Kent u ze ook? Die broeken waarvan het kruis ongeveer op de enkels hangt en de zakken op de knieën. Een geheel dat wordt afgemaakt met het zicht op ongeveer de volledige onderbroek. Een onderbroek met daarop prominent de merknaam van het ‘goede’ merk. Als ze zich bukken dan wordt het nog geperfectioneerd met een blik op het behaarde ‘decolleté’. Welk weldenkend mens hijst zich in zo’n veredelde vuilniszak? Hoeveel mensen zouden zich nu ten diepste beledigd voelen? Dat deze zinssnede ‘haatmisdrijven legitimeert’? Zou premier Rutte nu vinden dat ik, bij het beschrijven van andermans uiterlijk, aanstootgevende taal heb gebruikt? Dan zouden Cecile Narninx en Arno Kantelberg op moeten gaan passen.
Foto: Flickr
Nu vervangen we die broek door een boerka en de vuilniszak door een brievenbus, de Ballonnendoorprikker door Boris Johnson en dan zijn de Britse rapen gaar. Dan zijn er vele mensen die zich ten diepste beledigd voelen. Dan zijn er mensen die vinden dat haatmisdrijven worden gelegitimeerd en dan zegt de Engelse premier May: “Ik vind dat Boris Johnson bij het beschrijven van andermans uiterlijk aanstootgevende taal heeft gebruikt.”
Er zijn mensen waarvoor de boerka meer is dan een kledingstuk. Het is een stuk van hun overtuiging, hun identiteit en het dan afdoen als een brievenbus is lomp. Al kan ik me voorstellen dat er ook mensen zijn die de laaghangende ‘vuilniszak’ ook tot hun identiteit rekenen. Dat lompe past dan weer bij de manier waarop Johnson op mij overkomt, als een lompe boer die alleen maar kijkt naar zijn eigen belang. Alleen dan een boer met een ‘kak’ afkomst. Deze woorden over Johnson zeggen niets over zijn persoon, ze zeggen iets over de schrijver ervan.
Net zo zeggen Johnsons woorden niets over de drager van een boerka. Johnson geeft geen beschrijving van het uiterlijk van iemand, hij heeft niemand beledigd, noch iemand opgeroepen om een ‘haatmisdrijf’ te plegen. Hij heeft alleen verteld waaraan een boerka hem doet denken. Zijn woorden zeggen iets over Johnson. En, en dat was het belangrijkste van zijn verhaal, dat het iedereen vrij staat om ervoor te kiezen een boerka te dragen. Dat het niet aan de staat is om ‘kledingvoorschriften’ te geven.
Eigenlijk doet hij zich voor als een ‘eigentijdse’ Volaire en zegt hij: ‘Ik verafschuw hoe u zich kleedt, maar ik zal uw recht om het te dragen met mijn leven verdedigen.’ Al betwijfel ik of Johnson er het leven voor wil laten. Is het niet vreemd dat velen over Johnson heen vallen vanwege zijn ‘modekritiek’, terwijl ze hem eigenlijk zouden moeten steunen? Is het niet vreemd dat daar vooral veel ‘bewust boerka-dragers’ over Johnson heen vallen terwijl ze Johnson dankbaar moeten zijn dat hij zich aan hun zijde schaart? Zouden zij niet moeten zeggen: ‘beste Boris, om Voltaire aan te halen, “ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen met mijn leven verdedigen”.’