte voor toegepast onderzoek, vakgericht onderwijs en samenwerking met het midden- en kleinbedrijf, zorg, landbouw en industrie.”22 Een ‘maar’ in een zin betekent dat wat na die ‘maar’ komt ontkracht en dat is ook hier het geval. De BBB is niet voor wetenschappelijke vrijheid. De BBB wil uitvinders die problemen oplossen. Die zijn ook belangrijk maar dat is geen wetenschap.

Volgens de partij is: “betrouwbare wetenschap … belangrijk voor een samenleving waarin mensen zich thuis voelen, zich ontwikkelen en bijdragen aan hun omgeving.” Een bijzondere uitspraak omdat deze suggereert dat er ook onbetrouwbare wetenschap is. Het programma geeft een hint waar we die ‘ onbetrouwbare wetenschap’ moeten zoeken. De partij betoogt dat: “onze kracht (niet) ligt (in) modellen op papieren realiteiten.” Die kracht ligt in mensen – in hun arbeid, hun ondernemerschap, hun tradities en hun omgeving.”23 Daarom zijn: “Cijfers op papier ontleend aan de modellen werkelijkheid zijn niet leidend.”24 En zijn: “ Modellen zijn geen werkelijkheid.”25 Nu lijkt het mij sterk dat er ooit iemand heeft beweert dat een model de werkelijkheid is. De kracht van de wetenschap zit hem nu juist wel in het gebruik van modellen. Een model beoogt een theoretische en schematische weergave van de werkelijkheid te zijn, bedoeld om die werkelijkheid beter te begrijpen en om onzekerheden weg te nemen. Vooral in de sociale wetenschappen, die gaan over de mensen, hun omgeving en hun handelen, zijn modellen complex en kennen ze twee problemen. Als eerste beïnvloeden ze onze kijk op de werkelijkheid. We kijken met de bril van het model en zien alles volgens dat model. We zien niet de werkelijkheid, maar het door het model opgelegd beeld van die werkelijkheid. Pas als de signalen die niet in het model passen zo overvloedig zijn, dan pas stellen we het model ter discussie. Het tweede probleem is dat modellen de werkelijkheid kunnen beïnvloeden. Als we een model hanteren dat de mens als een homo-economicus ziet, dan zal een groot deel van de mensen zich na verloop van tijd ook als zodanig gaan gedragen. Zonder modellen is het echter lastig wetenschap te bedrijven, want wetenschap begint bij een theorie: een weergave van de werkelijkheid. De kracht van de wetenschap en dus de menselijke ontwikkeling ligt nu juist wel in modellen. Modellen helpen bij het ‘vooruit kijken naar de lange(re) termijn’.

BBB staat pal voor de vrijheid van onderwijs, zoals vastgelegd in artikel 23 van de Grondwet. Scholen mogen niet de ruimte krijgen om antidemocratische of haatdragende denkbeelden te verspreiden. De overheid moet deze vrijheid beschermen en bewaken. De komende tijd wordt bezien of dit binnen de grenzen van artikel 23 kan. Indien dat niet zo blijkt te zijn, staat BBB open voor aanpassing om te voorkomen dat deze vrijheid onbedoeld bijdraagt aan radicalisering.”26 En waaraan denkt de partij dan? “Met het oog op de grote problemen bij islamitische scholen vanwege gebrekkige integratie, buitenlandse invloeden, onderwijskwaliteit, radicalisering en anti westerse opvattingen moet er een stop komen op nieuwe islamitische scholen.” 27 Maar beste BBB, die stop kan er alleen komen als dat artikel 23 op de helling gaat. Want als u wilt dat er geen nieuwe islamitische scholen meer mogen komen, dan geldt dat ook voor christelijke, katholieke en joods. Dat is de guldenregel – of beter gezegd – dat is gelijkheid voor de wet.

Er is, zoals ook bij de bespreking van de programma’s van de VVD en SP , nog veel meer te zeggen en vinden van de maatregelen in het programma. Maar ik laat het hierbij. Ik hoop dat ik inzichtelijk heb kunnen maken dat het hebben van kernwaarden moet blijken uit je handelen. Bij de BBB lijken de kernwaarden eerder een marketing truc. Een truc die werkt als je het programma oppervlakkig leest en vooral het handelen buiten beschouwing laat. Dan ontstaat er een prachtig beeld. Dat kun je wel over laten aan eventueel AI gebruikende reclamemensen. Helaas blijkt het product na een goede bestudering niet te voldoen aan de beschrijving in de reclamefolder.

1BBB levert, pagina 6

2BBB levert, pagina 6

3Idem, pagina 9

4Idem, Pagina 42

5Idem, pagina 123

6Idem, pagina 5

7Idem, pagina 10

8Idem, pagina 34

9Idem, pagina 7

10Idem, pagina 42

11Woningbouw sneller meer goedkoper, pagina 100

12Idem, pagina 63

13Idem, pagina 8

14Idem,, pagina 8

15Idem, pagina 17

16Idem, pagina 20

17Idem, pagina 34

18Idem pagina 8

19Idem, pagina 35

20Idem, pagina 93

21Idem, pagina 38

22Idem pagina 102

23Idem, pagina 102

24Idem, pagina 47

25Idem, pagina120

26Idem, pagina 104

27Idem, pagina 54

Uitgelicht

Opzettelijke onwetendheid

“De geschiedenis vraagt om eerlijk onderzoek, niet om ideologische uitwissing.” Met die woorden eindigt een bericht op LinkedIn van Eddy Boevink. Boevink schrijft over de al meer dan honderd jaar durende strijd in wat in 1922 het mandaatgebied Palestina werd. Inderdaad vraagt de geschiedenis om eerlijk onderzoek en daar schort in Boevinks bericht het een en ander aan. Daaraan en aan zijn manier van redeneren.

Bron: Wikipedia

“De slogan “Israël is een koloniaal project” is niet alleen verkeerd, het is ook opzettelijke onwetendheid.” met die woorden begint Het is geen koloniaal project want: “ Het land ten westen van de Jordaan, met inbegrip van Jeruzalem, is niet een recente prijs die met geweld is ingenomen. Het is het 4.000 jaar oude thuisland van het Joodse volk. Archeologie, geschriften en ononderbroken aanwezigheid onder elk rijk bewijzen het. Jeruzalem wordt meer dan 600 keer genoemd in de Hebreeuwse Bijbel en vormt al millennia lang het hart van het Joodse gebed.” Jeruzalem wordt in de bijbel genoemd en er is inderdaad bewijsmateriaal dat duidt op joodse aanwezigheid. En ja, er hebben altijd joden gewoond. Er hebben echter ook andere volkeren gewoond. Gewoond voordat er sprake was van joden zoals de nafutische cultuur, tijdens de hoogtijdagen van de joodse beschaving aldaar zoals de Filistijnen, en het verval van de joodse beschaving woonden er ook diverse volkeren met diverse religies. Boevink pint een moment in de geschiedenis vast en maakt dat tot de maat der dingen. Met evenveel recht en reden zou je een ander moment tot maat der dingen kunnen maken waar weer andere groepen hun claim aan hangen. Jeruzalem wordt ook zeer vaak in Romeinse geschriften genoemd dus zouden ook de Romeinen het gebied kunnen claimen als hunne Of Egyptenaren, de Irakezen als opvolgers van de Babyloniers, de Syriers als opvolgers van de Assyriers en Iran als opvolger van het Perzische rijk. Bovendien maakt die bijbel er ook gewag van dat de Israëlieten na een tocht van veertig jaar door de woestijn het land van Kanaän binnentrokken. Dat zou betekenen dat hun ‘thuisland’ elders was. Er is meer bijzonder aan Boevinks bericht.

Hij vervolgt met “Kolonialisme betekent een buitenlandse mogendheid zonder voorafgaande verbinding die land inneemt. De Joodse terugkeer naar Israël was geen kolonisatie – het was de thuiskomst van een inheems volk dat eeuwenlang verbannen en vervolgd werd.” Over dat ‘inheemse’ heb ik het al gehad. Nu het koloniale aspect. Zo’n vierhonderd jaar geleden vertrokken er schepen vanuit Hollandse havens naar Zuidelijk Afrika. Daar stichtten zij koloniën. Maar, Holland is hun oude thuisland dus zij hebben het recht om de boel hier over te komen nemen. Als zij dat doen is er geen sprake van kolonialisme. Zo’n 5.500 jaar geleden trok het Janma volk vanuit de zuidelijk Centraal Azië Europa binnen. Hoe vreedzaam of gewelddadig dit is gebeurd, weten we niet. Wel bleef er van de hier wonende agrarische samenlevingen niet veel meer over. Meest waarschijnlijke scenario is dat de pestbacterie die de Jamna meebrachten, voor de hier wonenden nieuw was. Wij zijn de verre nazaten van de Jamna. Zuidelijk Rusland en westelijk Kazachstan is ons oude thuisland daar kunnen we dus zo weer naar toe trekken en de boel overnemen. Dat zou geen kolonialisme zijn. Zo’n 70.000 jaar geleden begonnen onze verre voorouders met hun trek ‘out of Africa’. Afrika is ons oude thuisland en dat geeft ons het recht naar Afrika terug te gaan en de boel daar over te nemen. Volgens die redenering kan Afrika niet gekoloniseerd worden omdat het de bakermat is van de Homo Sapiens, ons soort mensen. Klinkt dat belachelijk in de oren? Dat is precies de redenering die Boevink hanteert.

Er is sprake van kolonialisme als de ene groep de andere overheerst en het recht claimt om exclusieve soevereiniteit uit te oefenen over de tweede groep. De koloniserende groep komt daarbij uit den vreemde. De joden die vanaf het begin van de twintigste eeuw naar Palestina trokken, kwamen vanuit den vreemde. Ze kwamen niet thuis. Het was niet zo dat de joden wiens families al eeuwen in Palestina woonden, stonden te juichen met de komst van deze kolonisten. Ook zij maakten zich grote zorgen over het koloniaal gedrag van de nieuwkomers. Ze kwamen en begonnen vanaf het begin een eigen bestuur te vormen. Ze segregeerden zich van lokale bevolking. Ze segregeerden zich en namen steeds meer plek in. Hierbij kregen ze de hulp van de Britten, de gezaghebbers in mandaatgebied Palestina. Want die hadden zichzelf de opdracht gegeven om daar een thuisland voor joden te creëren. Met daarbij de aantekening dat dit geen afbreuk mocht doen: “ aan de rechten en de positie van andere bevolkingsgroepen,” aldus het mandaatverdrag van 19221 Die afbreuk zat echter al in het verdrag want aan de joodse migranten werden rechten toegekend die de er al wonende mensen niet kregen. Toen de Britten zich terugtrokken, namen de kolonisten nog meer land in. Daarbij maakten ze gebruik van taktieken die vergelijkbaar zijn met hetgeen Hamas in oktober 2023 deed. Het land innemen zet zich nog steeds voort en het zou mij niets verbazen als dat koloniseren zich in de toekomst ook richting Syrië gaat uitbreiden. Koloniseren en kolonialisme is daarmee een goede beschrijving van wat er gebeurde en gebeurt.

Boevink vervolgt: “Ondertussen ontstond het idee van een duidelijke “Palestijnse” nationale identiteit pas in de 20e eeuw, na de val van het Ottomaanse Rijk.” Is een nationaliteit dan alleen een nationaliteit als ze van voor 1900 is? Natiestaat en nationaliteit is sowieso niet veel ouder dan van het midden van de negentiende eeuw. Dat het Palestijns nationalisme pas in de twintigste eeuw opkwam, ligt er vooral aan omdat het werd opgeroepen door het zionisme. Door joodse migranten die Palestijns land claimden en bezetten. Het Palestijns nationalisme is een antwoord hierop. Vóór de joodse migratie was er geen reden om je specifiek ‘Palestijns’ te noemen, der was niemand die zich met een ‘ nationaliteit’ definieerde.

Boevink: “Toen de Britten in 1922 het Palestijnse Mandaat splitsten, kregen de Arabieren 80% (Transjordanië) en bleven de Joden achter met een stukje van hun thuisland.” Toen de Britten hun mandaatgebied in tweeën splitsten was 11% van de bevolking van nieuwe mandaatgebied Palestina, joods. Daarvan was, om die moderne termen te gebruiken, ongeveer de helft autochtoon en die zagen de komst van de joodse allochtonen niet zo zitten. Die autochtonen leefden al eeuwen lang vreedzaam samen met hun christelijke en islamitische buren. De Britten splitsten dat gebied niet om een deel aan de Arabieren te geven (Transjordanië) en het andere deel aan de joden (Palestina). Ze splitsen het om te voorkomen dat er overal in het hele gebied problemen ontstonden vanwege koloniserende joden. Die komst van joodse migranten leidde tot veel onrust. De eerste rellen met doden vielen al in 1921. En die onrust kostte de Britten veel (militaire) kruim en als die onrust zich over het hele gebied zou verspreiden, dan was de chaos compleet. Bij het splitsen werd joodse migratie naar Transjordanië verboden.

Hij gaat verder: “Tegen 1948 controleerden Arabische staten meer dan 5 miljoen vierkante mijl; Het aandeel van Israël was klein. Maar binnen enkele uren na zijn onafhankelijkheid werd het binnengevallen door vijf Arabische legers, niet om een Palestijnse staat te creëren, maar om een Joodse staat uit te wissen.” Vijf Arabische legers die binnenvielen is bezijden de waarheid. Vijf Arabische landen verklaarden de oorlog. Dan even de feiten: “Ondanks het breed levend beeld van het Israëlische leger dat in het niet viel bij de zeven binnenvallende legers, weten we dat Israël in 1948 in werkelijkheid meer manschappen en meer wapens had dan zijn tegenstanders. Er waren in 1948 maar vijf reguliere Arabische militaire machten op de been, aangezien Saudi-Arabië en Jemen geen noemenswaardig leger hadden. Vier van die legers trokken het Mandaat Palestina binnen (het minuscule Libanese leger is nooit de grens over gegaan) en twee daarvan, het Arabische Legioen van Jordanië en de Irakese strijdkrachten, hadden van hun Britse bondgenoten het verbod gekregen om de grenzen van de gebieden die door de opdeling aan de joodse staat waren toegewezen, te overschrijden en voerden dan ook geen invasie in Israël uit.” 2

Wat Boevink ook vergeet is dat de Palestijnse bevolking geen noemenswaardige wapens had, geen leger en geen leiderschap. Dat was hun uitgangspunt op het moment dat de Britten zich terugtrokken. Zij hadden geen wapens, leger en leiderschap omdat zij twaalf jaar eerder in opstand waren gekomen tegen de toenemende joodse migratie en de verkoop van grond aan joden. Bovendien wilden zij een representatieve regering. En niet eentje waarin zij, een meerderheid van de bevolking, in de minderheid waren en het joodse deel oververtegenwoordigd. Die opstand begon in Jaffa en Nabloes met een algemene staking Die staking liep uit in gewelddadigheden en een opstand toen de Britse politie het vuur opende op de protesterende Arabieren. Dit groeide uit tot een Palestijnse opstand die drie jaar duurde.

Bij het neerslaan van die opstand maakten de Britten gebruik van de door hen getrainde en bewapende Haganah, een strijdgroep bestaande uit joodse kolonisten waaruit later het IDF is gegroeid. De manier waarop Israël nu in Gaza en eigenlijk al jaren tegen de Palestijnen optreedt, is een voortzetting van de manier waarop de Britten met verzet van Arabische kant in Palestina omgingen: collectief straffen. Collectief straffen door het opleggen van boetes, het in bezit nemen van vee, het vernielen van huizen en soms hele dorpen en het detineren van groepen in concentratiekampen, die vervolgens de kans liepen om gemarteld en gedood te worden. Zo werden na de Arabische opstand onder andere 5.000 huizen vernietigend, 150 Arabische leiders ter dood veroordeeld en andere leiders verbannen. Resultaat van de opstand was dat de Arabieren zonder leiders zaten en door de Britten werden ontwapend. Dit terwijl de Britten veiligheidsafspraken maakten met het joodse leiderschap, dit van wapens voorzag en een deel van de kosten ervan voor haar rekening nam. En net zoals nu was een veelvoud van de doden en gewonden Arabier. Nog geen 600 doden aan Britse en joodse kant tegen ongeveer 5.000 aan Arabische kant. Wrang voor de Britten is dat de kolonisten het geleerde en de wapens in de jaren voor 1948 tegen hen inzette. Een voorbeeld daarvan is de bomaanslag op het King Davidhotel.

Boevink is nog niet aan het einde van zijn betoog: “Palestijnse vluchtelingen zijn 75+ jaar lang opzettelijk staatloos gehouden door Arabische regeringen om hun lijden tegen Israël te bewapenen, terwijl Israël 850.000 Joodse vluchtelingen absorbeerde die uit Arabische landen waren verdreven in een van de grootste vluchtelingenintegraties in de moderne geschiedenis.” Die vluchtelingen zijn niet stateloos omdat de Arabische regeringen hen zo houden om dat als wapen tegen Israël te gebruiken. Ze zijn stateloos omdat hun land, die Palestijnse staat die in 1948 tegelijk met die joodse zou moeten ontstaan er toen niet kwam, nu nog steeds niet is en er, als het aan de huidige Israëlische regering ligt, nooit komt. Zij leefden tot 1948 onder mandaat van de VN die hen een staat beloofde. Het zijn trouwens niet alleen vluchtelingen die stateloos zijn. Alle Palestijnen in Gaza en op de Westoever zijn stateloos. Ook de Palestijnen die nog het geluk hebben dat ze in het huis wonen dat hun familie als sinds generaties in bezit heeft. Al die mensen zijn stateloos.

Om Boevink te parafraseren: dit zijn de feiten. Feiten die in 2025: “met toegang tot eindeloze geloofwaardige bronnen,” zijn te achterhalen. En inderdaad: “is onwetendheid een keuze.” Ook voor Boevink.

1Zie hiervoor artikel 6 van van het Mandaatverdrag.

2Rashid Khalidi, De honderdjarige oorlog tegen Palestina. Een geschiedenis van kolonialisme en verzet, pagina 105

Uitgelicht

In defence of facts

Op 10 augustus 2025 doodde een Israëlische raket een vijftal journalisten waaronder Anas al-Sharif. Al-Sharif werd door veel Palestijnen gezien als de man die hun volk een stem gaf. In een artikel bij de Correspondent concludeert Rinke Verkerk: “ de manier waarop de westerse media verslag doen van de slachtpartij en deze wordt geadresseerd (of beter gezegd: niet geadresseerd) door westerse politici grenst aan medeplichtigheid. Als het niet al medeplichtigheid ís.” Met daarbij een link naar de berichtgeving in de verschillende media. De beschuldiging aan het adres van westerse politici laat ik passeren. Dat is een ander verhaal. Het is nogal een beschuldiging aan het adres van verschillende media. Is die terecht?

“De meeste journalistieke organisaties vermelden erbij dat Israël de claim dat Anas al-Sharif een Hamas-strijder zou zijn niet kan bewijzen. Maar als Israël geen bewijs heeft, waarom zou je zo’n ongefundeerde beschuldiging dan opschrijven?” Dat vraagt Verkerk zich af. Want op dat moment is: “Het kwaad (…) al geschied: Al-Sharif is verdacht gemaakt.” En dan zo vervolgt Verkerk: “ gaat de discussie over de verdachtmaking – niet over wat Israël doet en welke consequenties daaraan verbonden moeten worden. De journalistiek recyclet door Israël voorgekauwde leugens, verpakt ze als nieuws, en pleegt na de moord door Israël nog een karaktermoord op eigen collega’s. Ze helpt de dader, gooit het slachtoffer voor de bus.” In het artikel heeft ze links opgenomen naar berichten die bij verschillende media verschenen.

Om te beoordelen of Verkerk een terecht punt maakt, moeten we die berichten bekijken. Wat zien we in die berichten? We zien een opsomming van feiten. We lezen het feit dat de man en zijn collega’s dood zijn. We lezen het feit dat dit werd veroorzaakt door een Israëlische raket. We lezen het feit dat Israël erkent dat de man een doelwit was. We lezen het feit dat Israël beweert dat de man een Hamasstrijder was. We lezen het feit dat er geen bewijs is geleverd voor die beschuldiging. En we lezen het feit dat de Palestijnen Al-Sharif als de vertolker van hun stem zagen. Een opsomming van feiten. Feiten waaruit een goede lezer al kan opmaken dat de Israëlische verdachtmakingen aan het adres van Al-Sharif, niet gefundeerd zijn.

Ik kan heel goed begrijpen dat iemand boos is of meer dan dat over de gruwelijke moord op deze journalisten en in het verlengde en misschien nog wel meer over het Israëlische optreden tegen Palestijnen. Dat iemand dat genocidaal vindt en noemt. Dat kan ik me heel goed voorstellen want ik ben daar ook boos en meer dan dat over. Net zoals ik boos ben op de slappe houding van onze regering, de reacties van veel politieke partijen en dat er altijd eerst wordt gezocht of er toch enige waarheid in de Israëlische claim zit. Dat iemand zich ergert aan praatprogramma’s waarin we tegenwoordig verzuipen en waar nitwits als Jack van Gelder, Johan Derksen en Gerard Joling als ‘kenners’ worden gepresenteerd en de presentatoren zich voordoen als journalist. Maar dan boos worden op de feitelijke berichtgeving dat gaat mij te ver.

Feitelijke berichtgeving is de basis van een gesprek of discussie. Dat zou het tenminste moeten zijn want in die praatprogramma’s zijn de feiten vaak ver te zoeken. Door die programma’s wordt de mening van ‘Van Gelder’ als een feit gezien. Op de sociale media, in mijn geval alleen LinkedIn, zie ik heel vaak soortgelijke kritiek op feitelijke berichtgeving voorbij komen. Die kritiek komt van alle kanten. Dergelijke kritiek is, en dat is mijn mening, schadelijk want die zorgt ervoor dat feiten ‘ook maar een mening’ worden en we nooit tot een goed gesprek kunnen komen omdat de feitelijke basis ontbreekt. Dergelijke kritiek is zeker schadelijk als die wordt geleverd door een journalist zoals Verkerk.

Dat de discussie na de feitelijke berichtgeving vooral over de verdachtmaking gaat, is iets anders. Dat wijten aan een feitelijk bericht is niet juist. Veel interessanter dan deze media te verwijten dat de discussie over de verdachtmaking gaat, is te onderzoeken hoe het komt dat de discussie daar over gaat en niet over wat Israël heeft gedaan en waar dat toe zou moeten leiden. Want dat is een patroon en het is interessant om te weten waar dat patroon vandaan komt.