Bij ons in huis lopen twee katten rond. Pixel en Byte noemen we ze. Of ze zichzelf zo noemen, weet ik niet. Die katten hebben hun eigen ‘deursleutel’ waardoor ze in en uit kunnen lopen al naar gelang ze willen. Tot afgrijzen van mijn partner komen ze af en toe met een muis of een vogel, of delen ervan, binnen. Iedere morgen als ik opsta, verwelkomen ze mij. Nou ja verwelkomen, het lijkt er meer op dat ze me verwijtend aankijken. Zoiets van: ‘nou schiet eens op en vul mijn etensbak!’ Als ik wil dat er eentje lekker bij mij komt liggen, kijkt die kat me aan met een blik die uitstraalt: ‘wat moet jij dan?’ Nee, ze gaan rustig hun eigen gangetje en ze ‘gedogen’ ons in hun leven.
Ik moest hieraan denken bij het lezen van de ingezonden brief van Yoeri Boesveld in de Volkskrant. Boesveld reageert op een eerder artikel waarin paardensport een onverantwoorde hobby wordt genoemd omdat het gebruik van paarden ethisch niet kan. Boesveld vult aan: “Maar waarom je beperken tot de paardensport? Katten, honden, kippen, varkens, koeien, lama’s, allen worden ze op een of andere manier door de mens gebruikt, wij bepalen volledig hun leven. En geen enkel dier heeft hiervoor gekozen.” Inderdaad hebben Pixel en Byte er niet voor gekozen om bij ons te wonen. Wij hebben hen in ons huis genomen. De eigen ‘deursleutel’ biedt hen wel de mogelijkheid om zelf te kiezen en ze kiezen ervoor om te blijven. Ik weet niet of deze redenering zoals Boesveld betoogt een: “ poging (is) dit (het hebben van een huisdier) goed te praten door te zeggen hoe goed deze dieren het hebben.”
Na het lezen van de brief van Boesveld stelde ik mezelf de vraag of er niet teveel vanuit de mens wordt geredeneerd? In gedachten ging ik terug naar de eerste keer dat mens en dier samen optrokken. Naar het eerste dier dat de mens vergezelde of was het de eerste mens die een dier vergezelde? Welke van de twee het was, weet ik niet. Ik was er niet bij. Ik vroeg me af of het samenleven niet ten voordele van zowel mens als dier zou kunnen zijn ontstaan? Die eerste kat kon profiteren van de resten voedsel die de mens verspilde. Of wellicht van de muizen die het aantrok. En de mens profiteerde dan weer van de bescherming tegen muizen. Die eerste hond at van de resten voedsel die de mens verspilde of niet nodig had en die het territorium bewaakte en waarschuwde tegen naderend gevaar. Het rund dat door de mens werd beschermd tegen roofdieren en de mens die profiteerde van de mest en de melk. Wie koos er en wie gebruikte er wie? De mens het dier of het dier de mens?
Even terug naar Pixel en Byte. Ze hebben er, zoals gezegd, niet voor gekozen om bij ons te wonen. Als ik ze nu in hun kattenhangmat zie liggen, een hangmat die aan een radiator hangt, dan kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat ze het wel prettig vinden. Die indruk zie ik iedere dag weer bevestigd omdat ze er, ondanks dat ze kunnen gaan en staan waar ze willen, toch voor kiezen om mij ’s morgens verwijtend aan te kijken omdat ik hun eten niet snel genoeg in hun bakje doe. Zijn zij mijn ‘huisdier’ of ben ik hun ‘huismens’?
Pingback: Geschiedenis maar dan anders – Ballonnendoorprikker