Hellend vlak

Mijn mond viel open van verbazing na het lezen van een bericht in de Volkskrant dat Mona Keijzer niet wordt vervolgd voor haar uitspraken die ze deed in een uitzending van Sophie & Jeroen Keijer in de uitzending: “Wat je ziet is dat veel asielmigranten komen uit landen met een islamitisch geloof. We weten dat daar jodenhaat onderdeel is bijna van de cultuur.” Niet het bericht dat het Openbaar Ministerie afziet van vervolging van Keijzer deed mijn mond openvallen, maar de onderbouwing van het besluit.

Bron: Flickr

Even voor de achtergrond. In de genoemde uitzending hield Keijzer een pleidooi voor het opnemen van kennis over de Holocaust in de inburgering. Ik schreef er eerder over en eindigde met de suggestie dat: “Als er dan toch ergens ‘nadrukkelijk kennis van de Holocaust’ bijgebracht moet worden, dan zijn de onderhandelaars van het coalitieakkoord een goede plek om te beginnen.” Dit even terzijde. Terug naar de onderbouwing van het Openbaar Ministerie.

In het bericht lees ik het volgende: “Het OM concludeert nu dat Keijzer inderdaad over de schreef is gegaan en ‘in beginsel’ strafbaar is vanwege groepsbelediging. Het toenmalig Kamerlid nam in de talkshow ‘onvoldoende verantwoordelijkheid om te voorkomen dat zij uitingen verspreidt die aanzetten tot onverdraagzaamheid’, oordeelt het OM. ‘Een politicus heeft een bijzondere verantwoordelijkheid om uitingen te vermijden die een voedingsbodem kunnen vormen voor intolerantie.’ Keijzer is hierin ‘onvoldoende zorgvuldig’ geweest, vindt het OM, ook omdat zij haar uitspraken bij Sophie & Jeroen niet onderbouwde.” Een bijzondere verantwoordelijkheid dus. Maar: “Tegelijkertijd stelt het OM vast dat het Europees mensenrechtenverdrag de lat bijzonder hoog legt voor de vervolging van politieke ambtsdragers die uitspraken doen in de context van het maatschappelijke debat. Als politici vervolgd kunnen worden voor hun politieke uitspraken, kan dat anderen afschrikken om publiekelijk hun mening te geven. Zulke afgedwongen zelfcensuur ondermijnt de vrijheid van meningsuiting die essentieel is voor een gezonde democratie, schrijft het OM. ‘Keijzer deed de uitingen in de hoedanigheid van volksvertegenwoordiger. Zij moet voldoende ruimte krijgen de plannen voor de integratie van asielmigranten uit te leggen, zonder strafrechtelijke gevolgen te vrezen.’”

Een wel heel bijzondere redenering. Aan de ene kant hebben politici een ‘bijzondere verantwoordelijkheid om uitingen te vermijden die een voedingsbodem kunnen vormen voor intolerantie. En aan de andere kant moeten ze meer ruimte hebben om uitspraken te doen omdat ‘zelfcensuur de vrijheid van meningsuiting ondermijnt die essentieel is voor een democratie’. En vervolging vanwege uitspraken kan leiden tot zelfcensuur. Want als ‘politici kunnen worden vervolgd voor hun uitspraken, dan kan dat anderen afschrikken om hun mening te uiten’.

Als ik het goed begrijp houdt die bijzondere verantwoordelijkheid van politici en ambtsdragers in de context van het maatschappelijk debat om intolerantie te voorkomen in dat ze intolerantie mogen verspreiden. Dat ze zich intoleranter mogen gedragen dan een ambteloos burger. Dat ze zich mogen bedienen van bijvoorbeeld antisemitische uitingen. Dat ze zich racistisch mogen uitlaten. Hiermee wordt een vrijkaart gegeven aan iedereen om maar te roepen wat in de persoon op komt. Om naar hartenlust te discrimineren en te stereotyperen. Om de meest ranzige drek te uiten. Het OM geeft politici een vrijbrief en geeft daarmee iedereen een vrijbrief. Iedereen is namelijk een politicus. Iedereen doet ‘aan politiek’ zoals Van Dale politicus definieert. Iedereen probeert namelijk op een of andere manier zijn doel te bereiken, een van de betekenissen politiek. Een burger die roept dat ‘alle … smerig zijn en het land uitgezet moeten worden’ doet aan politiek. Met zijn uitspraak probeert deze burger een doel te bereiken, Een doel dat te maken heeft met ‘het besturen van een land.’ Ook een van de betekenissen van politiek. Een wel heel bijzondere invulling van een voorbeeldfunctie. Een invulling die de vrijheid van meningsuiting absoluut maakt.

Ik hoop dat het Openbaar Ministerie zich nog eens bezint op deze argumentatie, want dit is een hellend vlak waar we niet op moeten willen gaan.  

Mogen of moeten?

Vaste Joop-columnist Han van der Horst behandelt in een van zijn columns het begrip politieke correctheid. Dit doet hij in de vorm van een soort recensie van een aflevering van Opiniemakers van WNL waarin Wierd Duk verdedigt dat er sprake is van politieke correctheid. Van der Horst is het daar niet mee eens en sluit af met: “Hoe dan ook, politieke correctheid is net zo’n hersenschim als Allah zelf.”

Hans TeeuwenFoto: Nu

Het gaat mij er niet om wie van de twee er nu ‘gelijk’ heeft. Het gaat mij om de reactie van ene harry (27 april at 08:06). Hij, ik neem aan dat harry een hij is, schrijft: “Er bestaat zelfcensuur, dat geven artiesten en cartoonisten zelf toe. Dat dit een schande is, in een vrije samenleving mag Wierd Duk toch laten zien?” Hij reageert op de volgende passage van Van der Horst: “Koning kijkt liever niet voor aanvang de zaal in omdat hij bang is te harde grappen over Erdogan te maken als er bijvoorbeeld vijf Turken in het publiek zijn. Ook Hans Teeuwen wees op de gevaren die de maker van harde grappen over de islam bedreigen. Dat komt omdat de moslims dit soort humor niet accepteerden, terwijl de christenen – door Freek de Jonge zo heftig aangepakt – hierover geëmancipeerd glimlachen. Als je een grap over Allah maakte, zo wilde hij maar zeggen, ben je tegenwoordig je leven niet meer zeker en daarom doen cabaretiers aan zelfcensuur, doet iedereen aan zelfcensuur.”

Zelfcensuur mag niet, iedereen moet kunnen zeggen wat hij wil. Zo betoogt harry. Inderdaad moet iedereen kunnen zeggen wat hij wil en, beste harry, volgens mij mag ook iedereen zeggen wat hij wil. Maar, beste harry, is er niet een verschil tussen mogen en moeten? Dat je alles mag zeggen, betekent dat ook meteen dat je alles maar moet zeggen? Als ik iemand een verschrikkelijke idioot vind, maar die persoon is wel een directe collega, zou het dan helpen als ik hem een idioot noem omdat het mag? En al is die persoon geen collega moet ik hem dan een idioot noemen, omdat het kan.” 

Beste harry, is het werkelijk een schande als ik rekening houd met de ander en mijn boodschap daarop aanpas, als ik zelfcensuur toepas? Zou dat voor een cabaretier anders zijn? Zegt een cabaretier trouwens altijd wat hij denkt en omgekeerd zou hij ook werkelijk ‘denken’ (beter is vinden) wat hij zegt? Zou Hans Teeuwen werkelijk menen wat hij over de toenmalige koningin Beatrix zei? Of zou het kunnen dat hij rekening houdt met het effect dat zijn boodschap heeft? Is dat niet juist de kern van het cabaretier zijn?