Naar de bron

“Occupy heeft inderdaad niet de neoliberale wereldorde omver geworpen, maar Bernie Sanders, Syriza, Jeremy Corbyn en Podemos zijn ondenkbaar zonder het voorwerk van Occupy.” Dit schrijft Hassan Bahara in de Volkskrant bij zijn bespreking van het boekje Ik kom in opstand van Eva Rovers. Volgens Bahara, ik heb het boekje nog niet gelezen,  handelt het boek over de kracht, of eigenlijk de zwakte, van opstanden via sociale media. Bij deze ‘digitale opstanden’ ontbreekt de onderlinge verbondenheid die, volgens Rovers, nodig is voor succesvolle sociale veranderingen. Rovers onderbouwt haar betoog met het Occupy voorbeeld, de Egyptische opstand tegen Mubarak en Black Lives Matter. Bij Occupy en Black Lives Matter vindt Bahara de voorbeelden van Rovers niet overtuigend.

bronFoto: Woon & Leven

Of de voorbeelden het betoog van Rovers versterken, kan ik niet beoordelen, ik heb haar boek niet gelezen. Dat weerhoudt mij niet om kanttekenen bij de redeneringen van Bahara te plaatsen. Zou Syriza in Griekenland er werkelijk niet zijn geweest zonder Occupy? Dat zou betekenen dat Syriza haar visie op de wereld aan Occupy te danken heeft, dat Sanders, Corbyn en Podemos putten uit het gedachtegoed van Occupy. Dat zou betekenen dat het denken ingrijpend is gewijzigd door Occupy en dat Occupy een nieuwe visie op de wereld heeft geformuleerd.

Een vreemde gedacht omdat diverse auteurs de ‘Occupy’ boodschap al vóór 2011 brachten. Neem John Cassidy en Wat als de markt faalt” uit 2009, Benjamin Barber en zijn Cunsumed uit 2007, Naomi Klein in No Logo uit 1999 en Hans Achterhuis en zijn Het rijk van de schaarste uit 1988 om er slechts een paar te noemen. Een oude boodschap trouwens, in de negentiende eeuw bracht Karl Marx deze al. Trouwens niet alleen ‘schrijvers’, ook demonstranten zoals de Indignados in Spanje vlak voor het eerste Occupy tentenkamp op Wallstreet of bij de diverse bijeenkomsten van de Wereld Handelsorganisatie zoals in 1999.

Zou het kunnen dat Occupy niet de bron is maar dat het uit dezelfde bron put als Corbyn, Sanders, Syriza en Podemos?

En ’t werd zomer

“De overheid als grote herverdeler, als bezorger van banen en een basisinkomen. Een overheid die ondernemers hun winsten afroomt en verwacht dat zij risico’s voor lief nemen. Een droomwereld waar de overheid zorgt en regelt, waar nivelleren een nationale feestdag heeft en waar kleinschalige landbouw 7 miljard mensen voedt.”  Dat is het grote ‘linkse’ wensdenken volgens Roderick Veelo in zijn column op RTL Z.

Zwaluw.jpgFoto: zoom.nl

In die column verwijt hij ‘links’ dat het onmogelijke zaken belooft, dat weet en eenmaal aan de macht deze beloften moet breken dus liegt. Hij vraagt zich af waarom het vertrouwen van links in de overheid nog fier overeind staat na alle ellende die de overheid heeft veroorzaakt. Want de crisis is immers een gevolg van het beleid van de Amerikaanse regering dat iedere Amerikaan een eigen huis zou moeten bezitten, aldus Veelo. Dit heeft immers tot al die rommelhypotheken geleid. Is het beloven van zaken die niet waar worden gemaakt alleen iets van ‘links’ of is dit eigen aan de politiek?

Ja, inderdaad heeft overheidsbeleid in Amerika de weg vrijgemaakt voor rommelhypotheken die uiteindelijk tot de financiële en economische crisis hebben geleid. Alleen, zouden daar niet wat stappen tussen zitten? Was dat beleid niet gebaseerd op het ‘rechtse’ neoliberale vrije-markt-utopisme? Het absolute vertrouwen in de vrije markt en het absolute wantrouwen in de overheid? Leidde dit beleid er niet toe dat de overheid de rol van toezichthouder op de markt slechts zeer beperkt invulde? En bood dat de banken en financieel dienstverleners niet de mogelijkheid om veel verder te gaan in het verlenen van kredieten dan goed voor hen en voor de kredietontvangers was?

Kwam deze crisis niet van ‘rechts’? En is dat ‘rechtse’ neoliberale vrije-markt-utopisme niet nog steeds dominant in politiek en bedrijfsleven? Heeft het niet werkelijke hervormingen weten tegen te houden?

Liet de periode tussen 1945 en pak weg 1970 zien wat een actieve overheid kon bereiken: welvaartsgroei voor iedereen bij een beperkte inkomens- en vermogensongelijkheid, welvaarts- en economische groei, innovatie gebaseerd op overheidsinvesteringen? Zou het ‘linkse’ vertrouwen in de overheid hierop gebaseerd zijn?

Inderdaad kon het Griekse Syriza haar belofte niet waarmaken, het strijden tegen een ‘rechtse’ neoliberale overmacht. ‘Een zwaluw maakt nog geen zomer,’ luidt het spreekwoord. Wat als Syriza de eerste zwaluw is? Inmiddels is er Podemos in Spanje doet Jesse Klaver het goed in Nederland, hebben we Corbyn in Engeland en Sanders in de VS. Zou het toch zomer worden?

Zoek eigen wind

In zijn wekelijkse column in De Volkskrant geeft Martin Sommer zijn analyse van de problemen van de traditionele politieke partijen. Deze partijen richten zich, op wat Sommer de ‘normale’ kiezer noemt. Deze kiezer bevindt zich op de mediaan van een normaalverdeling: “De mediaan heeft aan zijn linkerkant precies evenveel mensen als aan zijn rechterkant.   Maar de ‘normale’ kiezer bestaat niet meer volgens Sommer. Die is gespleten: “Jan Normaal is gescheurd langs de lijn tussen hoger en lager opgeleiden. Ze verdienen dus ongeveer hetzelfde, maar hoogopgeleid kiest voor 15 procent PVV, terwijl dat bij lager opgeleid 35 procent is. Bij de laatste groep staat de SP op de tweede plaats, maar die partij komt niet verder dan 12 procent. De Partij van de Arbeid vist overigens bij beide groepen achter het net met 5 procent.”

zijlenFoto: www.clubracer.be

Een interessante analyse. Bij De Correspondent geeft Rob Wijnberg een even interessante analyse van de Amerikaanse situatie. Volgens die analyse heeft met name het gedrag van de republikeinen ervoor gezorgd dat de partij feitelijk niet meer bestaat. Door hun keuze om de democratische president Obama tegen te werken en tegen bijna alle voorstellen van de democraten te stemmen, is de positie van de republikeinen extreem ideologisch geworden. En ideologie met pragmatisme beantwoorden, zoals Obama en de democraten tot nu toe probeerden, werkte niet. Daarom doet nu de ideologische Bernie Sanders het goed, aldus Wijnberg.

Voor de Nederlandse situatie schetst Sommer een beeld van partijen die naar een midden (‘normaal’) zoeken dat niet meer bestaat. Voor de VS schetst Wijnberg een beeld van politici en in hun kielzog partijen, die ideologisch extreme posities innemen. Verschillende analyses voor verschillende landen, maar wel eenzelfde resultaat. Politici als Wilders, maar ook Le Pen en Trump die zich extreem uiten, trekken veel volk. En ‘gematigde’ politici die zich aanpassen om als ‘light’ versie het extreme voorbeeld, de wind uit de zeilen te nemen en kiezers terug te winnen. Zou dat aanpassen niet de oorzaak van de misere van onze traditionele partijen kunnen verklaren? Leg je het als ‘aanpasser’ niet altijd af tegen de geloofwaardigheid van het origineel?

Kan een politicus of een partij niet beter een eigen ideologisch profiel opbouwen? Ervoor zorgen dat de partij of politicus het eigen geloofwaardige ‘orgineel’ is, in plaats van een afgeleide ‘light’ versie? Zou dat de oorzaak kunnen zijn van het succes van Wilders, maar ook van Sanders in de VS? Dus in plaats van wind uit de zeilen, een eigen koers bepalen en zoeken naar je eigen wind.