Referendhumhum

Het zoveelste artikel over wat het betekent als er bij het referendum over het associatieverdrag met de Oekraïne VOOR of TEGEN wordt gezegd. Als er zoveel verschillende uitleggen worden gegeven aan VOOR of TEGEN, wat is dan de waarde van de uitslag? Is dan duidelijk wat de kiezer precies heeft bedoeld? Wat zijn motieven en argumenten waren? Zoveel kiezers zoveel meningen ook na het referendum.

ReferendumFoto: nos.nl

Nu kun je betogen dat al die interpretaties er niet toe doen. Het gaat immers over het associatieakkoord. Een akkoord dat bestaat uit bijna 500 artikelen waarin Oekraïne belooft ‘Europese’ rechten en plichten voor haar burgers over te nemen en in ruil daarvoor gunstige handelsvoorwaarden krijgt en nog wat andere zaken. En daar moeten we JA of NEE tegen zeggen. De rest is allemaal interpretatie, een enkeling zegt manipulatie, die er niet toe doet. Maar wat als de manipulatie al begint bij GeenPeil, de initiatiefnemers voor dit referendum?

Doet de rest er echt niet toe? Wat doen we dan met Jantje, Thierryke, Emieleke, Alexandertje, Geertje, Markie, Diederikje en al die anderen in binnen en buitenland die hun eigen draai  geven aan de uitslag? Die omstandig gaan uitleggen wat de kiezer heeft bedoeld met JA of NEE. Hierbij driftig gebruikmakend van peilingen van Maurice de Hond cumsuis.

Wat moeten onze regering en parlement dan met de uitslag? Hoe moet zij die interpreteren en vertalen in vervolgacties? Is de vraag waarom iemand JA of NEE zegt niet van belang? Wat als je een deel van de afspraken in het associatieakkoord wel ziet zitten? Bijvoorbeeld de rechten en plichten voor de burgers. En een deel niet? Bijvoorbeeld de afspraken rond de economie omdat die van neoliberale snit zijn en multinationals bevoordelen? JA, maar … of NEE, tenzij… stemmen is niet mogelijk. Terwijl het voor de vervolgstappen wel van belang is om dit te weten.

Een referendum is toch het toppunt van democratie, zal de voorstander van het referendum zeggen. Toen vorig jaar bekend werd dat dit referendum zou worden gehouden, schreef ik er al een column over, waarin ik me afvroeg of besturen via referenda wel tot een prettige en rechtvaardige samenleving leidt. Hoe we voorkomen: “dat we de dag na het ‘feest van de democratie’ wakker worden met een stevige kater?”

De bevolking meer betrekken door in gesprek te gaan is een goede zaak en dat gebeurt veel te weinig, of een referendum daarvoor het juiste middel is? Zou ‘meer democratie’ veel vroeger in de besluitvorming niet beter zijn, dan achteraf JA of NEE zeggen?

Stem blanco

“Er resteert nog een jaar om die burgers te overtuigen én te mobiliseren. Werk aan de winkel dus.” Met deze woorden eindigt politiek filosoof Jurriën Hamer zijn betoog in de Volkskrant waarin hij oproept om in opstand te komen. In opstand om: “oude idealen, van mensenrechten, van gelijkwaardigheid en van tolerantie … ,” uit te venten, omdat deze idealen dreigen te worden verkwanseld. Als voorbeelden hiervoor haalt hij de vluchtelingencrisis en de milieucrisis aan. De ‘vijanden’ van deze idealen weten zich in de media goed te profileren en domineren het debat en met de verkiezingen van volgend jaar in aantocht, wordt het hoog tijd dat ook de aanhangers van deze idealen zich gaan roeren.

ik-stem-blancoIllustratie: www.bndestem.nl

Maar hoe mobiliseer je mensen voor deze idealen? Welke van de huidige politieke partijen kan deze idealen nog geloofwaardig en met verve uitdragen, omdat zij niet  ‘besmet’ is door het verleden? Of toch maar een nieuwe partij? Vervolgens, waar is die dito partijleider, een soort ‘Bernie Sanders’?  En als die partij en leider er zijn, hoe breng je een genuanceerde boodschap in een ongenuanceerde ‘sloganwereld’? En dan nog de vraag wat die partij kan bereiken in onze veelpartijendemocratie? Nopen die vragen daarom niet tot realistische verwachtingen? Zal succes daarmee niet iets van lange adem zijn? En geldt tegenwoordig niet het adagium dat Queen bezong? “I want it all, I want it all and I want it now!”

Een cynicus zou zeggen, begin er maar niet aan. En dat zou jammer zijn. Want zouden de aanhangers van deze, door Hamer genoemde, idealen zich niet juist nu moeten roeren? Ook de ballonnendoorprikker heeft zich, in diverse prikkers, uitgesproken voor deze waarden. Dus zijn steun heeft hij. Want is de slinger de afgelopen twee decennia niet vervaarlijk ver doorgeschoten naar de kant van de ‘vijanden’ van deze waarden? Zover dat veel voormalige aanhangers van deze waarden, van hun ankers zijn geslagen? En zou een partij of groep die deze waarden aanhangt, voor het broodnodige tegenwicht kunnen zorgen, zodat er weer een goed ankerpunt is?

Zou het ook anders kunnen? Zouden de aanhangers van deze waarden gebruik kunnen maken van een kans die de tegenstanders bieden? Zou het komende ‘Oekraïne-referendum’ zo’n kans kunnen zijn? Zou dat kunnen door de blanco-stem te bestempelen als een stem vóór deze waarden? Voor het verdrag stemmen hoeft niet, als de meerderheid maar niet tegen stemt en die meerderheid kan best blanco stemmen. Zou het mogelijk zijn om de beeldvorming zo te framen dat deze waarden gediend zijn bij een blanco-stem? Zou het mogelijk zijn om dit frame via de digitale media in heel korte tijd geaccepteerd te krijgen?