De zwaluw en de zomer

“There are three kinds of lies: lies, damned lies and statistics,” een uitspraak van, ja van wie? Daarover wordt van mening verschild. Was het de Amerikaanse schrijver Mark Twain, de Engelse politicus en twee keer premier Benjamin Disraeli, de first baron of Penwith lord Leonard Henry Courtney, of toch nog iemand anders? Hieraan moest ik denken bij het lezen van een artikel van Ferdinand Meeus bij Opiniez.

Toch klopt er iets niet aan de uitspraak. Die suggereert namelijk dat statistiek te overtreffende trap van liegen is en dat klopt niet. Het zijn niet de statistieken die ‘liegen’ maar de mensen die ze gebruiken en er een interpretatie bij geven. Een voorbeeld dat ik al eerder gaf, is het bekende ‘ijsjes’ voorbeeld van Ionica Smeets. Smeets vertelde dit enkele jaren geleden op het Venlose Zomerparkfeest. Je hebt een lijst met ‘verdrinkingsdoden’ in een jaar en een lijst met de ijsjesverkoop in datzelfde jaar. Wat blijkt, als er veel ijsjes worden verkocht, verdrinken er meer mensen. Een simpele oplossing: verbied de verkoop van ijsjes dan verdrinken niet zoveel mensen. Een oplossing waarbij correlatie wordt verwisseld met causaliteit. Zo wordt in de ‘klimaatdiscussie’ door tegenstanders van maatregelen om de CO2 uitstoot te beperken vaak aangedragen dat het Nederlandse aandeel, 163,23 miljoen ton in het niet valt bij het Chinese, 10.037,64 miljoen ton (cijfers 2016). Iets wat klopt als je het totaal bekijkt en ook logisch is. ‘Wij’ zijn immers maar met 17,6 miljoen en zij met ruim 1,4 miljard, dat is bijna 80 keer zoveel. Bekijk je het per hoofd van de bevolking, dan stoot de gemiddelde Nederlander 9.620 kg uit en de gemiddelde Chinees 7.180 kg. Dus ja, aan de ene kant is in China meer winst te behalen, maar aan de andere kant is bij de gemiddelde Nederlander meer winst te behalen dan bij de gemiddelde Chinees. Vergeleken met de gemiddelde Congolees is bij de gemiddelde Nederlander en trouwens ook de gemiddelde Chinees nog veel meer te halen. Die stoot slechts 30 kg uit.

Dit even terzijde. Terug naar Meeus en zijn artikel. De titel van het artikel trok mijn aandacht: “Er ligt meer ijs op de Noordpool dan tien jaar geleden” en dan vooral de ondertitel: “Metingen geven ander beeld dan modellen klimaatalarmisten.” In het artikel trekt hij van leer tegen die ‘alarmisten’ en geeft aan dat: “Wetenschappers met een kritische, meer neutrale blik worden weggezet als ‘klimaatontkenners’ en (ze) krijgen geen forum.” In die discussie wil ik me niet mengen. “Gelukkig”, zo lijkt hij te verzuchten, “bestaat echte wetenschap nog steeds voor het grootste deel uit feitelijke metingen om de voorspellingen uit theorieën te testen.” En die metingen laten dus iets anders zien en als bewijs voegt hij de grafiek hieronder toe en wat blijkt: “er was inderdaad met beginpunt 1980, een jaarlijks dalende trend in zee-ijs tot ongeveer tien jaar geleden. Maar die dalende trend is nu duidelijk gestopt. Oordeel zelf. De zwarte lijn toont de grootte van het ijsoppervlak in 2022, en die laat voor heel het jaar meer ijs zien dan de voorgaande tien jaar (geel-oranje lijn).” En inderdaad de zwarte lijn zit boven de geel-oranje lijn en dus heeft Meeus gelijk?   

 

Dat is toch even iets te snel geredeneerd. Meeus heeft de grafiek van de site van het Noors Metereologisch instituut dat sinds 1980 de dikte van het zee-ijs meet. De site van de Noren laat een veel genuanceerder beeld zien. Die bevat ook een grafiek met als titel Arctic Sea Ice Extent in August (zie hieronder). De grafiek laat zien er in augustus het ene jaar wel eens meer zee-ijs is dan in het andere en inderdaad is er dit jaar meer zee-ijs dan er sinds 2016 is geweest. De grafiek laat echter ook zien dat de trend sinds het begin van de metingen dalend is. Begin jaren tachtig was er in augustus zo’n 8,5 miljoen vierkante kilometer zee-ijs in het Arctisch gebied. In 2022 was dat net geen 6,5 miljoen vierkante kilometer. Een flinke afname en ja, het is meer dan de 5,5 miljoen vierkante kilometer in 2021 wat weer minder was dan in 2020. Voor 2021 had Meeus moeten concluderen dat er minder zee-ijs was dan de tien jaar ervoor. In 2021 was de hoeveelheid zee-ijs het kleinste sinds de start van de meting op één jaar na, 2012. In 32 van de jaren dat er werd gemeten, was er meer zee-ijs in augustus dan in 2022, in slechts 10 jaar minder en die tien jaar liggen allemaal in de periode sinds 2007.

De site bevat ook een tabel (zie hieronder) met de omvang van het zee-ijs per maand sinds 1979. Hoe meer zee-ijs, hoe donkerder blauw het vakje, hoe minder hoe donkerder rood. Bijna alle donkerblauwe vakjes hebben betrekking op de eerste jaren van de metingen. Bijna alle donkerrode op de laatste jaren van de meting.

Nee, Meeus liegt niet. Hij heeft de cijfers aan zijn zijde. Meeus roept de zomer uit op basis van een mogelijke zwaluw. Dezelfde cijfers laten echter ook een heel ander beeld zien. Een beeld dat tot een heel andere conclusie leidt. Een conclusie dat Meeus de laatste zwaluw zag die het einde van de zomer aankondigde.

2 gedachtes over “De zwaluw en de zomer

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.