Ouderdomsgebreken?

 “Wilders verdedigde het model van de democratische rechtsstaat tegenover de op de sharia gebaseerde theocratie. Hij heeft zich dus niet tégen de rechtsstaat gekeerd, maar deze juist verdedigd. Verdedigd tegenover het constitutionele sjiitische model van de Iraanse Republiek. Of het soennitische model van het koninkrijk van Saoedi-Arabië.” Aldus Paul Cliteur in een artikel van bij De Dagelijkse Standaard. Bij het lezen van het artikel moest ik denken aan twee volkswijsheden. Als eerste ‘wijsheid komt met de jaren’ en als tweede ‘ouderdom met gebreken’. Cliteur lijkt de eerste volkswijsheid te ontkennen en de laatste te bevestigen.

Volgens Cliteur is het: “een hypocriete schijnvertoning die gesprekken over Wilders’s ijskast en wat erin moet of eruit mag.”  Want: “Laten we de zaak eens in historisch perspectief plaatsen. Dit jaar is het 20 jaar geleden dat Theo van Gogh werd vermoord door een jihadist. Inmiddels (20 jaar later) is duidelijk geworden dat de moord op Van Gogh niet een “incident” was, maar een “precedent” voor vele andere moorden die vanuit hetzelfde motief werden gepleegd.” Dus zou je: “verwachten dat de ministers van justitie en veiligheid (Hirsch-Ballin, Donner, Grapperhaus, vaak dus van CDA-huize) visies zouden hebben ontwikkeld op hoe deze nieuwe ideologisch-religieus gemotiveerde aanslagen het hoofd kan worden geboden. Dat gebeurde niet.”  Wat er volgens Cliteur wel gebeurde: “te beginnen met de toenmalige burgemeester van Amsterdam, Job Cohen, is dat een enorme stilte over Nederland neerdaalde. Het bespreken van dit onderwerp werd een taboe. Nu de discussie in Frankrijk na de vele aanslagen in volle hevigheid is losgebarsten (en niet alleen bij “extreemrechts”, maar ook bij de regering-Macron) wordt het contrast duidelijk: in Nederland is het nog steeds stilstaand water op dit onderwerp.”  Alleen Wilders is de uitzondering aldus de passage waarmee ik begon. Een probleem: “Vaak waren de oplossingen van Wilders onhaalbaar of onwenselijk of schofferend of alle drie.” Dit tegenstaande doet dat, aldus Cliteur: “niets af aan de enorme verdiensten die Wilders had, en nog steeds heeft, in het pogen het onderwerp van het jihadistisch terrorisme op de agenda te krijgen.

Op één punt heeft Cliteur een punt en dat is dat de gesprekken over ‘de ijskast’ een hypocriete schijnvertoning zijn, Iedere: “zichzelf respecterende democratische politieke partij zegt NEE tegen partijen die aan de grondrechten willen tornen. Een zichzelf respecterende democratische politieke partij zegt NEE tegen zo’n onderzoek omdat het een hellend vlak is,” schreef ik naar aanleiding van het advies van de verkenner Plassterk om zo’n gesprek te gaan voeren. Dit omdat zo’n gesprek: “schadelijk ( is) voor onze grondrechten. Schadelijk omdat dit uitstraalt dat grondrechten ter discussie kunnen worden gesteld en inwisselbaar zijn.”  

Waar hij geen punt heeft en de zaken verkeerd voorstelt, is dat onze democratische rechtstaat niet werd of wordt aangevallen door een op de ‘sharia gebaseerde theocratie’. De moord op Van Gogh, hoe treurig ook, was geen ‘aanval op onze democratische rechtstaat’. Het was geen poging om een ‘sharia theocratie’ in te voeren. Het was een schendig van de rechtsorde zoals iedere moord een schending van de rechtsorde is. Een schending van de rechtsorde door een eenling, een persoon die zijn eigen morele opvattingen boven de wet stelde. Onze democratische rechtstaat, en dan vooral het deel rechtstaat, reageerde daar adequaat op door de dader op te pakken en voor een onafhankelijke rechter te brengen. Een rechter die de dader vervolgens heeft veroordeeld.

De manier waarop Wilders de democratische rechtstaat, in de woorden van Cliteur, ‘verdedigt’ is juist wel een aanval op onze democratische rechtstaat. Neem het wetsvoorstel op het verbod van bepaalde islamitische uitingen dat Wilders recentelijk heeft ingetrokken: “De islam is geen godsdienst of levensbeschouwing, maar een gewelddadige, totalitaire ideologie,” aldus het eerste lid van het artikel en onderbouwd in de memorie van toelichting met: “De islam is bovendien een allesomvattende ideologie, die ieder aspect van het menselijk bestaan bepaalt. Het is een politiek, juridisch, militair, cultureel en sociaal systeem. Er is in de islam geen scheiding van machten, geen gelijkwaardigheid tussen man en vrouw en tussen moslims en niet-moslims.” Kenmerk van iedere godsdienst is dat het een allesomvattende ideologie is die alle aspecten van het menselijk bestaan bepaalt: politiek, militair, cultureel en sociaal. Geen enkele godsdienst kent een ‘scheiding van machten’. De gelijkheid tussen man en vrouw is bij iedere godsdienst een probleem en discrimineert niet-gelovigen. Dit voorstel tornt aan de vrijheid van godsdienst omdat de staat, als dit voorstel wordt aangenomen, net als in theocratieën, gaat bepalen wat een godsdienst. Dat is een terrein waarop de democratische rechtstaat zich niet moet begeven want daarmee legt ze de bijl aan haar wortels. Mochten we een Grondwettelijk hof zoals Omtzigt voorstelt, hebben dan zou dit deze wet naar de prullenbak verwijzen. Iets waarvoor zo’n hof niet nodig is omdat de Raad van Staten, het hoogste adviesorgaan van de overheid die conclusie ook al trok en in haar advies met betrekking tot dit voorstel schreef: “Het van overheidswege «weg» definiëren van een religie is echter onverenigbaar met de neutraliteit en terughoudendheid die overheidsorganen in acht dienen te nemen.”

Ook met het Wetsvoorstel verandering in de Grondwet, strekkende tot uitbreiding van de uitsluitingsgronden van het kiesrecht en een verbod op meervoudige nationaliteit bij bepaalde ambtsdragers. Als dit voorstel wordt aangenomen dan verworden Nederlanders met een tweede nationaliteit tweederangs burgers. Het wordt hen dan onmogelijk gemaakt om bepaalde bestuurlijke functies te vervullen. Bijzonder aan het voorstel is dat het met geen woord rept over de aanpassing van artikel 3 van de Grondwet. Dat bepaalt dat: “Alle Nederlanders zijn op gelijke voet in openbare dienst benoembaar.”  Het voorstel schenkt alleen maar aandacht aan de wijziging van artikel 43 van de Grondwet . Het creëren van tweederangs burgers is een democratische rechtstaat onwaardig. Met betrekking tot dit voorstel concludeerde de Raad van Staten, dat het onverenigbaar is: “met de uitgangspunten van de democratische rechtsstaat, zoals uitgewerkt in de Nederlandse Grondwet en verschillende verdragen. Het uitsluiten van personen van het kiesrecht op grond van het enkele feit dat zij een dubbele nationaliteit bezitten is in strijd met de in de Grondwet en verdragen vervatte discriminatieverboden. Dat is nog meer evident als van die andere nationaliteit geen afstand kan worden gedaan, zoals in het geval van de Marokkaanse nationaliteit. Het uitsluiten van bevolkingsgroepen met de Nederlandse nationaliteit van het politieke besluitvormingsproces, zonder op de individuele persoon toegespitste gronden, houdt in dat deze groepen als tweederangsburgers worden behandeld en creëert het risico dat zij zich gaan afkeren van de Nederlandse samenleving. Het tegengaan van mogelijke loyaliteitsconflicten kan deze uitsluiting niet rechtvaardigen, nu op geen enkele wijze is aangetoond dat het feit op zich dat iemand een dubbele nationaliteit heeft in negatieve zin verband houdt met zijn loyaliteit aan Nederland.”

Deze twee voorbeelden tonen aan dat Wilders’ verdediging van de democratische rechtstaat zoals Cliteur het noemt, niet alleen: “onhaalbaar of onwenselijk of schofferend of alle drie” maar een aanval juist op die democratische rechtstaat. Het ‘jihadistisch terrorisme’ hoeft niet geagendeerd te worden. Er is geen visie nodig hoe ‘nieuwe ideologisch-religieus gemotiveerde aanslagen’ het hoofd te bieden. Daarvoor is onze democratische rechtstaat uitstekend toegerust met de veiligheidsdiensten, politie, justitie en de onafhankelijke rechtspraak.

Onze democratische rechtstaat wordt niet aangevallen door het een ‘sharia theocratie’ noch door het ‘jihadistisch terrorisme. Ze wordt aangevallen door voorstellen zoals Wilders ze doet. En onze democratische rechtstaat wordt verzwakt door deze aanvallen, zoals Cliteur in zijn artikel doet, te betitelen als ‘het verdedigen van onze democratische rechtstaat’. Als rechtsgeleerde en filosoof zou Cliteur beter moeten weten.

Een gedachte over “Ouderdomsgebreken?

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.